.
• Neovascularisatie Inductie van angiogenese = Vermogen om continu te blijven prolifereren
• Nodig om te voorzien in O2 en voedingsstoffen & om metabole afvalproducten Zelfvoorzienend in —> NORMALE CELLEN: prolifereren oiv GF
en CO2 af te voeren groeifactoren —> KANKERCELLEN: prolifereren onafh van GF
• Angiogenese = vorming van nieuwe BV uit bestaande BV door defecten in signaaltransductie
—> Komt voor bij wondheling & vrouwelijke cyclus • Manieren om vermogen tot onbeperkte proliferatie te bekomen
—> In tumoren angiogene switch a. Constante stimulatie van angiogenese a. Zelf GF produceren
Onbeperkte celdeling b. Vaak abnormale vasculatuur b. Kankercellen stimuleren normal cellen in tumor-geassocieerd stroma
(
om GF te produceren
• Gezonde cellen kunnen beperkt delen: komen barrière
c. Expressie receptorproteïnen neemt toe
tegen
d. Veranderingen in downstream pathway
a. Senescentie = blijven levende cellen maar kunnen
Hallmarks of
niet meer delen
Op
cancer
b. Crisis = max aantal celdelingen bereikt Ongevoelig voor groeitemmende signalen
• Kankercellen worden onsterfelijk = immortalisatie
= Omzeilen van de geprogrammeerde beperkingen van proliferatie
• Telomeren beschermen einde v/d chromosomen Vermijden van celdood • Negatieve regulatie omzeilen
—> In niet-geïmmortaliseerde cellen
a. Vaak afhankelijk van TS-genen
—> Verkorten progressief bij elke celdeling • Apoptose = geprogrammeerde celdood
b. Regulatoire circuits beslissen of cel prolifereert of senescentie
a. Einde niet meer beschermen tegen end-to- a. Intrinsieke/mitochondriale pathway
en apoptose activeert
end fusions b. Extrinsieke/death receptor pathway
b. Leidt tot instabiele, dicentrische • Inductie van apoptose kan via
chromosomen a. p53 = belangrijke sensor voor DNA-schade en kan apoptose induceren via NOXA en PUMA
c. Triggers ‘crisis’ en kan leiden tot celdood b. Gebrek aan overlevingsfactoren
• Telomerase voegt telomeer-repeats toe aan einde v/h c. Hyperactivatie
telomerisch DNA • Tumorcellen kunnen apoptose omzeilen via
—> In geimmortaliseerde cellen a. Verlies van p53
a. Voorkomt verkorting bij celdeling b. Expressie van anti-apoptotische regulatoren stijgt
b. Maakt cellen resistent tegen senescentie en c. Expressie van survival factoren stijgt
crisis d. Expressie van pro-apoptotische regulatoren daalt
, Co
p
88
a. DNA-methylatie: hypermethylatie van TS- Epigenetische herprogrammering Activatie van invasie & metastasering
genen —> komen niet meer tot expressie —> p53 minder afgeschreven
..
• Primaire tumor gaat vermogen verwerven zodat kankercel kan loskomen
DUS minder aanwezig
• Invasie in omringende weefsels en BV
b. Histon modificatie: bepaalde genen anders tot expressie laten komen
• Transport van kankercellen via circulatie
c. ncRNAs: niet coderen voor EW maar bepaalde TS-genen up-/
• Invasie en groei op nieuwe plaats = metastasen
downreguleren
p pp
Fenotypische plasticiteit ontsluiting
• NORMAAL: voorloper cel gaat uitrijpen tot terminaal Genomische instabiliteit & mutaties
-
gedifferentieerd trilhaarepitheel • Verhoogde mutatiesnelheid
• KANKERCEL • Selectiebarrières overwinnen door genetische instabiliteit
a. Terminaal gedifferentieerd epitheelcel dedifferentiëren • Epigenetische veranderingen zoals DNA-methylatie en histon modificatie
b. Differentiatie in 1 v/d tussenstappen blokkeren • p53 is bewaker v/h genoom
c. Trans differentiatie tot ander weefseltype —> Frequent gemuteerd in kankercellen om normale functie uit te
Ontwijken van immuunsysteem schakelen
• Vaak defecten in genen die waken over DNA
• Immuunsurveillantie = herkennen en elimineren van kankercellen a. DNA-schade detecteren & herstelmechanismen activeren
• Anti-tumorale immuunrespons b. Direct herstel van DNA-schade
• Bewijs dat immuunsysteem als barrière voor tumorgroei en c. Inactiveren van mutagene moleculen voor deze DNA schade
progressie fungeert toebrengen
Tumor-bevorderende
inflammatie
Herprogrammeren van
energiemetabolisme • Tumoren zijn vaak sterk geïnfiltreerd door cellen van zowel innate als adaptieve immuunsysteem
—> Immuuncellen kunnen kankercellen als vreemd zien en uitschakelen MAAR inflammatie kan tumorgroei
• Warburg effect = aerobe glycolyse bevorderen
• Hypoxische omgeving: tekort aan O2 dus glycolyse • Paradoxaal effect: inflammatoire respons bevordert tumorigenese en progressie
aanwenden om zichzelf van energie te voorzien • Komt soms al in vroeg stadium voor
—> Metabole switch