1. Introductie wetenschappelijk onderzoek (W.O.)
1.2 Kennisverwerving
Carcinogeen → kankerverwekkend
Hoe kennis verwerven:
- traditie (altijd zo geweest)
- autoriteit (reputatie, succes en ervaring)
- trial and error (arbeidsintensief)
- logisch redeneren (inductie en deductie)
- de wetenschappelijke methode
deductie: een afleiding van het algemene tot het bijzondere
→ syllogisme: logische redenering (twee stellingen, een conclusie)
- Major term (hoofdstelling)
- Minor term (ondergeschikte stelling)
- conclusie
VB:
1. alles wat leeft moet sterven
2. een mens leeft
3. alle mensen moeten sterven
beperkingen: bruikbaarheid van de stelling is afhankelijk van de waarheid van de stelling.
inductie: ontwikkelingen van een algemene regel, uitgaande van specifieke observaties
VB: patiënten die trainen vallen niet en patiënten die niet trainen vallen wel
dus lichaamsoefening verbeterd de posturale stabiliteit
beperkingen: kennis kwaliteit is afhankelijk van representativiteit van de observaties.
deductie + inductie:
essentiële component van wetenschappelijk denken
1.3 Kenmerken W.O. en onderzoeksvormen
wetenschappelijke methode:
W.O.→ een systematisch, empirisch (directe observatie), gecontroleerd (interne en externe
factoren) en kritisch onderzoek (nauwkeurig en kritisch) van een hypothese die gaat over
verbanden tussen natuurlijke verschijnselen.
beperkingen:
- nooit perfect (vb: complexiteit natuur)
- je moet je altijd bewust zijn van externe factoren en individuele variabiliteiten bij het
interpreteren en veralgemenen van bevindingen
- onderzoek best altijd in labo
,criteria:
- methodologische aanpak
- objectieve data
- kritische blik van wetenschappers (bevindingen empirisch toetsen)
onderzoeksvormen (onderzoeksdesign):
→ fundamenteel onderzoek vs toegepast (klinisch) onderzoek
fundamenteel:
- vinden van oplossingen voor kennisproblemen (verklaren, beschrijven)
- onderliggende mechanisme zoeken
toegepast:
- vinden, uitproberen en evalueren van praktische oplossingen voor praktische
problemen
- toegepast onderzoek
translationeel:
- legt de link tussen het fundamenteel en het toegepast (klinisch) onderzoek
- fundamentele kennis wordt gebruikt voor effectieve maatregelen voor patiënt
- de kennis die je verworven hebt in het fundamentele onderzoek ga je toepassen op
de patiënt
→ empirisch onderzoek vs theoretisch onderzoek
empirisch:
- systematisch waarnemen van objecten en verschijnselen om te beschrijven en
theorieën te ontwikkelen, kennisverwerving berust op direct waarnemingen
theoretisch:
- ontwikkeling en toetsen van theorieën om bepaalde verschijnselen te kunnen
verklaren
- geen objectieve waarneming
- vb: literatuuronderzoek
→ Kwantitatief onderzoek vs kwalitatief onderzoek
kwantitatief:
- meten aan de hand van numerieke data
- daarna statistische data-analyse
- ontwikkelen van meetinstrumenten
- met enquêtes bijvoorbeeld
- zo veel mogelijk numerieke data verzamelen
kwalitatief:
- beschrijven van stand van zaken
- meten aan de hand van woorden
- mogelijke verbanden zoeken
, - formuleren van theorie of hypothese
- interviews met open vragen bijvoorbeeld
→ experimenteel onderzoek vs observationeel onderzoek
experimenteel:
- manipulatie en controle van variabelen
- oorzaak-effect relaties aantonen
observationeel:
- enkel observatie van variabelen
- beschrijvend
een onderzoek is dus:
- fundamenteel / toegepast / translationeel
- empirisch / theoretisch
- kwalitatief / kwantitatief
- experimenteel / observationeel
1.4 W.O. in de gezondheidszorg
belang gezondheidszorg
EBM: evidence based medicine
gebaseerd op
- beste wetenschappelijke evidentie
- eigen klinische ervaring
- specifieke omstandigheden en specifieke kenmerken van de patiënt
→ nu EBP: evidence based (best) practice
toepassen van de wetenschappelijke kennis waarover we beschikken
1.5 Communicatie onderzoeksresultaten
1. vulgariserende literatuur
● doel:
informeren van leken
● kenmerken:
- eenvoudig taalgebruik
- veel voorbeelden
- minder precies in uitleg over onderzoeksmethode
- geschreven door journalisten
2. wetenschappelijke literatuur
● doel:
- onderzoeksresultaten bezorgen aan wetenschappers
- discussiëren over resultaten
- hypothesen en theorieën opstellen
1.2 Kennisverwerving
Carcinogeen → kankerverwekkend
Hoe kennis verwerven:
- traditie (altijd zo geweest)
- autoriteit (reputatie, succes en ervaring)
- trial and error (arbeidsintensief)
- logisch redeneren (inductie en deductie)
- de wetenschappelijke methode
deductie: een afleiding van het algemene tot het bijzondere
→ syllogisme: logische redenering (twee stellingen, een conclusie)
- Major term (hoofdstelling)
- Minor term (ondergeschikte stelling)
- conclusie
VB:
1. alles wat leeft moet sterven
2. een mens leeft
3. alle mensen moeten sterven
beperkingen: bruikbaarheid van de stelling is afhankelijk van de waarheid van de stelling.
inductie: ontwikkelingen van een algemene regel, uitgaande van specifieke observaties
VB: patiënten die trainen vallen niet en patiënten die niet trainen vallen wel
dus lichaamsoefening verbeterd de posturale stabiliteit
beperkingen: kennis kwaliteit is afhankelijk van representativiteit van de observaties.
deductie + inductie:
essentiële component van wetenschappelijk denken
1.3 Kenmerken W.O. en onderzoeksvormen
wetenschappelijke methode:
W.O.→ een systematisch, empirisch (directe observatie), gecontroleerd (interne en externe
factoren) en kritisch onderzoek (nauwkeurig en kritisch) van een hypothese die gaat over
verbanden tussen natuurlijke verschijnselen.
beperkingen:
- nooit perfect (vb: complexiteit natuur)
- je moet je altijd bewust zijn van externe factoren en individuele variabiliteiten bij het
interpreteren en veralgemenen van bevindingen
- onderzoek best altijd in labo
,criteria:
- methodologische aanpak
- objectieve data
- kritische blik van wetenschappers (bevindingen empirisch toetsen)
onderzoeksvormen (onderzoeksdesign):
→ fundamenteel onderzoek vs toegepast (klinisch) onderzoek
fundamenteel:
- vinden van oplossingen voor kennisproblemen (verklaren, beschrijven)
- onderliggende mechanisme zoeken
toegepast:
- vinden, uitproberen en evalueren van praktische oplossingen voor praktische
problemen
- toegepast onderzoek
translationeel:
- legt de link tussen het fundamenteel en het toegepast (klinisch) onderzoek
- fundamentele kennis wordt gebruikt voor effectieve maatregelen voor patiënt
- de kennis die je verworven hebt in het fundamentele onderzoek ga je toepassen op
de patiënt
→ empirisch onderzoek vs theoretisch onderzoek
empirisch:
- systematisch waarnemen van objecten en verschijnselen om te beschrijven en
theorieën te ontwikkelen, kennisverwerving berust op direct waarnemingen
theoretisch:
- ontwikkeling en toetsen van theorieën om bepaalde verschijnselen te kunnen
verklaren
- geen objectieve waarneming
- vb: literatuuronderzoek
→ Kwantitatief onderzoek vs kwalitatief onderzoek
kwantitatief:
- meten aan de hand van numerieke data
- daarna statistische data-analyse
- ontwikkelen van meetinstrumenten
- met enquêtes bijvoorbeeld
- zo veel mogelijk numerieke data verzamelen
kwalitatief:
- beschrijven van stand van zaken
- meten aan de hand van woorden
- mogelijke verbanden zoeken
, - formuleren van theorie of hypothese
- interviews met open vragen bijvoorbeeld
→ experimenteel onderzoek vs observationeel onderzoek
experimenteel:
- manipulatie en controle van variabelen
- oorzaak-effect relaties aantonen
observationeel:
- enkel observatie van variabelen
- beschrijvend
een onderzoek is dus:
- fundamenteel / toegepast / translationeel
- empirisch / theoretisch
- kwalitatief / kwantitatief
- experimenteel / observationeel
1.4 W.O. in de gezondheidszorg
belang gezondheidszorg
EBM: evidence based medicine
gebaseerd op
- beste wetenschappelijke evidentie
- eigen klinische ervaring
- specifieke omstandigheden en specifieke kenmerken van de patiënt
→ nu EBP: evidence based (best) practice
toepassen van de wetenschappelijke kennis waarover we beschikken
1.5 Communicatie onderzoeksresultaten
1. vulgariserende literatuur
● doel:
informeren van leken
● kenmerken:
- eenvoudig taalgebruik
- veel voorbeelden
- minder precies in uitleg over onderzoeksmethode
- geschreven door journalisten
2. wetenschappelijke literatuur
● doel:
- onderzoeksresultaten bezorgen aan wetenschappers
- discussiëren over resultaten
- hypothesen en theorieën opstellen