Artikel: Sociale ongelijkheid in het onderwijs................................................................................................. 2
Inleiding.................................................................................................................................................................2
1. Bekwaamheid....................................................................................................................................................2
2. Ouderlijk milieu en andere sociale breuklijnen.................................................................................................3
3. Segregatie tussen scholen en buurten..............................................................................................................3
Oorzaken...............................................................................................................................................................3
Gevolgen schoolsegregatie...................................................................................................................................4
4. Onderwijscondities............................................................................................................................................4
Gunstige condities.................................................................................................................................................4
Ongelijke verdeling van onderwijscondities..........................................................................................................4
Maatstaven en moreel..........................................................................................................................................4
5. Openlijke en verborgen differentiatie...............................................................................................................5
Vroege selectie voor verschillende onderwijstypen..............................................................................................5
Interne differentiatie.............................................................................................................................................5
Hiërarchie van studierichting................................................................................................................................5
Doorstroming........................................................................................................................................................5
...............................................................................................................................................................................6
Studievragen bij het artikel Sociale Ongelijkheid in het onderwijs (Dronkers, 2016)...........................................7
Studievragen bij par. 4.2 Bekwaamheid...............................................................................................................7
Studievragen bij par. 4.3. Ouderlijk milieu............................................................................................................7
Studievragen bij par. 4.4. Segregatie tussen scholen en buurten.........................................................................7
Maak een samenvatting/ mindmap van par. 4.5. Onderwijscondities.................................................................8
Bedenk studievragen bij par. 4.6. Openlijke en verborgen differentiatie.............................................................8
1
, Artikel: Sociale ongelijkheid in het onderwijs
Inleiding
Onderwijs heeft 2 gezichten;
- Lage strata kan onderwijs gebruiken als middel tot sociale stijging.
- Nieuwe ongelijkheden + bestaande te handhaven.
Door ’t toenemende belang van hoogwaardige wetenschappelijke en technische kennis.
Door vermindering van belang en invloed van andere machtsmiddelen (geld, kracht,
geografische gebondenheid etc.) is onderwijs de ruggengraat van ongelijkheid geworden.
De verschillen tussen individu zijn het grootst, beleid dat zich enkel richt op boven-
individuele contexten kan maar een deel van onderwijs ongelijkheid beïnvloeden.
Niet alle veranderingen komen tot stand dankzij beleid. Meeste verandering is zonder
beleid van de grond gekomen.
Onderwijsongelijkheid = de uiteenlopende kans van leerlingen, afkomstig uit
verschillende strata, op het bereiken van een hoog onderwijs niveau.
1. Bekwaamheid
Verschillen in bekwaamheid -> verschillen in intelligentie en persoonlijkheid. ( ontstaan
gedurende de eerste levensjaren)
Intelligentie; cognitieve intelligentie.
Persoonlijkheid; extraversie, vriendelijkheid, zorgvuldigheid, emotionele stabiliteit,
openheid voor nieuwe ervaringen.
De school is vaak de plek waar bekwaamheidsverschillen zich het eerste publiekelijk
manifesteren en eerder versterken dan neutraliseren.
Ouders met een hoger genoten opleiding en beroep hebben gemiddeld hogere
bekwaamheden en zijn beter in staat een stimulerende omgeving voor hun kinderen te
vormen.
Dit gaat echter niet altijd op waardoor er geen deterministische relatie tussen
ouderlijke bekwaamheden, stimulerende opvoedingsomgeving en vroege bekwaamheden
bij leerlingen.
Aan het eind van de twintigste eeuw konden zo goed als alle bekwamen leerlingen uit de
lagere strata studeren.
Meer bekwaamheden dragen dus bij aan succes in het onderwijs en de
samenleving, dit is maar gedeeltelijk te herleiden naar het ouderlijk milieu.
Primair effect -> bekwaamheid, gemeten aan het begin van het basisonderwijs.
Secundair effect -> ouderlijk milieu, gemeten door de verdere loopbaan.
Een neveneffect was dat iemand uit de hogere strata zich noodzakelijk voelde om een
hogere opleiding te volgen om sociale daling te voorkomen. Hierdoor konden zij gebruik
maken van hun cultureel kapitaal door bijvoorbeeld bijles te volgen.
2