Werkcollege: ouderbetrokkenheid
1. Ouderbetrokkenheid
Intentie/houding
Enge kijk op ouderbetrokkenheid (De Wit, 2002)
-> Eenzijdige benadering op ouders
-> Belangstellende betrokkenheid bij de begeleiding van
--> Het eigen kind
--> Bij de groep waarin het eigen kind zit
--> De voorziening als geheel
Brede kijk op ouderbetrokkenheid
-> zowel voorziening als ouders moeten betrokken zijn
Thuis betrokken zijn?
Hulp bij huiswerk/examens, boekentas/brooddoos maken, planning, wat heb je
gezien/gedaan/geleerd?
Ouderparticipatie ≠ Ouderbetrokkenheid
Vaak als koepelbegrip
“alle vormen van belangstellende betrokkenheid van de ouders bij de begeleiding van hun
kind en bij de setting of voorziening
Oudenbetrokkenheid ≈ Houding en intentie
Ouderparticipatie ≈ actievere vormen van OB (participatie aan activiteiten)
Ouderbetrokkenheid - een term onder druk
Dimensies van ouderbetrokkenheid:
1. Kennisdimensie
2. Emotionele dimensie
3. Rationele dimensie
4. Competentiedimensie
5. Gedragsdimensie
6. Tijdsdimensie
Vaak vanuit 5,6 gekeken naar ouderbetrokkenheid
--> maar, brede kijk, transactioneel proces
, Oefeningen extra blad dimensie koppelen met tekstje
2. Ouderbetrokkenheid een (drie)dubbel
perspectief
Op zoek nr de ''waarom''
≠ niet hoe je aan ouderbetrokkenheid kan werken
= waarom je aan ouderbetrokkenheid wil werken
Perspectief van: de voorziening, de ouder, de kinderen/jongere
(drie)dubbel perspectief (niet betrokken?)
« We hebben zo ons best gedaan voor de ouderavond en dan komen zo weinig ouders…»
« Het zijn altijd dezelfde ouders die bereid zijn mee te helpen, van de anderen verwachten we
maar beter niet te veel »
« Degenen die het het meest nodig hebben, zijn er niet » (infoavond positief opvoeden)
“ Wij doen een tevredenheidsenquete, dus onze ouders zijn zeker betrokken
Good practices:
“Sommige ouders hebben veel zin om af en toe in de leefgroep te komen om voor te lezen, te
spelen of te helpen bij,… Ouders vinden het leuk om zo de vriendjes van hun kind te leren
kennen. Het is ook leuk voor de kinderen. Als zo een ouder binnenkomt, dan vliegen ze erop
af.” (begeleidster)
Er was een infoavond rond psychomotoriek. Heel interessant. Begeleiders zijn daar blijkbaar
mee bezig en zo krijg je als ouder beter zicht op het leven in de opvang.” (ouder)
“Dankzij de activiteiten krijg ik een betere band met ouders. In tegenstelling tot ‘s morgens of
‘s avonds zijn de ouders niet gehaast. Babbelen met elkaar en lachen, gaat allemaal veel
spontaner. We kunnen onze tijd nemen om te praten over het kind.” (verantwoordelijke)
3. Een wederkerige relatie
1. Ouderbetrokkenheid
Intentie/houding
Enge kijk op ouderbetrokkenheid (De Wit, 2002)
-> Eenzijdige benadering op ouders
-> Belangstellende betrokkenheid bij de begeleiding van
--> Het eigen kind
--> Bij de groep waarin het eigen kind zit
--> De voorziening als geheel
Brede kijk op ouderbetrokkenheid
-> zowel voorziening als ouders moeten betrokken zijn
Thuis betrokken zijn?
Hulp bij huiswerk/examens, boekentas/brooddoos maken, planning, wat heb je
gezien/gedaan/geleerd?
Ouderparticipatie ≠ Ouderbetrokkenheid
Vaak als koepelbegrip
“alle vormen van belangstellende betrokkenheid van de ouders bij de begeleiding van hun
kind en bij de setting of voorziening
Oudenbetrokkenheid ≈ Houding en intentie
Ouderparticipatie ≈ actievere vormen van OB (participatie aan activiteiten)
Ouderbetrokkenheid - een term onder druk
Dimensies van ouderbetrokkenheid:
1. Kennisdimensie
2. Emotionele dimensie
3. Rationele dimensie
4. Competentiedimensie
5. Gedragsdimensie
6. Tijdsdimensie
Vaak vanuit 5,6 gekeken naar ouderbetrokkenheid
--> maar, brede kijk, transactioneel proces
, Oefeningen extra blad dimensie koppelen met tekstje
2. Ouderbetrokkenheid een (drie)dubbel
perspectief
Op zoek nr de ''waarom''
≠ niet hoe je aan ouderbetrokkenheid kan werken
= waarom je aan ouderbetrokkenheid wil werken
Perspectief van: de voorziening, de ouder, de kinderen/jongere
(drie)dubbel perspectief (niet betrokken?)
« We hebben zo ons best gedaan voor de ouderavond en dan komen zo weinig ouders…»
« Het zijn altijd dezelfde ouders die bereid zijn mee te helpen, van de anderen verwachten we
maar beter niet te veel »
« Degenen die het het meest nodig hebben, zijn er niet » (infoavond positief opvoeden)
“ Wij doen een tevredenheidsenquete, dus onze ouders zijn zeker betrokken
Good practices:
“Sommige ouders hebben veel zin om af en toe in de leefgroep te komen om voor te lezen, te
spelen of te helpen bij,… Ouders vinden het leuk om zo de vriendjes van hun kind te leren
kennen. Het is ook leuk voor de kinderen. Als zo een ouder binnenkomt, dan vliegen ze erop
af.” (begeleidster)
Er was een infoavond rond psychomotoriek. Heel interessant. Begeleiders zijn daar blijkbaar
mee bezig en zo krijg je als ouder beter zicht op het leven in de opvang.” (ouder)
“Dankzij de activiteiten krijg ik een betere band met ouders. In tegenstelling tot ‘s morgens of
‘s avonds zijn de ouders niet gehaast. Babbelen met elkaar en lachen, gaat allemaal veel
spontaner. We kunnen onze tijd nemen om te praten over het kind.” (verantwoordelijke)
3. Een wederkerige relatie
