Verpleegkundig methodiek 5: nefrologie
Functies van de gezonde nier
Volumeregulatie & osmoregulatie (1)
Water- en zouthuishouding
Volwassenen 60% vocht
Exctracellulair, intracellulair en plasma
Observaties
Extracellulair -> oedemen, gewicht
Intracellulair -> huid staat recht als er een plooi genomen wordt
Excretie overtollige stoffen (2)
Ultrafiltratie
o Verplaatsing vocht van bloed --> glomerulus
Natrium
o 95% van het Na (filtraat) gereabsorbeerd
Kalium
o K in het filtraat voor een groot deel gereabsorbeerd
o Kaliumuitscheiding afhankelijk ≠ factoren
o (aldosteron, hoge flow, diuretica)
ADH (antidiuretisch hormoon)
o Verhoogde permeabiliteit H2O
RAAS-systeem
Renine
Angiotensine
Aldosteron
Antidiuretisch hormoon (ADH)
Renine
Hormoon dat aangemaakt wordt in de nier.
Juxtaglomerulaire cellen meten hoeveel bloed erlangs komt.
Indien te weinig: productie van renine.
Renine zorgt voor aanmaak angiotensine.
,Angiotensine
Angio = bloedvat, tensie = spanning.
Krachtige vasoconstrictor → stijging RR.
Angiotensine zorgt voor aanmaak aldosteron.
Aldosteron
Zorgt ervoor dat nieren water en zout vasthouden → stijgen RR.
Anti diureti sch hormoon (ADH)
Zorgt voor een verminderde urineproductie → stijgen RR.
Hormonale functies (3)
Erythropoëtine (EPO)
Aanmaak door de nieren
Stimuleert het beenmerg bij de aanmaak van rode bloedcellen
Tekort = anemie
1,25- Dihydroxycholecalciferol
Actief vitamine D (omgezet in de lever/nier)
Bevordert reabsorptie calcium uit darm
,Diagnostiek nefrologische syndromen
Klinisch onderzoek
Labo- onderzoek; urine + bloed
Urine
2e ochtendurine; midstream; onmiddellijk labo
Teststrook en/of centrifuge
Erythrocyturie
Bij 13.000 erythrocyten per ml is er hematurie
Macroscopisch = te zien met het blote oog
Microscopisch = niet te zien met het blote oog
1ml bloed kan 10l urine doen verkleuren
Dysmorfe of isomorfe
Cilindrurie
Voorkomen van cilinders in de urine
Afgietsels tubuli; vaak oorsprong buiten de nier
Proteïnurie
Verhoogde uitscheiding eiwit
Herkenbaar door het ‘schuim’ op de urine
Albustix/ nierbiopsie – tijdstip!
Bloed
Glomerulaire filtratiesnelheid (GFR)
Serum- creatinine
o Niet 100% betrouwbaar
o > betrouwbaar op urine/24u
Inuline- klaring (= alternatief)
Beeldvorming nieren en urinewegen
Echografi e nieren
Eerste keus
Onschadelijk onderzoeksmethode
, Grootte en contouren
Nuchter voor geen darmbewegingen
Nadelen
Afhankelijk van de vaardigheid van de onderzoeker
Retroperitoneale gebied en blaas moeilijk te beoordelen
Urografi e
Aanvullende informatie
Urinewegafvoersysteem
Contraststof met RX-opname
Nuchter
Nadeel
Toxisch voor niertubuli
Risico acute nierinsuffiëntie
Meerdere RX-opnamen
Anafylactische shock door de contraststof = nuchter houden voor braken te voorkomen
Nierbiopsie
Risicovolle diagnosetechniek
o Door de grote densiteit aan bloedvaten is de kans op bloedingen groot
o Tien dagen op voorhand stoppen met bloed verdunnende medicatie
o Na de biopsie 24u plat liggen
Functies van de gezonde nier
Volumeregulatie & osmoregulatie (1)
Water- en zouthuishouding
Volwassenen 60% vocht
Exctracellulair, intracellulair en plasma
Observaties
Extracellulair -> oedemen, gewicht
Intracellulair -> huid staat recht als er een plooi genomen wordt
Excretie overtollige stoffen (2)
Ultrafiltratie
o Verplaatsing vocht van bloed --> glomerulus
Natrium
o 95% van het Na (filtraat) gereabsorbeerd
Kalium
o K in het filtraat voor een groot deel gereabsorbeerd
o Kaliumuitscheiding afhankelijk ≠ factoren
o (aldosteron, hoge flow, diuretica)
ADH (antidiuretisch hormoon)
o Verhoogde permeabiliteit H2O
RAAS-systeem
Renine
Angiotensine
Aldosteron
Antidiuretisch hormoon (ADH)
Renine
Hormoon dat aangemaakt wordt in de nier.
Juxtaglomerulaire cellen meten hoeveel bloed erlangs komt.
Indien te weinig: productie van renine.
Renine zorgt voor aanmaak angiotensine.
,Angiotensine
Angio = bloedvat, tensie = spanning.
Krachtige vasoconstrictor → stijging RR.
Angiotensine zorgt voor aanmaak aldosteron.
Aldosteron
Zorgt ervoor dat nieren water en zout vasthouden → stijgen RR.
Anti diureti sch hormoon (ADH)
Zorgt voor een verminderde urineproductie → stijgen RR.
Hormonale functies (3)
Erythropoëtine (EPO)
Aanmaak door de nieren
Stimuleert het beenmerg bij de aanmaak van rode bloedcellen
Tekort = anemie
1,25- Dihydroxycholecalciferol
Actief vitamine D (omgezet in de lever/nier)
Bevordert reabsorptie calcium uit darm
,Diagnostiek nefrologische syndromen
Klinisch onderzoek
Labo- onderzoek; urine + bloed
Urine
2e ochtendurine; midstream; onmiddellijk labo
Teststrook en/of centrifuge
Erythrocyturie
Bij 13.000 erythrocyten per ml is er hematurie
Macroscopisch = te zien met het blote oog
Microscopisch = niet te zien met het blote oog
1ml bloed kan 10l urine doen verkleuren
Dysmorfe of isomorfe
Cilindrurie
Voorkomen van cilinders in de urine
Afgietsels tubuli; vaak oorsprong buiten de nier
Proteïnurie
Verhoogde uitscheiding eiwit
Herkenbaar door het ‘schuim’ op de urine
Albustix/ nierbiopsie – tijdstip!
Bloed
Glomerulaire filtratiesnelheid (GFR)
Serum- creatinine
o Niet 100% betrouwbaar
o > betrouwbaar op urine/24u
Inuline- klaring (= alternatief)
Beeldvorming nieren en urinewegen
Echografi e nieren
Eerste keus
Onschadelijk onderzoeksmethode
, Grootte en contouren
Nuchter voor geen darmbewegingen
Nadelen
Afhankelijk van de vaardigheid van de onderzoeker
Retroperitoneale gebied en blaas moeilijk te beoordelen
Urografi e
Aanvullende informatie
Urinewegafvoersysteem
Contraststof met RX-opname
Nuchter
Nadeel
Toxisch voor niertubuli
Risico acute nierinsuffiëntie
Meerdere RX-opnamen
Anafylactische shock door de contraststof = nuchter houden voor braken te voorkomen
Nierbiopsie
Risicovolle diagnosetechniek
o Door de grote densiteit aan bloedvaten is de kans op bloedingen groot
o Tien dagen op voorhand stoppen met bloed verdunnende medicatie
o Na de biopsie 24u plat liggen