h1.
Maatschappelijk werk in het beroepenveld
• Sociaal werk: Een praktijkgericht beroep dat sociale verandering, cohesie en
empowerment nastreeft.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt langdurig werklozen om
opnieuw te integreren in de arbeidsmarkt.
• Sociale verandering: Het verbeteren van maatschappelijke structuren om
ongelijkheid te verminderen.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker zet een project op om huisvesting
voor daklozen te verbeteren.
• Sociale cohesie: Het bevorderen van verbondenheid tussen mensen in de
samenleving.
• Voorbeeld: Een buurthuis organiseert activiteiten om nieuwkomers en
buurtbewoners met elkaar in contact te brengen.
• Empowerment: Het versterken van mensen zodat ze zelfstandig problemen
kunnen aanpakken.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker leert een jongere met financiële
problemen om een budget op te stellen.
• Sociale rechtvaardigheid: Iedereen heeft recht op gelijke kansen en
ondersteuning.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt een gezin in armoede om
toegang te krijgen tot studietoelagen.
• Mensenrechten: Basisrechten zoals recht op onderdak, gezondheidszorg en
onderwijs.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker ondersteunt een vluchteling bij het
verkrijgen van een verblijfsvergunning.
• Respect voor diversiteit: Rekening houden met verschillende culturele, sociale
en persoonlijke achtergronden.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker begeleidt een LGBTQ+-jongere die
thuis niet geaccepteerd wordt.
• Positie maatschappelijk werker: Werkt op de grens tussen individu en
samenleving en biedt ondersteuning in diverse sectoren.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt een ex-gedetineerde om
opnieuw een stabiel leven op te bouwen.
, ● Werkterrein: Maatschappelijk werkers zijn actief in diverse sectoren
zoals ziekenhuizen, thuiszorg en gevangenissen.
o Voorbeeld: Een maatschappelijk werker in een ziekenhuis
ondersteunt patiënten bij psychosociale problemen.
● Outreachend werken: Actief mensen opzoeken die zelf geen hulp
vragen.
o Voorbeeld: Een straathoekwerker zoekt contact met daklozen en
biedt hulp aan.
● Vrijwillige vs. gedwongen hulp: Sommige cliënten vragen zelf hulp,
anderen krijgen deze opgelegd door een rechter.
o Voorbeeld: Een jongere wordt door een jeugdrechter verplicht om
begeleiding te volgen.
Werken op niveaus
• Microniveau: Individuele begeleiding of hulp aan gezinnen.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt een moeder met
schuldbemiddeling.
• Mesoniveau: Veranderingen binnen organisaties of samenwerkingen
tussen diensten.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker organiseert een overleg tussen
scholen en jeugdzorg om schooluitval te verminderen.
• Macroniveau: Beïnvloeden van beleid en samenleving om structurele
problemen aan te pakken.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker pleit bij de overheid voor betere
sociale huisvesting.
H2 Werkveld
Werkvormen en Lijnzorg
Werkvormen
De manier waarop hulp wordt georganiseerd, bepaalt de indeling van het
hulpverleningslandschap:
● Mobiele hulp: Hulpverleners komen naar de leefomgeving van de cliënt.
o Voorbeeld: Een thuisbegeleider bezoekt een gezin met
opvoedingsproblemen.
● Ambulante hulp: De cliënt gaat naar een hulpverleningsdienst.
Maatschappelijk werk in het beroepenveld
• Sociaal werk: Een praktijkgericht beroep dat sociale verandering, cohesie en
empowerment nastreeft.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt langdurig werklozen om
opnieuw te integreren in de arbeidsmarkt.
• Sociale verandering: Het verbeteren van maatschappelijke structuren om
ongelijkheid te verminderen.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker zet een project op om huisvesting
voor daklozen te verbeteren.
• Sociale cohesie: Het bevorderen van verbondenheid tussen mensen in de
samenleving.
• Voorbeeld: Een buurthuis organiseert activiteiten om nieuwkomers en
buurtbewoners met elkaar in contact te brengen.
• Empowerment: Het versterken van mensen zodat ze zelfstandig problemen
kunnen aanpakken.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker leert een jongere met financiële
problemen om een budget op te stellen.
• Sociale rechtvaardigheid: Iedereen heeft recht op gelijke kansen en
ondersteuning.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt een gezin in armoede om
toegang te krijgen tot studietoelagen.
• Mensenrechten: Basisrechten zoals recht op onderdak, gezondheidszorg en
onderwijs.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker ondersteunt een vluchteling bij het
verkrijgen van een verblijfsvergunning.
• Respect voor diversiteit: Rekening houden met verschillende culturele, sociale
en persoonlijke achtergronden.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker begeleidt een LGBTQ+-jongere die
thuis niet geaccepteerd wordt.
• Positie maatschappelijk werker: Werkt op de grens tussen individu en
samenleving en biedt ondersteuning in diverse sectoren.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt een ex-gedetineerde om
opnieuw een stabiel leven op te bouwen.
, ● Werkterrein: Maatschappelijk werkers zijn actief in diverse sectoren
zoals ziekenhuizen, thuiszorg en gevangenissen.
o Voorbeeld: Een maatschappelijk werker in een ziekenhuis
ondersteunt patiënten bij psychosociale problemen.
● Outreachend werken: Actief mensen opzoeken die zelf geen hulp
vragen.
o Voorbeeld: Een straathoekwerker zoekt contact met daklozen en
biedt hulp aan.
● Vrijwillige vs. gedwongen hulp: Sommige cliënten vragen zelf hulp,
anderen krijgen deze opgelegd door een rechter.
o Voorbeeld: Een jongere wordt door een jeugdrechter verplicht om
begeleiding te volgen.
Werken op niveaus
• Microniveau: Individuele begeleiding of hulp aan gezinnen.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker helpt een moeder met
schuldbemiddeling.
• Mesoniveau: Veranderingen binnen organisaties of samenwerkingen
tussen diensten.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker organiseert een overleg tussen
scholen en jeugdzorg om schooluitval te verminderen.
• Macroniveau: Beïnvloeden van beleid en samenleving om structurele
problemen aan te pakken.
• Voorbeeld: Een maatschappelijk werker pleit bij de overheid voor betere
sociale huisvesting.
H2 Werkveld
Werkvormen en Lijnzorg
Werkvormen
De manier waarop hulp wordt georganiseerd, bepaalt de indeling van het
hulpverleningslandschap:
● Mobiele hulp: Hulpverleners komen naar de leefomgeving van de cliënt.
o Voorbeeld: Een thuisbegeleider bezoekt een gezin met
opvoedingsproblemen.
● Ambulante hulp: De cliënt gaat naar een hulpverleningsdienst.