Ziekte- en
ongevallenverzekering
,Inhoudsopgave
1.1 Soorten verzekeringen volgens maatschappelijk doel...................................................................................1
1.2 Stelsel van de Belgische sociale zekerheid......................................................................................................1
1.3 Ongevallen-, ziekte- en invaliditeitsverzekeringen.........................................................................................4
1.4 Begrippen ongeval, ziekte en invaliditeit........................................................................................................6
1.5 Wetgeving.......................................................................................................................................................7
2.1 De verplichte ziekteverzekering....................................................................................................................10
2.2 De aanvullende ziektekostenverzekeringen.................................................................................................16
2.3 De ziektekostenverzekering bij opname in het ziekenhuis (= de hospitalisatieverzekering)........................18
2.4 Ziektekostenverzekering ambulante zorgen................................................................................................22
2.5 Aanvullende verzekering tandzorgen...........................................................................................................22
2.6 Beroepsgebonden ziektekostenverzekering.................................................................................................23
2.7 Fiscaliteit.......................................................................................................................................................23
3.1 Verplichte invaliditeitsverzekering...............................................................................................................24
3.2 Verzekering gewaarborgd inkomen = arbeidsongeschiktheidsverzekering.................................................25
3.3 Verzekerbaarheid van de jaarrente..............................................................................................................26
3.4 Waarborgprestaties......................................................................................................................................26
3.5 Verzekeringsmodaliteiten.............................................................................................................................27
3.6 Dekkingsmogelijkheden................................................................................................................................28
3.7 Acceptatie- en tarificatiebeleid.....................................................................................................................28
3.8 Beroepsgebonden verzekering gewaarborgd inkomen en de individuele voortzetting...............................30
3.9 Fiscaliteit.......................................................................................................................................................31
3.10 RIZIV-contracten.........................................................................................................................................31
4.1 Algemeen......................................................................................................................................................32
Waarborg overlijden (D)........................................................................................................................33
Waarborg blijvende invaliditeit (BI).......................................................................................................33
Waarborg tijdelijke werkonbekwaamheid (TWO)..................................................................................33
Waarborg dagvergoeding hospitalisatie.................................................................................................33
Waarborg medische kosten (MK)...........................................................................................................33
Waarborg redding, opzoeking en repatriëring (ROR).............................................................................33
Rechtsbijstand.......................................................................................................................................33
4.2 Verzekeringswaarborgen..............................................................................................................................37
Geen cumulatie tussen D en BI..............................................................................................................37
Verdubbeling bij éénzelfde ongeval.......................................................................................................37
4.3 Specifieke ongevallenverzekering.................................................................................................................39
,Ziekte- en invaliditeitsverzekering samenvatting
4.4 Collectieve ongevallenverzekering...............................................................................................................41
4.5 Fiscaliteit.......................................................................................................................................................41
5.1 De Vlaamse zorgverzekering........................................................................................................................42
5.2 De afhankelijkheidsverzekering (= niet verplichte zorgverzekering)............................................................43
6.1 Algemeen......................................................................................................................................................45
6.2 Verzekeringsformules...................................................................................................................................45
6.3 Verzekeringswaarborgen..............................................................................................................................46
1 Situering en wetgeving (p 3)
1.1Soorten verzekeringen volgens
maatschappelijk doel
Private verzekeringen → bescherming privaat en individueel belang
(Zelf kiezen voor wat en voor hoeveel -> Vb.: Brandverzekering, hospitalisatieverzekering)
Sociale verzekeringen → bescherming van één of meerdere groepen van burgers
(De hele Belgische bevolking is in het systeem verzekerd -> Vb.: Sociaal zekerheidsstelsel)
Kenmerken:
1. Doel: levensvoorwaarden verbeteren (welzijn)
2. Verplichte bijdragen (voor de financiering van het systeem)
3. Verzekeringsvoorwaarden zijn opgelegd door de overheid (partijen bepalen niet vrij)
4. Iedereen is verzekerd
5. Geen keuze m.b.t. kapitaal en rente
Zie voorbeelden dia 13 – 14
1.2Stelsel van de Belgische sociale zekerheid
1.2.1 Historische achtergrond
Lezen pagina 5 – 7
Van armenzorg naar sociale zekerheid
Van liefdadigheid naar zekerheid
Van bedelen naar uitkering
1.2.2 Kenmerken van het sociale zekerheidssysteem
Nationale solidariteit → fiscale (progressiviteit van de inkomstenbelasting) en parafiscale
(inning en verdeling van de sociale bijdragen) transfers
Bereiken voldoende levensstandaard
o Minimuminkomen (Vb.: Gewaarborgd minimum)
o Vervangingsinkomen (Vb.: Invaliditeitsuitkering, wekloosheidsuitkering, pensioen)
o Aanvullingsinkomen (Vb.: Kinderbijslagregeling)
Verplicht karakter → enige bijdrage verschuldigd aan één instelling
1
Hogeschool Gent
, Ziekte- en invaliditeitsverzekering samenvatting
1.2.3 Sectoren van de sociale zekerheid
Rijksdienst voor Sociale zekerheid (RSZ) en Rijksdienst voor Sociale Verzekeringen van
Zelfstandigen (RSVZ): inningen en uitbetalingen
Takken sociale zekerheid en instellingen:
1. Ouderdoms- en overlevingspensioenen → Rijksdienst Voor Pensioenen (RVP)
2. Werkloosheid → Rijksdienst Voor Arbeidsvoorzieningen (RVA)
3. Arbeidsongeval en beroepsziekte → Federaal agentschap voor beroepsrisico’s (FEDRIS)
4. Jaarlijkse vakantie → Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV)
5. Ziekte- en invaliditeitsverzekering → Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering
(RIZIV)
a. Uitkeringen
b. Geneeskundige zorgen
6. Gezingsbijslag → Federaal agentschap voor de kinderbijslag (FAMIFED)
1.2.4 De drie klassieke stelsels
1.2.4.1 Het werknemersstelsel
Werknemers zijn verplicht verzekerd tegen:
Verstrekkingen: geneeskundige zorgen, kinderbijslag
Uitkeringen: ziekte en invaliditeit, pensioen, werkloosheid, vakantie, arbeidsongeval en
beroepsziekte
Bijdragen aan de RSZ:
Afhouding brutoloon 13,07% (gezondheidszorg, invaliditeitsuitkeringen, werkloosheid en
pensioen)
Patronale bijdrage 25 – 33% bovenop brutoloon
Overheidstussenkomsten
Verdeling door RSZ
1.2.4.2 Het zelfstandigenstelsel
Geen vakantiegeld: zelfstandigen kiezen zelf
Zelfstandigen zijn verplicht verzekerd tegen: hun vakantie.
Geen arbeidsongeval: kan fraude gepleegd
Verstrekkingen: geneeskundige zorgen, kinderbijslag worden want moeilijk te bepalen.
Uitkeringen: ziekte en invaliditeit, pensioen Geen werkloosheid: hij creëert zijn eigen werk.
Bijdragen aan de RSZ via sociaal verzekeringsfonds (Vb.: Aserta, Partena):
20,5% op inkomen
Overheidstussenkomsten
Verdeling door RSVZ
1.2.4.3 Het ambtenarenstelsel
Geen dekking van alle takken van de sociale zekerheid (Vb.: Geen werkloosheidsvergoedingen).
Geneeskundige zorgen: identiek met werknemers en zelfstandigen
2
Hogeschool Gent
ongevallenverzekering
,Inhoudsopgave
1.1 Soorten verzekeringen volgens maatschappelijk doel...................................................................................1
1.2 Stelsel van de Belgische sociale zekerheid......................................................................................................1
1.3 Ongevallen-, ziekte- en invaliditeitsverzekeringen.........................................................................................4
1.4 Begrippen ongeval, ziekte en invaliditeit........................................................................................................6
1.5 Wetgeving.......................................................................................................................................................7
2.1 De verplichte ziekteverzekering....................................................................................................................10
2.2 De aanvullende ziektekostenverzekeringen.................................................................................................16
2.3 De ziektekostenverzekering bij opname in het ziekenhuis (= de hospitalisatieverzekering)........................18
2.4 Ziektekostenverzekering ambulante zorgen................................................................................................22
2.5 Aanvullende verzekering tandzorgen...........................................................................................................22
2.6 Beroepsgebonden ziektekostenverzekering.................................................................................................23
2.7 Fiscaliteit.......................................................................................................................................................23
3.1 Verplichte invaliditeitsverzekering...............................................................................................................24
3.2 Verzekering gewaarborgd inkomen = arbeidsongeschiktheidsverzekering.................................................25
3.3 Verzekerbaarheid van de jaarrente..............................................................................................................26
3.4 Waarborgprestaties......................................................................................................................................26
3.5 Verzekeringsmodaliteiten.............................................................................................................................27
3.6 Dekkingsmogelijkheden................................................................................................................................28
3.7 Acceptatie- en tarificatiebeleid.....................................................................................................................28
3.8 Beroepsgebonden verzekering gewaarborgd inkomen en de individuele voortzetting...............................30
3.9 Fiscaliteit.......................................................................................................................................................31
3.10 RIZIV-contracten.........................................................................................................................................31
4.1 Algemeen......................................................................................................................................................32
Waarborg overlijden (D)........................................................................................................................33
Waarborg blijvende invaliditeit (BI).......................................................................................................33
Waarborg tijdelijke werkonbekwaamheid (TWO)..................................................................................33
Waarborg dagvergoeding hospitalisatie.................................................................................................33
Waarborg medische kosten (MK)...........................................................................................................33
Waarborg redding, opzoeking en repatriëring (ROR).............................................................................33
Rechtsbijstand.......................................................................................................................................33
4.2 Verzekeringswaarborgen..............................................................................................................................37
Geen cumulatie tussen D en BI..............................................................................................................37
Verdubbeling bij éénzelfde ongeval.......................................................................................................37
4.3 Specifieke ongevallenverzekering.................................................................................................................39
,Ziekte- en invaliditeitsverzekering samenvatting
4.4 Collectieve ongevallenverzekering...............................................................................................................41
4.5 Fiscaliteit.......................................................................................................................................................41
5.1 De Vlaamse zorgverzekering........................................................................................................................42
5.2 De afhankelijkheidsverzekering (= niet verplichte zorgverzekering)............................................................43
6.1 Algemeen......................................................................................................................................................45
6.2 Verzekeringsformules...................................................................................................................................45
6.3 Verzekeringswaarborgen..............................................................................................................................46
1 Situering en wetgeving (p 3)
1.1Soorten verzekeringen volgens
maatschappelijk doel
Private verzekeringen → bescherming privaat en individueel belang
(Zelf kiezen voor wat en voor hoeveel -> Vb.: Brandverzekering, hospitalisatieverzekering)
Sociale verzekeringen → bescherming van één of meerdere groepen van burgers
(De hele Belgische bevolking is in het systeem verzekerd -> Vb.: Sociaal zekerheidsstelsel)
Kenmerken:
1. Doel: levensvoorwaarden verbeteren (welzijn)
2. Verplichte bijdragen (voor de financiering van het systeem)
3. Verzekeringsvoorwaarden zijn opgelegd door de overheid (partijen bepalen niet vrij)
4. Iedereen is verzekerd
5. Geen keuze m.b.t. kapitaal en rente
Zie voorbeelden dia 13 – 14
1.2Stelsel van de Belgische sociale zekerheid
1.2.1 Historische achtergrond
Lezen pagina 5 – 7
Van armenzorg naar sociale zekerheid
Van liefdadigheid naar zekerheid
Van bedelen naar uitkering
1.2.2 Kenmerken van het sociale zekerheidssysteem
Nationale solidariteit → fiscale (progressiviteit van de inkomstenbelasting) en parafiscale
(inning en verdeling van de sociale bijdragen) transfers
Bereiken voldoende levensstandaard
o Minimuminkomen (Vb.: Gewaarborgd minimum)
o Vervangingsinkomen (Vb.: Invaliditeitsuitkering, wekloosheidsuitkering, pensioen)
o Aanvullingsinkomen (Vb.: Kinderbijslagregeling)
Verplicht karakter → enige bijdrage verschuldigd aan één instelling
1
Hogeschool Gent
, Ziekte- en invaliditeitsverzekering samenvatting
1.2.3 Sectoren van de sociale zekerheid
Rijksdienst voor Sociale zekerheid (RSZ) en Rijksdienst voor Sociale Verzekeringen van
Zelfstandigen (RSVZ): inningen en uitbetalingen
Takken sociale zekerheid en instellingen:
1. Ouderdoms- en overlevingspensioenen → Rijksdienst Voor Pensioenen (RVP)
2. Werkloosheid → Rijksdienst Voor Arbeidsvoorzieningen (RVA)
3. Arbeidsongeval en beroepsziekte → Federaal agentschap voor beroepsrisico’s (FEDRIS)
4. Jaarlijkse vakantie → Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie (RJV)
5. Ziekte- en invaliditeitsverzekering → Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering
(RIZIV)
a. Uitkeringen
b. Geneeskundige zorgen
6. Gezingsbijslag → Federaal agentschap voor de kinderbijslag (FAMIFED)
1.2.4 De drie klassieke stelsels
1.2.4.1 Het werknemersstelsel
Werknemers zijn verplicht verzekerd tegen:
Verstrekkingen: geneeskundige zorgen, kinderbijslag
Uitkeringen: ziekte en invaliditeit, pensioen, werkloosheid, vakantie, arbeidsongeval en
beroepsziekte
Bijdragen aan de RSZ:
Afhouding brutoloon 13,07% (gezondheidszorg, invaliditeitsuitkeringen, werkloosheid en
pensioen)
Patronale bijdrage 25 – 33% bovenop brutoloon
Overheidstussenkomsten
Verdeling door RSZ
1.2.4.2 Het zelfstandigenstelsel
Geen vakantiegeld: zelfstandigen kiezen zelf
Zelfstandigen zijn verplicht verzekerd tegen: hun vakantie.
Geen arbeidsongeval: kan fraude gepleegd
Verstrekkingen: geneeskundige zorgen, kinderbijslag worden want moeilijk te bepalen.
Uitkeringen: ziekte en invaliditeit, pensioen Geen werkloosheid: hij creëert zijn eigen werk.
Bijdragen aan de RSZ via sociaal verzekeringsfonds (Vb.: Aserta, Partena):
20,5% op inkomen
Overheidstussenkomsten
Verdeling door RSVZ
1.2.4.3 Het ambtenarenstelsel
Geen dekking van alle takken van de sociale zekerheid (Vb.: Geen werkloosheidsvergoedingen).
Geneeskundige zorgen: identiek met werknemers en zelfstandigen
2
Hogeschool Gent