Basisvaardigheden en –
principes vh zwemmen
1. Begripsbepaling
Basisvaardigheden: bewegingsmogelijkheden waarover mens beschikt om al zwemmend
overkant te bereiken
Maximalisatie vd stuwing/minimalisatie vd remming
Efficiënt ademen & bewegen in waterig milieu
Zwemmen: zelfstandig voortbewegen in water mbv voet-, hand- ,of lichaamsbewegingen
zonder gebruik te maken v steun-, drijf- of andere hulpmidelen
- Stuwen: mogelijkheden vh menselijk lichaam om gemakkelijker vooruit te geraken ih
water
- Gestructureerd zwemmen: stuwen ih water met opgelegde beperkingen/regels
4 zwemslagen:
- Borstcrawl
- Rugcrawl
- Schoolslag
- Vlinderslag
4 verschillende zwemsnelheden
Steekvoet ie wedstrijd schoolslag= reglementair fout MAAR id zwemles geeft steekvoet
voldoende stuwing om overkant te bereiken
2. Situering binnen het zwemonderwijs
4 fasen:
1) Algemene watergewenning
Angsten vr water overwinnen
2) Gevorderde watergewenning
Verder wennen aan & overleven in water niet kù staan
Behandelt grondiger terugkomende elementen uit fase 1
" minder steun
" springt in diepe water
" oefent drijvende & horizontale houdingen
3) Op verschillende wijzen leren stuwen ih water
Vanaf 6 jaar
Meer efficiënt bewegen ih water
Kennis maken met basisvaardigheden en -principes
4) Verder gestructureerd leren zwemmen
Vanaf 9-10 jaar
2 aanleermethodes:
Met brede invalshoek:
Kennis maken met meerdere zwemslagen
Kindt wordt motorisch rijk met zoveel mogelijk vormen v beweging kennis maakt
" hoe rijker motorische ervaring, hoe beter vr latere specialisatie
Met enge invalshoek:
Zo snel mogelijk 1 populaire/opgelegde zwemslag aanleren
Fasen overgeslagen
1
, 3. Basisvaardigheden en -principes vh zwemmen
fase 2 afgewerkt
Ideaal vr kinderen vanaf 1ste leerjaar
Nooit 1 zwemslag volledig uitgewerkt
5 verschillende basisvaardigheden:
- Evenwicht
- Stroomlijnen
- Stuwen met benen
- Stuwen met armen
- Ademen
Gestuwd op rug
Zijwaarts inademen met beide armen boven water overhalen
Sleutelgatbeweging onderwater
Watertrappen
Tuimelen
Gestroomlijnd nr bodem duiken
3.1. Evenwicht
3.1.1. Natuurkundige inleiding
2 belangrijke krachten:
Zwaartekracht: trekt lichaam nr bodem (zinken)
Opdrukkracht: brengt lichaam nr wateroppervlak (drijven
Beide tegengesteld aan elkaar => lichaam verliest gewicht
- Drijven: massa lager dan water
- Zweven: massa gelijk aan water
- Zinken: massa zwaarder dan water
Soortelijke massa
afh v lichaamsbouw en -samenstelling
verschilt van mens tot mens
beter drijfvermogen meer vet, minder spieren, grotere longinhoud
soortelijke massa veranderen?
- Inademen ve groot volume
" kleinere soortelijke massa
" gemakkelijker drijven
- Zoveel mogelijk leegblazen vd longen
" grotere soortelijke massa
" zinken
- Boven water brengen ve lichaamsdeel
" 2 armen uit water halen
" soortelijke vergroot
" zinken
zwaartepunt: tssn 11ste borstwervel & heiligbeen; meer rugwaarts
drukpunt: proc. xyphoideus; langs buikzijde
evenwicht= stabiel beide punten verticaal tov elkaar liggen
evenwichtspositie veranderen? Plaats v beide punten op lichaam veranderen
- beide armen starten aan dij & boven hoofd
" zwaartepunt die richting opschuiven
- Zwemmer ademt in
" drukpunt ook richting hoofd
- beweging vd ledematen
" druk- en zwaartepunt nr rechts/links- boven/onder
andere rotatie om tot andere evenwichtspositie te komen:
2
principes vh zwemmen
1. Begripsbepaling
Basisvaardigheden: bewegingsmogelijkheden waarover mens beschikt om al zwemmend
overkant te bereiken
Maximalisatie vd stuwing/minimalisatie vd remming
Efficiënt ademen & bewegen in waterig milieu
Zwemmen: zelfstandig voortbewegen in water mbv voet-, hand- ,of lichaamsbewegingen
zonder gebruik te maken v steun-, drijf- of andere hulpmidelen
- Stuwen: mogelijkheden vh menselijk lichaam om gemakkelijker vooruit te geraken ih
water
- Gestructureerd zwemmen: stuwen ih water met opgelegde beperkingen/regels
4 zwemslagen:
- Borstcrawl
- Rugcrawl
- Schoolslag
- Vlinderslag
4 verschillende zwemsnelheden
Steekvoet ie wedstrijd schoolslag= reglementair fout MAAR id zwemles geeft steekvoet
voldoende stuwing om overkant te bereiken
2. Situering binnen het zwemonderwijs
4 fasen:
1) Algemene watergewenning
Angsten vr water overwinnen
2) Gevorderde watergewenning
Verder wennen aan & overleven in water niet kù staan
Behandelt grondiger terugkomende elementen uit fase 1
" minder steun
" springt in diepe water
" oefent drijvende & horizontale houdingen
3) Op verschillende wijzen leren stuwen ih water
Vanaf 6 jaar
Meer efficiënt bewegen ih water
Kennis maken met basisvaardigheden en -principes
4) Verder gestructureerd leren zwemmen
Vanaf 9-10 jaar
2 aanleermethodes:
Met brede invalshoek:
Kennis maken met meerdere zwemslagen
Kindt wordt motorisch rijk met zoveel mogelijk vormen v beweging kennis maakt
" hoe rijker motorische ervaring, hoe beter vr latere specialisatie
Met enge invalshoek:
Zo snel mogelijk 1 populaire/opgelegde zwemslag aanleren
Fasen overgeslagen
1
, 3. Basisvaardigheden en -principes vh zwemmen
fase 2 afgewerkt
Ideaal vr kinderen vanaf 1ste leerjaar
Nooit 1 zwemslag volledig uitgewerkt
5 verschillende basisvaardigheden:
- Evenwicht
- Stroomlijnen
- Stuwen met benen
- Stuwen met armen
- Ademen
Gestuwd op rug
Zijwaarts inademen met beide armen boven water overhalen
Sleutelgatbeweging onderwater
Watertrappen
Tuimelen
Gestroomlijnd nr bodem duiken
3.1. Evenwicht
3.1.1. Natuurkundige inleiding
2 belangrijke krachten:
Zwaartekracht: trekt lichaam nr bodem (zinken)
Opdrukkracht: brengt lichaam nr wateroppervlak (drijven
Beide tegengesteld aan elkaar => lichaam verliest gewicht
- Drijven: massa lager dan water
- Zweven: massa gelijk aan water
- Zinken: massa zwaarder dan water
Soortelijke massa
afh v lichaamsbouw en -samenstelling
verschilt van mens tot mens
beter drijfvermogen meer vet, minder spieren, grotere longinhoud
soortelijke massa veranderen?
- Inademen ve groot volume
" kleinere soortelijke massa
" gemakkelijker drijven
- Zoveel mogelijk leegblazen vd longen
" grotere soortelijke massa
" zinken
- Boven water brengen ve lichaamsdeel
" 2 armen uit water halen
" soortelijke vergroot
" zinken
zwaartepunt: tssn 11ste borstwervel & heiligbeen; meer rugwaarts
drukpunt: proc. xyphoideus; langs buikzijde
evenwicht= stabiel beide punten verticaal tov elkaar liggen
evenwichtspositie veranderen? Plaats v beide punten op lichaam veranderen
- beide armen starten aan dij & boven hoofd
" zwaartepunt die richting opschuiven
- Zwemmer ademt in
" drukpunt ook richting hoofd
- beweging vd ledematen
" druk- en zwaartepunt nr rechts/links- boven/onder
andere rotatie om tot andere evenwichtspositie te komen:
2