ONDERZOEK EN ANALYSE
WAT IS HET NUT VAN ONDERZOEK VOOR EEN COMMUNICATIEMEDEWERKER
Jive
? Hoe kunnen we naamsbekendheid behalen bij grote bedrijven?
1. Verkennend onderzoek
Via dubbel diamond model:
• Discover: daag jouw eigen assumpties uit.
• Define: definieer het échte probleem, zo specifiek mogelijk.
• Develop: overweeg verschillende soorten oplossingen.
• Deliver: verfijnen en testen van oplossingen tot het een finale oplossing
is
Werken via dubbel diamond model is:
• Iteratief: ideeën worden ontwikkeld, getest en verfijnd doorheen de
tijd.
• Zo vallen “zwakke ideeën” af doorheen de tijd.
Sociaal contact bleek een belangrijke driver te zijn om aan “jiving” te doen.
Dat kan wat contraintuïtief aanvoelen. Voor sommige mensen kan een momentje in
de auto, net een belangrijk moment van privacy zijn en tijd voor zichzelf.
Zie resultaten op pwp (onderzoek in 2020 gevoerd aka corona)
1.1. Hoe doelgroep bereiken?
Al onderzoek nr gedaan door digimeter.
Deskresearch (i.p.v. fieldresearch)
Verschil kennen!!
Meest recente rapport gebruiken
1.2. Persona
Interview gedaan met potentiële gebruikers
Gegoten in 1 PERSONA
Persona = fictieve, verhalende, gedetailleerde personages die zich van elkaar
onderscheiden door hun gedragspatronen, doelen, motivaties.
Door gebruik te maken van persona’s kunnen onderzoekers de gebruiker en zijn
leefwereld beter begrijpen.
Persona = manier om de info op een begrijpelijke manier samen te vatten –
soort verhaal rond de doelgroep.
Zo kan je als bedrijf beter inleven en inspelen op behoeften vd doelgroep.
1.3. Customer journey
= complete ervaring die een klant heeft met een bepaald merk.
(Wordt opgemaakt binnen het verkennend onderzoek)
Via realistische KPI’s
1
, 2. Toetsend onderzoek
= gaat over DEVELOP EN DELIVER FASE
Je gaat een theorie of hypothese die leeft testen.
- Vergelijkt jouw resultaten met verwachte uitkomst
- Beoordelen of je theorie/hypothese klopt
Typische voorbeeld; tevredenheidsonderzoek.
Statisch significant = er is een verschil dat je niet kan negeren, het
verschil is groot genoeg dat het geen toeval kan zijn.
HET ONDERZOEKSPROCES
Onderzoeksproces niveautje lager dan communicatieproces.
Onderzoeksproces = stap per
stap.
Systematisch; wnr je
onderzoek doet moet je alle
stappen overlopen.
Hierdoor komen 2
kernelement aan bod.
- Doelbewust,
doelgericht.
= het gebeurt om een
bepaalde reden.
- Systematisch =
volgens vaste,
goedgekeurde
methodes, planmatig
Literatuurstudie = wat bestaat er
al? Geen dubbel werk doen
Methodologische verantwoording = nagaan welke info je nog tekort hebt. + plan van aanpak
bepalen. (Dan pas effectief onderzoek)
(Zie dit toegepast op JIVE pwp)
ONDERZOEKSMETHODEN SELECTEREN
- Deskresearch waar info vinden?
EN/OF
- Field research kwalitatief/ kwantitatief
A) Deskresearch = literatuurstudie (bestaande onderzoeksrapporten naslaan)
Soms onvoldoende
o Data die verouderd is
2
, o Soms vr een deel antwoord op je vraag = niet volledig
Helpt wel bij afbakenen van jouw vragen en gaten vinden in wat er al geweten is.
OPLOSSING:
Aanvullen met fieldresearch
Dia 32 = DESK (bestaand onderzoek)
Dia 33 = FIELD (hebben zelf onderzoek gedaan)
B) Fieldresearch (nieuwe info verzamelen)
- Kwantitatief onderzoek
o Zelf een enquête opstellen
o Grote groep mensen wil bevragen
o Gaat ervan uit dat resultaten generaliseerbaar zijn
Generaliseerbaar = verwijst naar de mate waarin de
resultaten van een onderzoek kunnen worden toegepast op een
bredere populatie dan de steekproef die daadwerkelijk is
onderzocht.
- Kwalitatief onderzoek
o Interviews doen met werknemers
o Gaat met mensen in gesprek
o In kleine groepen
o Je gaat NIET in op cijfergegevens
o Gaat op zoek nr diepere inzichten
DIA 36 = kwanti
DIA 37 = kwali
Altijd vertrekken vanuit de vraag; wat wil ik te weten komen?
o Zegt welke onderzoeksmethoden beter zijn.
o Verschillenden bedoelingen verschillenden methodes
o Soms verschillende methodes combineren.
3
, 1) Participerende observatie = zelf op straat leven als bedelaar vb om
inzichten op te doen.
2) Neurofysiologische meting = Gezicht analyseren van mensen d.m.v.
sensoren of o.b.v. klikgedrag. Kwantitatieve cijfers worden hieruit gehaald.
3) Experiment = 2 groepen maken. Vb.; 1 groep blijft facebook gebruiken,
andere niet enz. verschillen meten.
4) A/B testing = experiment waarbij je twee varianten met elkaar gaan
vergelijken. Vb. websitepagina’s je kijkt op welke mate beide pagina’s beter
scoren.
5) Eyetracking onderzoek = waarnaar kijken mensen resultaten in HEAT-
MAP plaatsen
6) Enquête met vast lijst van vragen en antwoordmogelijkheden.
7) Focusgroep = d.m.v. groepsdiscussies tracht men inzicht te krijgen in
attitudes tav ideeën of bepaalde problematieken.
Kwalitatief
Stel jezelf deze 5 vragen en volg het stroomschema
1. Wat wil je weten? Waarom?
Welke info heb je nodig?
2. Hoe kan ik die info verzamelen?
3. Waar haal ik de deskinfo vandaan?
4. Via welk soort fieldresearch: kwalitatief of kwantitatief onderzoek?
5. Welke methode kies je om de gegevens te verzamelen?
ONDERZOEKSDOELSTELLINGEN EN VRAAGSTELLING
4
WAT IS HET NUT VAN ONDERZOEK VOOR EEN COMMUNICATIEMEDEWERKER
Jive
? Hoe kunnen we naamsbekendheid behalen bij grote bedrijven?
1. Verkennend onderzoek
Via dubbel diamond model:
• Discover: daag jouw eigen assumpties uit.
• Define: definieer het échte probleem, zo specifiek mogelijk.
• Develop: overweeg verschillende soorten oplossingen.
• Deliver: verfijnen en testen van oplossingen tot het een finale oplossing
is
Werken via dubbel diamond model is:
• Iteratief: ideeën worden ontwikkeld, getest en verfijnd doorheen de
tijd.
• Zo vallen “zwakke ideeën” af doorheen de tijd.
Sociaal contact bleek een belangrijke driver te zijn om aan “jiving” te doen.
Dat kan wat contraintuïtief aanvoelen. Voor sommige mensen kan een momentje in
de auto, net een belangrijk moment van privacy zijn en tijd voor zichzelf.
Zie resultaten op pwp (onderzoek in 2020 gevoerd aka corona)
1.1. Hoe doelgroep bereiken?
Al onderzoek nr gedaan door digimeter.
Deskresearch (i.p.v. fieldresearch)
Verschil kennen!!
Meest recente rapport gebruiken
1.2. Persona
Interview gedaan met potentiële gebruikers
Gegoten in 1 PERSONA
Persona = fictieve, verhalende, gedetailleerde personages die zich van elkaar
onderscheiden door hun gedragspatronen, doelen, motivaties.
Door gebruik te maken van persona’s kunnen onderzoekers de gebruiker en zijn
leefwereld beter begrijpen.
Persona = manier om de info op een begrijpelijke manier samen te vatten –
soort verhaal rond de doelgroep.
Zo kan je als bedrijf beter inleven en inspelen op behoeften vd doelgroep.
1.3. Customer journey
= complete ervaring die een klant heeft met een bepaald merk.
(Wordt opgemaakt binnen het verkennend onderzoek)
Via realistische KPI’s
1
, 2. Toetsend onderzoek
= gaat over DEVELOP EN DELIVER FASE
Je gaat een theorie of hypothese die leeft testen.
- Vergelijkt jouw resultaten met verwachte uitkomst
- Beoordelen of je theorie/hypothese klopt
Typische voorbeeld; tevredenheidsonderzoek.
Statisch significant = er is een verschil dat je niet kan negeren, het
verschil is groot genoeg dat het geen toeval kan zijn.
HET ONDERZOEKSPROCES
Onderzoeksproces niveautje lager dan communicatieproces.
Onderzoeksproces = stap per
stap.
Systematisch; wnr je
onderzoek doet moet je alle
stappen overlopen.
Hierdoor komen 2
kernelement aan bod.
- Doelbewust,
doelgericht.
= het gebeurt om een
bepaalde reden.
- Systematisch =
volgens vaste,
goedgekeurde
methodes, planmatig
Literatuurstudie = wat bestaat er
al? Geen dubbel werk doen
Methodologische verantwoording = nagaan welke info je nog tekort hebt. + plan van aanpak
bepalen. (Dan pas effectief onderzoek)
(Zie dit toegepast op JIVE pwp)
ONDERZOEKSMETHODEN SELECTEREN
- Deskresearch waar info vinden?
EN/OF
- Field research kwalitatief/ kwantitatief
A) Deskresearch = literatuurstudie (bestaande onderzoeksrapporten naslaan)
Soms onvoldoende
o Data die verouderd is
2
, o Soms vr een deel antwoord op je vraag = niet volledig
Helpt wel bij afbakenen van jouw vragen en gaten vinden in wat er al geweten is.
OPLOSSING:
Aanvullen met fieldresearch
Dia 32 = DESK (bestaand onderzoek)
Dia 33 = FIELD (hebben zelf onderzoek gedaan)
B) Fieldresearch (nieuwe info verzamelen)
- Kwantitatief onderzoek
o Zelf een enquête opstellen
o Grote groep mensen wil bevragen
o Gaat ervan uit dat resultaten generaliseerbaar zijn
Generaliseerbaar = verwijst naar de mate waarin de
resultaten van een onderzoek kunnen worden toegepast op een
bredere populatie dan de steekproef die daadwerkelijk is
onderzocht.
- Kwalitatief onderzoek
o Interviews doen met werknemers
o Gaat met mensen in gesprek
o In kleine groepen
o Je gaat NIET in op cijfergegevens
o Gaat op zoek nr diepere inzichten
DIA 36 = kwanti
DIA 37 = kwali
Altijd vertrekken vanuit de vraag; wat wil ik te weten komen?
o Zegt welke onderzoeksmethoden beter zijn.
o Verschillenden bedoelingen verschillenden methodes
o Soms verschillende methodes combineren.
3
, 1) Participerende observatie = zelf op straat leven als bedelaar vb om
inzichten op te doen.
2) Neurofysiologische meting = Gezicht analyseren van mensen d.m.v.
sensoren of o.b.v. klikgedrag. Kwantitatieve cijfers worden hieruit gehaald.
3) Experiment = 2 groepen maken. Vb.; 1 groep blijft facebook gebruiken,
andere niet enz. verschillen meten.
4) A/B testing = experiment waarbij je twee varianten met elkaar gaan
vergelijken. Vb. websitepagina’s je kijkt op welke mate beide pagina’s beter
scoren.
5) Eyetracking onderzoek = waarnaar kijken mensen resultaten in HEAT-
MAP plaatsen
6) Enquête met vast lijst van vragen en antwoordmogelijkheden.
7) Focusgroep = d.m.v. groepsdiscussies tracht men inzicht te krijgen in
attitudes tav ideeën of bepaalde problematieken.
Kwalitatief
Stel jezelf deze 5 vragen en volg het stroomschema
1. Wat wil je weten? Waarom?
Welke info heb je nodig?
2. Hoe kan ik die info verzamelen?
3. Waar haal ik de deskinfo vandaan?
4. Via welk soort fieldresearch: kwalitatief of kwantitatief onderzoek?
5. Welke methode kies je om de gegevens te verzamelen?
ONDERZOEKSDOELSTELLINGEN EN VRAAGSTELLING
4