2023-2024
Neurokine 3: PNF
1e master REVAKI, semester 1
Femke Loos
0
,Neurokine 3 – theorie – PNF
PNF
INLEIDING
PNF:
- P = proprioceptieve
- N = neuromusculaire
- F = facilitatie
PNF IN DE PRAKTIJK
Vb. Tennisspeler: probleem met biceps -> je moet aan het hele patroon werken., Kindje dat leert kruipen: kindje gebruikt patronen,.
Patiënt die wilt opstaan: heeft flexie v romp nodig, maar daarna ook een extensiepatroon om recht te kunnen staan
PROPRIOCEPTIE
Sensorische receptoren
- Spierspoel: snelheid v verandering in spierlengte, actuele spierlengte
- Golgi-peesapparaat: spierspanning
- Gewrichtsreceptoren: stand gewrichten, waarschuwing bij extreme bewegingen, indeling beweging in
componenten
Information on the perception or awareness of the position and movement of the body
NEUROMUSCULAIR
- = Toepassingsgebied v zenuwen & spieren
FACILITATIE
- = beweging vergemakkelijken, eenvoudiger maken, helpen
WAT?
- Men probeert de spierspoelen, Golgi-peesapparaat & gewrichtsreceptoren te beïnvloeden om een
beter motorisch antwoord te verkrijgen.
Men doet beroep op een methode die het antwoord v neuromusculaire mechanisme verbetert,
versnelt, gemakkelijker of eenvoudiger maakt door stimulatie v proprioreceptoren v organisme
BASISPRINCIPES (PROCEDURES)
Basisprincipes:
- Optimale weerstand
- Stretch
- Manueel contact
- Timing
- Verbale stimulatie
- Tractie & approximatie
- Visuele stimulatie
- PNF-patronen (patterns
- Lichaamspositie en -mechanismen of bewegingsdiagonalen)
- Irradiatie & reinforcement (= versterking)
1
, Neurokine 3 – theorie – PNF
OPTIMALE WEERSTAND
= de weerstand die P nog net kan hebben zodat de beweging vloeiend & gecoördineerd verloopt zonder pijn
De intensiteit v weerstand tijdens activiteit hangt af van:
- Mogelijkheden v patiënt
- Doel v activiteit/behandeling
Patiëntgebonden
Varieert voortdurend
Type spiercontracties/activatie:
- Isotonisch (dynamisch):
Doel v P is beweging maken (in een diagonaal)
Concentrisch: beweging ontstaat door spierverkorting
Excentrisch: uitwendige kracht vb. zwaartekracht of weerstand veroorzaakt beweging -> beweging
geremd door gecontroleerde verlenging v agonist
Gestabiliseerd isotonisch: doel v P: beweging voorkomen door uitwendige kracht meestal /w/
- Isometrisch (statisch):
doel v P & T: er treedt geen beweging op
MANUEEL CONTACT
- Tactiele stimulus
Handen T stimuleren de huid & andere drukgevoelige receptoren
- Druk tegengesteld aan richting v beweging (geeft info over richting)
Geen pijn (comfortabel)
- Lumbricaalgreep
om elke beweging driedimensionaal te kunnen controleren
Druk komt vanuit flexie v MCP gewrichten
Voordeel: beweging beter controleren, zonder P pijn te doen bij vastgrijpen of veel druk geven op
botdelen
- Contact 1 zijde v lichaam:
T omvat lidmaat niet
Contact op werkende spier
Altijd beide handen gebruiken
VERBALE STIMULATIE
Kort, duidelijk & exact
- Intensiteit // toon & volume
Zacht,kalm // zachte + rustige toon -> pijndemping & relaxatie
Luid // harde + verheven toon -> spierversterking
- Duidelijk & precieze commando’s naar P, zonder overbodige woorden
- Instructies combineren met /p/ beweging -> gewenste beweging w duidelijker
2