Samenvatting lab celbiologie
Inhoud:
1. Begrippen microscopie
2. Opbouw van de lichtmicroscoop
3. Werken met de lichtmicroscoop
4. Laboopdrachten
4.1 Kennismaking met de microscoop
4.2 Plantencel versus dierlijke cel
4.3 Vergelijking tussen de bouw van epitheelweefsel en spierweefsel
4.4 Vergelijking tussen de bouw van klierepitheelweefsel en botweefsel
4.5 Mitose en elektronenmicroscopie
H1: Begrippen microscopie
Lichtmicroscopen om micro-organismen en cellen of weefsels van de macro-organismen waar te
nemen
Elektronenmicroscopen om virussen en het gros van de celorganellen zichtbaar te maken.
Oplossend vermogen:
= scheidend vermogen/ resolutie R
= De kleinste afstand tussen 2 punten, waarbij die punten nog gescheiden kunnen worden
waargenomen.
Het oog van een mens heeft een oplossend vermogen van 0,1 mm dit betekend dat het oog op deze
afstand de puntjes en lijntjes nog net afzonderlijk kan afbeelden.
- 0,1 mm is goed (groot) voor een mens beeld is rijk aan details
- 5 mm is slecht (klein) beeld is arm aan details
De kwaliteit van een microscoop:
Factoren die rol spelen bij kwaliteit:
- De vergoting
- Het oplossend vermogen (belangrijkste factor, bepaald of het beeld rijk of arm aan detail is)
- De grootte van het gezichtsveld
- De verlichting
moderne LM: vergroting 1000x: oplossend vermogen is 0,0002 mm = dus groot OV
,Lengtematen voor kleine objecten:
- Voor kleine objecten (micro-organismen en cellen) en voor het OV van een LM is micrometer de
aangewezen lengtemaat: 1um is 0,001 mm of 10 -3 mm of 10-6 m.
- Voor zeer kleine objecten (virussen en organellen) en voor het OV van de EM is nanometer de juiste
maat: 1nm = 0,001 um of 10-9 m.
H2: Opbouw van de lichtmicroscoop
, Het zwaar statief St is een gebogen metalen arm waarop de meeste onderdelen zijn bevestigd.
Inhoud:
1. Begrippen microscopie
2. Opbouw van de lichtmicroscoop
3. Werken met de lichtmicroscoop
4. Laboopdrachten
4.1 Kennismaking met de microscoop
4.2 Plantencel versus dierlijke cel
4.3 Vergelijking tussen de bouw van epitheelweefsel en spierweefsel
4.4 Vergelijking tussen de bouw van klierepitheelweefsel en botweefsel
4.5 Mitose en elektronenmicroscopie
H1: Begrippen microscopie
Lichtmicroscopen om micro-organismen en cellen of weefsels van de macro-organismen waar te
nemen
Elektronenmicroscopen om virussen en het gros van de celorganellen zichtbaar te maken.
Oplossend vermogen:
= scheidend vermogen/ resolutie R
= De kleinste afstand tussen 2 punten, waarbij die punten nog gescheiden kunnen worden
waargenomen.
Het oog van een mens heeft een oplossend vermogen van 0,1 mm dit betekend dat het oog op deze
afstand de puntjes en lijntjes nog net afzonderlijk kan afbeelden.
- 0,1 mm is goed (groot) voor een mens beeld is rijk aan details
- 5 mm is slecht (klein) beeld is arm aan details
De kwaliteit van een microscoop:
Factoren die rol spelen bij kwaliteit:
- De vergoting
- Het oplossend vermogen (belangrijkste factor, bepaald of het beeld rijk of arm aan detail is)
- De grootte van het gezichtsveld
- De verlichting
moderne LM: vergroting 1000x: oplossend vermogen is 0,0002 mm = dus groot OV
,Lengtematen voor kleine objecten:
- Voor kleine objecten (micro-organismen en cellen) en voor het OV van een LM is micrometer de
aangewezen lengtemaat: 1um is 0,001 mm of 10 -3 mm of 10-6 m.
- Voor zeer kleine objecten (virussen en organellen) en voor het OV van de EM is nanometer de juiste
maat: 1nm = 0,001 um of 10-9 m.
H2: Opbouw van de lichtmicroscoop
, Het zwaar statief St is een gebogen metalen arm waarop de meeste onderdelen zijn bevestigd.