Inhoud
Algemene inleidende begrippen ............................................................................................2
Belangrijke fysische aspecten v gassen .............................................................................7
Longventilatie ........................................................................................................................9
Longvolumes en longcapaciteiten ................................................................................... 16
Ademhalingsweerstanden en ademarbeid .......................................................................... 22
Gasuitwisseling in de longen............................................................................................ 32
Longdoorbloeding = .......................................................................................................... 38
Transport van ademgassen in bloed .................................................................................... 41
Rol van hemoglobine ........................................................................................................ 42
Ventilatie / perfusie verhouding........................................................................................... 46
Stoornissen vd V/Q verhouding ........................................................................................ 47
Stoornis dr relatief verminderde Q ............................................................................... 47
Stoornis dr relatief verminderde V = ............................................................................. 48
Gecompenseerde V/Q stoornis = .................................................................................. 49
Regulatie van ademheling.................................................................................................... 52
Algemeen ......................................................................................................................... 52
Ritmische + neurogene regulatie ademhalingsspieren .................................................... 53
Chemische regulatie ademhaling .................................................................................... 54
Verband longventilatie/ zuur-base evenwicht = ............................................................... 55
Neurogene regulatie v ademhaling................................................................................... 58
Andere ademhalingsreflexen ........................................................................................... 60
Ademhaling in speciale omstandigheden ............................................................................ 60
Inspanningen = ................................................................................................................. 60
Verband ademhaling en hypoxie ...................................................................................... 63
Ademefficiëntie bij rokers ................................................................................................ 67
Effecten v hypox(em)ie + hypercapnie.............................................................................. 67
Behandeling ademproblemen = ....................................................................................... 68
1
,Algemene inleidende begrippen
Inwendige + uitwendige ademhaling =
- Omgangstaal ---> ademen = verversen lucht in longen via afwisselende in- en
uitadembewegingen = ventilatie
- Fysiologie ---> ademhaling = gasuitwisselingsproces =
• Inwendig = oxidatieve fosforylatie (krebcyclus)
• Uitwendig = uitwisselen O2 – CO2 ts atmosfeer en cel ---> ook ter hoogt v cel zelf
aanbrengen + verwijderen
Processen v uitwisseling = voornamelijk diffusie = passieve
bewegingen
---> concentratiegradiënt nodig + aanhouden ---> = garanderen
dr 2 pompen =
- Hart ---> bloed in longen
- Thoraxwand en ademspier ---> zorgen voor verse
buitenlucht binnen brengen
---> uitwendige ademhaling = 3 processen =
- Longventilatie
- Gasuitwisseling ---> thv longen + weefsels = via
passieve fysische principes = diffusie
- Gastransport ---> in bloed = long <---> weefsels
Vereisten voor goede ademhaling:
- Voldoende pompwerking thorax/ademspieren + hart
- Voldoende gasuitwisseling ---> probleem bij vele longziekten = ventilatie stijgt
(= compensatoir - veelal onvoldoende)
Andere functies longen:
- Verwijderen giftige verbindingen (bv. alcohol, aceton ...)
- Metabole activiteit = enzymatisch =
• omzetten inactief ---> actief (AT I ---> AT II)
• enzymatisch klieven in longcirculatie = inactiveren van serotonine + bradykinine
+ NOR + bepaalde geneesmiddelen
- Filtreren van microtrombi ---> anders aanleiding geven tot embolisatie in arteriële
vasculaire gebieden
• Open foramen ovale = verhoogde drukken aan Re zijde circulatie = bron v
passage ---> trombi v RA nr LA ---> = embolisatie
- Bloedreservoir
2
, Functionele anatomie
Luchtwegen = hebben boomstructuur --->
1. Trachea = 2 hoofdstam tronchi
2. Hoofdtak bronchi = verder in kleine
luchtwegen opsplitsen
---> bij elke splitsing = nieuwe generatie = in totaal
16 generaties =
- NIET deelnemen aan uitwisselingsproces
- WEL instaan voor voortschrijden v
ingeademde lucht tot plaats v uitwisseling
3. Vertakkingen met functionele eenheid =
alveoli = aantreffen op bronchiolen = 1e
generatie die alveolen bevatten
4. Alveolaire ducti + zakken = terminale segmenten
Lengte =
- Geleidingsgedeelte = heel lang
- Uitwisselingsgedeelte = heel kort ---> = +- 0,5 cm maar bestrijkt wel enorme oppervlakte
Alveolen = liggen heel nauw aan bij pulmonale capillairen ---> zo diffusie mogelijk
---> capillair met RB = bestaan uit endotheel want alveool bestaat uit pneumocyten
---> ts capillairen = hele dunne interstitiële laag = moet zo klein mogelijk blijven --->
diffusie zo vlot mogelijk laten gaan
Geleidingszone en uitwisselingszone
= functioneel 2 verschillende zones
1. Geleidingszone = tot terminale bronchiolen
• 150 ml blijft in geleidingssysteem =
---> lucht inademen = groot deel raakt niet tot bij longblaasjes = blijft in
geleidingssysteem staan = dode ruimte ---> = niet gemodificeerd terug uit geademd
---> inademen = 500 ml ---> deelnemen aan ademhalingsproces = 350 ml
• Functie =
▪ Lucht geleiden nr uitwisselingszone
▪ Lucht filteren + opwarmen + bevochtigen ---> zorgen voor verandering
gasspanning zuurstof + stikstof
---> tracheale lucht ≠ atmosferische lucht 3
, Uitwisselingszone = respiratoire zone = diffusiecompartiment =
- Gasuitwisseling lucht – bloed
- Alveolo-capillaire membraan =
• Epitheel alveool
Minimale dikte = vlotte gasuitwisseling
• Endotheel capillair
- Opp = 50 – 100 m² ---> capillairen omspoelen 300 milj alveolen
---> 1 avleool + capillairen = respiratoire eenheid = respiratoire bronchiolen =
moeten samenwerken voor efficiënte gasuitwisseling = in 2 richtingen =
• Capillairen = CO2 in alveolen krijgen ---> zo nr buitenlucht
• Alveolen = O2 in capillairen krijgen
- Grootste volume v longen ---> 2,5 – 3 liter
Opmerking =
- Afstand mond – terminale bronchiolen = 25 cm
- Afstand 1e respiratoire bronchiolen – alveolaire zakken = 0.5 cm
Schematisch voorgesteld
Werking =
1. Pulmonale arterie brengt zuurstofarm bloed nr longen
2. In longen = verrijken met O2 dr uitwisseling met alveolen
3. Pulmonale venen = terug naar linker atrium voeren
---> Al het bloed dat in longen circuleert =
- Bloed dat deelneemt aan gasuitwisseling
- Bloedvoorziening voor bronchi = voor geleidingssysteem =
bronchiale bloedvoorziening
---> = systemische circulatie = zorgen voor het intact houden v
bronchii ---> = veneuze bloed =
• NIET nr systeemvenen
• Via veneuze longcirculatie draineren
---> = er zal altijd O2-arm bloed in linker deel v circulatie
terecht komen = shunt
4