Samenvatting - brede kijk 1 (V5HD02)

Brede kijk 1: Kijken vanuit mens en
samenleving
Gezondheidseducatie
H1: gezondheidseducatie
1.2: gezondheid
- Kostbaar goed
- Heel wat factoren die gezondheid bedreigen: slechte voeding,
milieu, roken, weinig rust, lawaai, angst
- Gedragingen om goede gezondheid te hebben moeten aangeleerd
worden
Gezondheid is meer dan ‘niet ziek’ zijn. Het is:
- Ruim begrip
- Relatief begrip
- Dynamisch begrip
- Emancipatorisch begrip
1.2.1.1: een ruim begrip
Gezondheid is:
Een toestand van een zo optimaal mogelijk fysiek, mentaal en sociaal
niet welbevinden, waarbij iedereen de kans moet hebben om als mens
capaciteiten te ontwikkelen en te gebruiken met een maximaal aantal
vrijheidsgraden en keuzemogelijkheden.



Ruim
begrip


Fysiek Mentaal Sociaal

,1.2.1.1.2: mentaal of geestelijk welzijn
- ‘toestand van optimale ontwikkeling op psychisch, intellectueel,
affecties en relationeel gebied, voor zover deze verenigbaar is met
andere individuen’
- Is meer dan afwezigheid van geestesziekte
 Geestelijk welbevinden
 Evenwichtige relatie van mens tot medemens
 Een evenwicht in elke levensfase


1.2.1.1.1: fysiek of lichamelijk welbevinden
- Harmonisch evenwicht tussen de verschillende organen en hun
functies
- Organisme kan aangepast reageren op aanvallen vanuit de
omgeving (infecties)
- De kracht bezitten om gepaste arbeid te kunnen verrichten
 Middel om gezondsheidsbehoeften te vervullen (zuurstof
inademen, welbevinden)
1.2.1.1.3: sociaal welbevinden en materiële welvaart
- Betekent dat elk lid van de maatschappij en
levensstandaard moet bezitten die hem in
staat stelt van zijn gezondheid te behouden
- Naast basisbehoeften, tal van sociale
behoeften


1.2.1.2: een relatief begrip
- Individueel
- Wordt door iedereen anders ervaren
- Is niet objectief meetbaar
1.2.1.3: dynamisch begrip
- Geen statisch gegeven
- Nu gezond wil niet zeggen blijven gezond
- Lichaam = ingewikkelde machine waar veel fout kan gaan
1.2.1.4: een emancipatorisch begrip
- Emancipatie = vrijmakend
- Elk mens is (gedeeltelijk) verantwoordelijk voor zijn eigen
gezondheid
- Elk mens neemt zelf de beslissingen

, Doel kleuterleider  kennis en vaardigheden bijbrengen




1.2.2: gezondheidseducatie
- Kennis en vaardigheden aanbieden om gezonde keuzes te maken
- Door informeren, sensibiliseren en op te voeden
 Kinderen leren veel door nadoen, naspelen……
voorbeeldfunctie als opvoeder
Je moet:
- Rekening houden met hun rijpheid en interesse
- Zorgen voor een positief klasklimaat
- Taak van de school  ZILL

1.2.3: samenwerking tussen school en thuis
- Invloeden van beide op elkaar/ streven naar
samenwerking
 normen en gewoonten van thuis kennen
 ouders berichten over onderwerp (thema)
 specifieke voorvallen melden
 afspraken en mededelingen nakomen (bv.
binnen blijven)
 ouders uitnodigen voor activiteit
mentaliteit en afspraken binnen de school

1.3: ziekte
Definitie: ziek zijn is het verbreken van lichamelijk, geestelijk of sociaal
evenwicht
Reden:
- het afweersysteem is verzwakt
- de aanvallen buiten uit zijn groter
bij ziekte kan =
- lichamelijke klachten of letsels
- psychopathische klachten (stress, geestelijk)
 als kleuterleidster kom je er mee in contact
• Signalen herkennen en meedelen aan ouders/opvoeders
• Soms eerste zorgen toepassen
• Geen diagnose stellen