Gerechtelijk recht
1
,2
,3
, Deel 1: Wezen en functie van het gerechtelijkrecht
Hoofstuk 1: begripsomschrijvingen
Begripsomschrijvingen
- Algemeen rechtsbeginsel: verbod eigenrichting
= wie zijn subjectieve of materiële rechten daadwerkelijk wilt realiseren,
moet noodgedwongen een beroep doen op de rechter
Of een scheidsrechter voor materies waar een dading is toegelaten
- Niemand mag het recht in eigen handen nemen en zonder
overheidshulp met
Eigenmachtsmiddelen een vermeende civiele aanspraak afdwingen
= bovendien is eigenrechting verboden, dit verbod geldt trouwens als
algemeen rechtsbeginsel
- De staat heeft het monopolie van het geweld
= er is maar 1 iemand die geweld mag plegen en dat is de staat
- Een geweldsmonopolie is het alleenrecht van de staat om fysiek
geweld en dwang te gebruiken. Het geweldsmonopolie is volgens de Duitse
socioloog Max Weber één van de definieerde kenmerken van een
soevereine staat
- Staat verplicht om een gerechtelijk apparaat en executierecht te
organiseren (zie ook art 6 EVRM)
Gerechtelijk recht=is het geheel van rechtsregels die betrekking hebben
op de voormelde effectuering van de materieelrechtelijke aanspraken van
de rechtssubjecten. Het gerechtelijk recht is bijgevolg meer dan louter
(burgerlijk) procesrecht. Het proces “n de sprocedure zijn immers slechts
onderdelen van deze rechtstaal. Het gerechtelijk recht omvat niet alleen
regels inzake het geschil en het geding, laar ook omtrent de
rechtsvorderingen ban de rechtsobjecten de rechterlijke organisaties, de
rechtsmacht en bevoegdheid van de hoven en rechtbanken. Ook het
exucutierecht is een wezenlijk onderdeel van het gerechtelijk recht
Materieelrecht (= al de rechten en plichten die je krijgt uit het recht —>
gerechtelijkrecht (materieel recht die niet wordt nageleefd) bv. Geleverd
krijgen wa ik heb gekocht, onderhoudsgeld ga krijgen…
Matterieel recht —> gerechtelijk recht
4
1
,2
,3
, Deel 1: Wezen en functie van het gerechtelijkrecht
Hoofstuk 1: begripsomschrijvingen
Begripsomschrijvingen
- Algemeen rechtsbeginsel: verbod eigenrichting
= wie zijn subjectieve of materiële rechten daadwerkelijk wilt realiseren,
moet noodgedwongen een beroep doen op de rechter
Of een scheidsrechter voor materies waar een dading is toegelaten
- Niemand mag het recht in eigen handen nemen en zonder
overheidshulp met
Eigenmachtsmiddelen een vermeende civiele aanspraak afdwingen
= bovendien is eigenrechting verboden, dit verbod geldt trouwens als
algemeen rechtsbeginsel
- De staat heeft het monopolie van het geweld
= er is maar 1 iemand die geweld mag plegen en dat is de staat
- Een geweldsmonopolie is het alleenrecht van de staat om fysiek
geweld en dwang te gebruiken. Het geweldsmonopolie is volgens de Duitse
socioloog Max Weber één van de definieerde kenmerken van een
soevereine staat
- Staat verplicht om een gerechtelijk apparaat en executierecht te
organiseren (zie ook art 6 EVRM)
Gerechtelijk recht=is het geheel van rechtsregels die betrekking hebben
op de voormelde effectuering van de materieelrechtelijke aanspraken van
de rechtssubjecten. Het gerechtelijk recht is bijgevolg meer dan louter
(burgerlijk) procesrecht. Het proces “n de sprocedure zijn immers slechts
onderdelen van deze rechtstaal. Het gerechtelijk recht omvat niet alleen
regels inzake het geschil en het geding, laar ook omtrent de
rechtsvorderingen ban de rechtsobjecten de rechterlijke organisaties, de
rechtsmacht en bevoegdheid van de hoven en rechtbanken. Ook het
exucutierecht is een wezenlijk onderdeel van het gerechtelijk recht
Materieelrecht (= al de rechten en plichten die je krijgt uit het recht —>
gerechtelijkrecht (materieel recht die niet wordt nageleefd) bv. Geleverd
krijgen wa ik heb gekocht, onderhoudsgeld ga krijgen…
Matterieel recht —> gerechtelijk recht
4