Uitwerking studiehandleiding anatomie periode 1
OPDRACHT 1: SCHEDEL
DEEL A HERSENSCHEDEL
2. Noteer de namen bij de botstukken
Afbeelding 2.1 B
Proc. Pterygoideus os sphenoidale
Botje tussen os temporale en mandibula: Dit is de proc. Pterygoideus os
sphenoidale.
3. Neem voorbeelden van deze termen ook op in de tekening hierboven.
Zie afbeelding 2.1 A
4. Maak een lijst van botstukken die in het schedeldak voorkomen.
- Os parietale
- Os frontale
- Os occipitale
- Os temporale
- Os sphenoidale
5. Wat betekent de term ‘’gepaard botstuk’’?
Een gepaard botstuk zijn twee botten die dezelfde naam en functie hebben, maar van elkaar
af liggen. Ze zijn het spiegelbeeld van elkaar.
, 6. Welke botstukken van het schedeldak zijn ‘’gepaard’’, welke ‘’ongepaard’’?
- Os parietale: Gepaard
- Os frontale: Ongepaard
- Os occipitale: Ongepaard
- Os temporale: Gepaard
- Os sphenoidale: Ongepaard
7. Wat hoort wel bij de hersenschedel maar niet bij het schedeldak?
De schedelbasis, want: hersenschedel = schedeldak + schedelbasis
8. Noteer de namen van de botstukken 3, 4 en 5
3: Os frontale
4: Os parietale
5: Os occipitale
9. Wat wordt precies verstaan onder schedelbasis?
De schedelbasis is het onderste deel waarop de hersenen rusten. De schedelbasis is een
dikke, onregelmatig gevormde plaat waarin openingen zitten voor bloedvaten en zenuwen.
Een wat grotere opening (het 'achterhoofdsgat') dient als doorvoer van het verlengde merg.
10. Welke botstukken vormen de schedelbasis?
- Os ethmoidale
- Os frontale
- Os temporale
- Os sphenoidale
- Os occipitale
(- Os parietale)
11. Welke botstukken zijn gepaard, welke ongepaard?
Mandibula = ongepaard
Maxilla = gepaard
Os ethmoidale = ongepaard
Os frontale = ongepaard
Os lacrimale = gepaard
Os nasale = ongepaard
Os occipitale = ongepaard
Os parietale = gepaard
Os sphenoidale = ongepaard
OPDRACHT 1: SCHEDEL
DEEL A HERSENSCHEDEL
2. Noteer de namen bij de botstukken
Afbeelding 2.1 B
Proc. Pterygoideus os sphenoidale
Botje tussen os temporale en mandibula: Dit is de proc. Pterygoideus os
sphenoidale.
3. Neem voorbeelden van deze termen ook op in de tekening hierboven.
Zie afbeelding 2.1 A
4. Maak een lijst van botstukken die in het schedeldak voorkomen.
- Os parietale
- Os frontale
- Os occipitale
- Os temporale
- Os sphenoidale
5. Wat betekent de term ‘’gepaard botstuk’’?
Een gepaard botstuk zijn twee botten die dezelfde naam en functie hebben, maar van elkaar
af liggen. Ze zijn het spiegelbeeld van elkaar.
, 6. Welke botstukken van het schedeldak zijn ‘’gepaard’’, welke ‘’ongepaard’’?
- Os parietale: Gepaard
- Os frontale: Ongepaard
- Os occipitale: Ongepaard
- Os temporale: Gepaard
- Os sphenoidale: Ongepaard
7. Wat hoort wel bij de hersenschedel maar niet bij het schedeldak?
De schedelbasis, want: hersenschedel = schedeldak + schedelbasis
8. Noteer de namen van de botstukken 3, 4 en 5
3: Os frontale
4: Os parietale
5: Os occipitale
9. Wat wordt precies verstaan onder schedelbasis?
De schedelbasis is het onderste deel waarop de hersenen rusten. De schedelbasis is een
dikke, onregelmatig gevormde plaat waarin openingen zitten voor bloedvaten en zenuwen.
Een wat grotere opening (het 'achterhoofdsgat') dient als doorvoer van het verlengde merg.
10. Welke botstukken vormen de schedelbasis?
- Os ethmoidale
- Os frontale
- Os temporale
- Os sphenoidale
- Os occipitale
(- Os parietale)
11. Welke botstukken zijn gepaard, welke ongepaard?
Mandibula = ongepaard
Maxilla = gepaard
Os ethmoidale = ongepaard
Os frontale = ongepaard
Os lacrimale = gepaard
Os nasale = ongepaard
Os occipitale = ongepaard
Os parietale = gepaard
Os sphenoidale = ongepaard