1. Hallo dit is emma
2. MOND – LIPPEN – TANDEN
2.1. Mondaandoeningen
2.1.1. Cariës en tandvleesaandoeningen
- Tandplak(witte beslag): bevat bacteriën en etensresten
o Geeft aanleiding tot tandbederf (zie verder)
o Na verkalking spreekt men van tandsteen (door interne calcificatie van micro-
organismen)
- Cariës = conditionele infectieziekte!
o Een infectieziekte die veroorzaakt worden door bacteriën, maar is conditioneel.
Ontstaat door de condities ( niet poetsen…). Bacteriën gaan KH in de voeding
omzetten in zuren → demineralisatie → stevigheid van bot kwijt → gaatjes
o Speeksel = buffer zodat niet te zuur. Leidt ook tot remineralisatie. Proces kan
bevorderd worden met fluorhoudende tandpasta.
- 3 sleutelelementen voor ontstaan van plaque-afhankelijke ziekten
o Vatbare tanden (vb. net na doorbraak)
o Bacteriële flora (vnl Streptococcus mutans)
o (Suikerrijke) voedselresten
- Na een maaltijd daalt pH tot < 5.5, waardoor demineralisatie optreedt (Ong. 30’ na de maaltijd is
pH hersteld)
- Het aantal maaltijden/tussendoortjes is bepalend voor het risico op tandbederf! (Max. 3
maaltijden en 2 tussendoortjes)
- GEEN TANDPLAK = GEEN CARIES = GEEN TANDVLEESPROBLEMEN
2.1.1.1. Tandslijtage
- 3 types
oAttritie: glazuurslijtage door tand tegen tand contact
oAbrasie: fysische afbraak van tandsubstantie, niet door tanden veroorzaakt
oErosie: chemisch oplossen van de tand dmv zuren (Voeding: vb. cola (pH = 2,4),
Maagzuur, Omgevingszuren ~frequentie, duur en wijze van contact)
- Niet veroorzaakt door bacteriën
2.1.1.2. Tandvleesontsteking
- Tandplaque bestaat voor ¾ uit bacteriën → produceren toxines en enzymes die tandvlees irriteren
- Gingivitis: roodheid en ontsteking van het tandvlees, meestal reversibel
- Parodontitis: ontsteking van het parodontium, waardoor tandhals bloot komt te liggen, irreversibel
2.1.1.3. Rol van fluoride?
- Versterkt de tanden, pas tandbederf bij pH < 4,5
1
, 2.1.1.4. Rol van poetsen?
- Aanslag verwijderen
- Tandpasta: vehikel voor therapeutische middelen
2.1.1.5. Tandpasta
- Samenstelling van tandpasta
water 20-30%
bevochtiger 20-30%
oppervlakte actieve stoffen 1-5%
kleurstoffen 0.5-2%
smaakstoffen / aroma’s 1-2%
vulstoffen 1-5%
schuimmiddelen 1-5%
schuurmiddelen 20-30%
therapeutische bestanddelen 0-5%
Therapeutische additieven
FLUORIDE
- Beschermt tegen tandbederf: vorming van hydroxylfluorapatiet
o Natriumfluoride (meeste tandpasta’s)
o Aminefluoride (Elmex® gamma)
o Monofluorfosfaat
- BASISFLUORADVIES
o Vóór de geboorte: geen extra fluoride nodig
o Vóór doorbraak van de melktanden: niets doen
o Vanaf eerste melktand tot 2 jaar: 1 fluormoment per dag → 500-750 ppm fluoride
o Van 2 – 6 jaar: 2 fluormomenten per dag → 500-750 ppm fluoride (na ontbijt en voor
slapen)
o Vanaf 6 jaar: 2 fluormomenten per dag → 1000-1500 ppm fluoride
- Tandpasta’s met > 1500 ppm fluoride worden beschouwd als farmaca en zijn op VS
- Het gebruik van fluorhoudende tabletten, druppels en mondspoelmiddelen zonder medisch advies
wordt afgeraden.
o Ongecontroleerd cumuleren van fluoridesupplementen is immers mede-oorzaak van
tandfluorosis (=gevlekt glazuur).
- CAVE: tot 3 jaar slikken alle kinderen alle tandpasta in, DUS: fluoridemomenten respecteren!
PYROFOSFAAT / ZINKCITRAAT
- Beschermt tegen de vorming van tandsteen
TRICLOSAN
- Antibacteriële werking; voorkomt vorming van plak en is daardoor tandvleesbeschermend
XYLITOL / SORBITOL
- Suikervervangers; werken synergistisch met fluoride: Tot 2 x meer bescherming tegen cariës
GEVOELIGE TANDEN
- Aminefluoride (Elmex sensitive®), strontiumchloride (Sensodyne classic®) en strontiumacetaat
(Sensodyne®):
o Leggen beschermende laag over het glazuur, waardoor de poriën afgedekt worden, en
zenuwkanaaltjes niet geprikkeld worden
- Kaliumnitraat: dringt zenuwkanaaltjes binnen en zorgt voor een membraandepolarisatie (Nadeel:
SrCl2 kan niet gecombineerd worden met fluoride)
BLEKEN
2
2. MOND – LIPPEN – TANDEN
2.1. Mondaandoeningen
2.1.1. Cariës en tandvleesaandoeningen
- Tandplak(witte beslag): bevat bacteriën en etensresten
o Geeft aanleiding tot tandbederf (zie verder)
o Na verkalking spreekt men van tandsteen (door interne calcificatie van micro-
organismen)
- Cariës = conditionele infectieziekte!
o Een infectieziekte die veroorzaakt worden door bacteriën, maar is conditioneel.
Ontstaat door de condities ( niet poetsen…). Bacteriën gaan KH in de voeding
omzetten in zuren → demineralisatie → stevigheid van bot kwijt → gaatjes
o Speeksel = buffer zodat niet te zuur. Leidt ook tot remineralisatie. Proces kan
bevorderd worden met fluorhoudende tandpasta.
- 3 sleutelelementen voor ontstaan van plaque-afhankelijke ziekten
o Vatbare tanden (vb. net na doorbraak)
o Bacteriële flora (vnl Streptococcus mutans)
o (Suikerrijke) voedselresten
- Na een maaltijd daalt pH tot < 5.5, waardoor demineralisatie optreedt (Ong. 30’ na de maaltijd is
pH hersteld)
- Het aantal maaltijden/tussendoortjes is bepalend voor het risico op tandbederf! (Max. 3
maaltijden en 2 tussendoortjes)
- GEEN TANDPLAK = GEEN CARIES = GEEN TANDVLEESPROBLEMEN
2.1.1.1. Tandslijtage
- 3 types
oAttritie: glazuurslijtage door tand tegen tand contact
oAbrasie: fysische afbraak van tandsubstantie, niet door tanden veroorzaakt
oErosie: chemisch oplossen van de tand dmv zuren (Voeding: vb. cola (pH = 2,4),
Maagzuur, Omgevingszuren ~frequentie, duur en wijze van contact)
- Niet veroorzaakt door bacteriën
2.1.1.2. Tandvleesontsteking
- Tandplaque bestaat voor ¾ uit bacteriën → produceren toxines en enzymes die tandvlees irriteren
- Gingivitis: roodheid en ontsteking van het tandvlees, meestal reversibel
- Parodontitis: ontsteking van het parodontium, waardoor tandhals bloot komt te liggen, irreversibel
2.1.1.3. Rol van fluoride?
- Versterkt de tanden, pas tandbederf bij pH < 4,5
1
, 2.1.1.4. Rol van poetsen?
- Aanslag verwijderen
- Tandpasta: vehikel voor therapeutische middelen
2.1.1.5. Tandpasta
- Samenstelling van tandpasta
water 20-30%
bevochtiger 20-30%
oppervlakte actieve stoffen 1-5%
kleurstoffen 0.5-2%
smaakstoffen / aroma’s 1-2%
vulstoffen 1-5%
schuimmiddelen 1-5%
schuurmiddelen 20-30%
therapeutische bestanddelen 0-5%
Therapeutische additieven
FLUORIDE
- Beschermt tegen tandbederf: vorming van hydroxylfluorapatiet
o Natriumfluoride (meeste tandpasta’s)
o Aminefluoride (Elmex® gamma)
o Monofluorfosfaat
- BASISFLUORADVIES
o Vóór de geboorte: geen extra fluoride nodig
o Vóór doorbraak van de melktanden: niets doen
o Vanaf eerste melktand tot 2 jaar: 1 fluormoment per dag → 500-750 ppm fluoride
o Van 2 – 6 jaar: 2 fluormomenten per dag → 500-750 ppm fluoride (na ontbijt en voor
slapen)
o Vanaf 6 jaar: 2 fluormomenten per dag → 1000-1500 ppm fluoride
- Tandpasta’s met > 1500 ppm fluoride worden beschouwd als farmaca en zijn op VS
- Het gebruik van fluorhoudende tabletten, druppels en mondspoelmiddelen zonder medisch advies
wordt afgeraden.
o Ongecontroleerd cumuleren van fluoridesupplementen is immers mede-oorzaak van
tandfluorosis (=gevlekt glazuur).
- CAVE: tot 3 jaar slikken alle kinderen alle tandpasta in, DUS: fluoridemomenten respecteren!
PYROFOSFAAT / ZINKCITRAAT
- Beschermt tegen de vorming van tandsteen
TRICLOSAN
- Antibacteriële werking; voorkomt vorming van plak en is daardoor tandvleesbeschermend
XYLITOL / SORBITOL
- Suikervervangers; werken synergistisch met fluoride: Tot 2 x meer bescherming tegen cariës
GEVOELIGE TANDEN
- Aminefluoride (Elmex sensitive®), strontiumchloride (Sensodyne classic®) en strontiumacetaat
(Sensodyne®):
o Leggen beschermende laag over het glazuur, waardoor de poriën afgedekt worden, en
zenuwkanaaltjes niet geprikkeld worden
- Kaliumnitraat: dringt zenuwkanaaltjes binnen en zorgt voor een membraandepolarisatie (Nadeel:
SrCl2 kan niet gecombineerd worden met fluoride)
BLEKEN
2