ELLEN
Inhoud
Depressie bij ouderen.............................................................................................................. 2
Wat is een depressie ?.......................................................................................................... 2
Vormen van depressie.......................................................................................................... 3
Risicofactoren....................................................................................................................... 3
Psychologische factoren....................................................................................................... 3
Hoe een depressie herkennen?............................................................................................. 5
Omgaan met de depressieve oudere....................................................................................6
Hoe gaan we wel tewerk?.................................................................................................. 6
Opkrikken van het zelfvertrouwen van de oudere.............................................................7
Omgaan met gevoelens van agressie:...............................................................................7
Omgaan met negatieve belevingen:..................................................................................7
Omgaan met schuldgevoelens:.......................................................................................... 8
Begeleiden van familie:..................................................................................................... 8
Behandeling van depressie bij ouderen................................................................................8
Suïcide..................................................................................................................................... 9
Waarom suïcide ?.................................................................................................................. 9
Signalen.............................................................................................................................. 10
Psychose................................................................................................................................ 10
Inleiding.............................................................................................................................. 10
Betekenis psychose............................................................................................................ 11
Realiteitstoetsing............................................................................................................. 11
Hoe uit een psychose zich?................................................................................................. 13
Oorzaak.............................................................................................................................. 13
Een zekere gevoeligheid:................................................................................................. 14
Stress:.............................................................................................................................. 14
Indien geen acute psychotische opstoot.............................................................................14
Hoe gaan we om met ouderen met psychose ?..................................................................14
Aantal valkuilen waarvoor we ons als hulpverlener moeten wapenen.............................15
Wat doen we wel ?........................................................................................................... 15
Belangrijke aspecten....................................................................................................... 16
, Wie loopt risico?.................................................................................................................. 17
Wat doet paranoia met de oudere?.....................................................................................17
Wat kunnen we doen in gesprek?.......................................................................................18
Wat kunnen we doen in de begeleiding ?............................................................................18
Psycho-educatie..................................................................................................................... 19
Wat?................................................................................................................................... 19
Voor wie?............................................................................................................................ 19
Over wat wordt er informatie gegeven?..............................................................................19
Meerwaarde........................................................................................................................ 19
Voorbeelden........................................................................................................................ 19
Drie automatismen............................................................................................................. 19
bij depressie........................................................................................................................ 20
Bij psychose........................................................................................................................ 20
DEPRESSIE BIJ OUDEREN
- Ongeveer één op de vijf ouderen in een WZC heeft depressieve kenmerken.
WAT IS EEN DEPRESSIE ?
- Ziekte
- ernstig en langdurig lijden dat zelfs zelfdoding tot gevolg kan hebben.
- een aantal symptomen tegelijk aanwezig zijn gedurende minimum twee
weken + het dagelijks functioneren grondig verstoren.
- Deze symptomen zijn ondermeer de volgende:
o Vermoeidheid
o Concentratieproblemen
o Verlies van initiatief
o Angst voor wat gaat komen.
o Het perspectief op een gelukkig leven lijkt even verdwenen.
o neerslachtig en somber zijn en dit gedurende het grootste deel van de
dag en dit bijna dagelijks.
o weinig of geen plezier beleven aan activiteiten
o verminderde eetlust (gewichtsverlies) of juist de neiging om vaak en
teveel te eten (gewichtstoename)
o Slaapstoornissen (inslaapstoornissen of doorslaapstoornissen )
o De oudere voelt zich waardeloos en schuldig .
o geremd zijn in het handelen of juist heel geagiteerd
o last van zelfdodingsgedachten (in extreme gevallen)
, VORMEN VAN DEPRESSIE
Endogene depressie: een depressie die ontstaat zonder aanwijsbare reden
van buitenaf. Vaak zijn we hier veel lichamelijke klachten.
Exogene depressie : een depressie die ontstaat naar aanleiding van
bepaalde gebeurtenissen . Deze depressie gaat minder gepaard met
lichamelijke verschijnselen , we zien hier eerder dat de oudere geen
toekomst meer ziet en verzet toont tegen wat ondernomen wordt om zijn
toestand te verbeteren.
Seizoensgebonden depressie
Manische depressie
RISICOFACTOREN
- Vrouw zijn
- Ouder zijn dan 65
- Geen (intieme) relatie meer hebben.
- Lichamelijke of sociale problemen hebben
- Een opeenvolging van negatieve gebeurtenissen in de jeugd hebben
meegemaakt
- Tot een lager sociaal- economische klasse behoren
- Eenzaam zijn
- Migrant zijn vooral in de grootsteden
- De zorg dragen voor een zieke of dementerende partner
- Een psychiatrisch verleden hebben
PSYCHOLOGISCHE FACTOREN
1. De derde levensfase problematiek
Ouder worden op zich kan een aanleiding zijn tot depressie.
- Door het ouder worden verandert de situatie van de oudere grondig.
- Vroegere prestaties zijn niet meer mogelijk door lichamelijke of cognitieve
achteruitgang.
- De beroepsactiviteit valt weg.
- Het sociaal leven neemt af.
De oudere zal een andere betekenis moeten geven aan zijn leven met een
klemtoon die niet meer ligt op prestatie maar eerder op ontspanning.
o Als deze omschakeling stress veroorzaakt bij de oudere dan kan dit
aanleiding geven tot depressie.
o Misschien minder risico bij de ouderen van morgen omdat zij ook
buiten hun beroepsleven al veel meer sociaal geëngageerd zijn .