PRAKTIJKVRAGEN RESPI UITGEWERKT, GEBASEERD OP VRAGEN VAN
VORIGE JAREN
Overzicht behandelde vragen:
- Autogene drainage + PEP-systemen
- PEP bij baby’s
- Statische inspectie
- Thoraxmobiliteit meten + interpreteren
- MDI bij niet-coöperatieve patiënten
- EDIC
- Uitleggen incentive spirometer
- ELTGOL
- ELPr bij baby’s
- Uitleggen poederinhalator + verschil met de 2 andere inhalatoren uitleggen
1) Autogene drainage + PEP-systemen
WAT: ademhalingstechniek ontworpen door Jean Chevallier voor zijn patiënten met
muco. Het stelt de patiënten in staat om autonoom, dus volledig zelfstandig,
overtollig slijm naar centraal te brengen opdat de mucuslaag zo optimaal mogelijk
ververst wordt en opdat alle longdelen zo goed mogelijk geventileerd blijven. Het
is een combinatietechniek, nl. traag in, lang uit en snel uit.
HOE: het is aangeraden om veel te variëren in houding. Wij tonen het hier nu voor
in langzit. De therapeut staat achter de patiënt met de handen thv de longen en
hoofd dichtbij om de optimale auditieve en tactiele feedback te bekomen. De
patiënt kan ook zelf voelen thv de borstkas.
TECHNIEK: ontkleven – verzamelen – evacueren.
Eerst lang, traag en diep in door de neus volumerekrutering, achter de prop
geraken.
ONTKLEVEN: we vertrekken vanop een normaal tidaal volume, een normale
ademhaling. Om ook het slijm uit de meest perifere delen van de long te kunnen
ontkleven, moeten we ervoor zorgen dat er hier ook een luchtstroom wordt
gecreëerd. Dat doen we door te ademen op een laag longvolume.
We gaan dan stap voor stap naar een lager longvolume. Dit doen we door de
patiënt weinig in te laten ademen met open glottis en daarna zo lang uit
door de mond met een optimale expiratoire luchtstroom. Deze optimale
expiratoire luchtstroom is die snelheid dat het snel en krachtig genoeg is om het
slijm los te maken, maar niet te kracht dat de luchtwegen gaan dichtklappen. Dit
doen we met een geïsoleerde buikademhaling.
We laten de patiënt dan een tijdje op het lage longvolume ademen, hoe langer,
hoe meer slijm we kunnen losmaken. De patiënt zal de hoestreflex moeten
onderdrukken.
VERZAMELEN vh ontkleefde sputum naar centraal door langzaam naar een hoger
longvolume te gaan: telkens iets dieper inademen via de neus, pauze met
1
, open glottis, optimale expiratoire luchtstroom. Vanaf deze fase kunnen we
al wat meer flank- en borstademhaling toelaten.
Op het einde gaan we het slijm ophoesten door een gecontroleerde hoest of huf
uit te voeren:
- Hoest: snel in, sluiten vd glottis, plots krachtig uit aan hoog debiet
- Huf: in, geforceerde exiratie met open glottis
HULPMIDDELEN AUTOGENE DRAINAGE = PEP-SYSTEMEN
= positive expiratory pressure – systemen
Nuttig voor zowel volumerekruterende als sputumevacuerende doeleinden. De
patiënt voert expiraties uit in het toestel tegen een weerstand. Het doel van de
PEP-systemen is om de kleine luchtwegen langer open te houden
3 soorten PEP-systemen:
1) Debiet-afhankelijke PEP-systemen
- De weerstand ontstaat doordat de diameter waartegen uitgeademd
wordt, groter of kleiner gemaakt wordt.
- Je moet zelf een minimaal expiratiedebiet genereren om de weerstand
op te roepen
- Je kan uitademen tot restvolume (in laatste deel expiratie zal weerstand
wel wegvallen)
- Hi-PEP:
o Volumerekrutering
o Grote weerstand, klein gaatje
o Niet zo een groot expiratiedebiet of snelheid
o 10-15x max in-uit
- Low-PEP:
o Sputumevacuatie EN volumerekrutering
o Kleine weerstand, groot gaatje
o Groter expiratiedebiet en snelheid groter sputumevacuerend
effet
o We zoeken naar de kleinste weerstand waarbij geen wheezing
meer optreedt
- Hi-PEP & low-PEP: kunnen beide met masker of mondstuk (coopn-
coop)
2) Drukafhankelijke PEP-systemen
- Vnl oefenen expiratiespieren
- Kracht van een opgespannen veer moet overwonnen worden om de
expiratie-opening te openen
- WORDEN NIET GEBRUIKT BIJ AUTOGENE DRAINAGE OMDAT DE P GEEN
VOLLEDIGE UITADEMING KAN DOEN (want wnr de weerstand vd veer
niet meer kan overwonnen w, sluit de expiratie-opening en kan niet
verder meer w uitgeademd)
3) PEP met oscillatie
- Oscillatie heeft invloed op visco-elastische eigenschappen v mucus
mucus w makkelijker losgerukt vd LWwand
- Flutter:
o Stalen balletje
2
VORIGE JAREN
Overzicht behandelde vragen:
- Autogene drainage + PEP-systemen
- PEP bij baby’s
- Statische inspectie
- Thoraxmobiliteit meten + interpreteren
- MDI bij niet-coöperatieve patiënten
- EDIC
- Uitleggen incentive spirometer
- ELTGOL
- ELPr bij baby’s
- Uitleggen poederinhalator + verschil met de 2 andere inhalatoren uitleggen
1) Autogene drainage + PEP-systemen
WAT: ademhalingstechniek ontworpen door Jean Chevallier voor zijn patiënten met
muco. Het stelt de patiënten in staat om autonoom, dus volledig zelfstandig,
overtollig slijm naar centraal te brengen opdat de mucuslaag zo optimaal mogelijk
ververst wordt en opdat alle longdelen zo goed mogelijk geventileerd blijven. Het
is een combinatietechniek, nl. traag in, lang uit en snel uit.
HOE: het is aangeraden om veel te variëren in houding. Wij tonen het hier nu voor
in langzit. De therapeut staat achter de patiënt met de handen thv de longen en
hoofd dichtbij om de optimale auditieve en tactiele feedback te bekomen. De
patiënt kan ook zelf voelen thv de borstkas.
TECHNIEK: ontkleven – verzamelen – evacueren.
Eerst lang, traag en diep in door de neus volumerekrutering, achter de prop
geraken.
ONTKLEVEN: we vertrekken vanop een normaal tidaal volume, een normale
ademhaling. Om ook het slijm uit de meest perifere delen van de long te kunnen
ontkleven, moeten we ervoor zorgen dat er hier ook een luchtstroom wordt
gecreëerd. Dat doen we door te ademen op een laag longvolume.
We gaan dan stap voor stap naar een lager longvolume. Dit doen we door de
patiënt weinig in te laten ademen met open glottis en daarna zo lang uit
door de mond met een optimale expiratoire luchtstroom. Deze optimale
expiratoire luchtstroom is die snelheid dat het snel en krachtig genoeg is om het
slijm los te maken, maar niet te kracht dat de luchtwegen gaan dichtklappen. Dit
doen we met een geïsoleerde buikademhaling.
We laten de patiënt dan een tijdje op het lage longvolume ademen, hoe langer,
hoe meer slijm we kunnen losmaken. De patiënt zal de hoestreflex moeten
onderdrukken.
VERZAMELEN vh ontkleefde sputum naar centraal door langzaam naar een hoger
longvolume te gaan: telkens iets dieper inademen via de neus, pauze met
1
, open glottis, optimale expiratoire luchtstroom. Vanaf deze fase kunnen we
al wat meer flank- en borstademhaling toelaten.
Op het einde gaan we het slijm ophoesten door een gecontroleerde hoest of huf
uit te voeren:
- Hoest: snel in, sluiten vd glottis, plots krachtig uit aan hoog debiet
- Huf: in, geforceerde exiratie met open glottis
HULPMIDDELEN AUTOGENE DRAINAGE = PEP-SYSTEMEN
= positive expiratory pressure – systemen
Nuttig voor zowel volumerekruterende als sputumevacuerende doeleinden. De
patiënt voert expiraties uit in het toestel tegen een weerstand. Het doel van de
PEP-systemen is om de kleine luchtwegen langer open te houden
3 soorten PEP-systemen:
1) Debiet-afhankelijke PEP-systemen
- De weerstand ontstaat doordat de diameter waartegen uitgeademd
wordt, groter of kleiner gemaakt wordt.
- Je moet zelf een minimaal expiratiedebiet genereren om de weerstand
op te roepen
- Je kan uitademen tot restvolume (in laatste deel expiratie zal weerstand
wel wegvallen)
- Hi-PEP:
o Volumerekrutering
o Grote weerstand, klein gaatje
o Niet zo een groot expiratiedebiet of snelheid
o 10-15x max in-uit
- Low-PEP:
o Sputumevacuatie EN volumerekrutering
o Kleine weerstand, groot gaatje
o Groter expiratiedebiet en snelheid groter sputumevacuerend
effet
o We zoeken naar de kleinste weerstand waarbij geen wheezing
meer optreedt
- Hi-PEP & low-PEP: kunnen beide met masker of mondstuk (coopn-
coop)
2) Drukafhankelijke PEP-systemen
- Vnl oefenen expiratiespieren
- Kracht van een opgespannen veer moet overwonnen worden om de
expiratie-opening te openen
- WORDEN NIET GEBRUIKT BIJ AUTOGENE DRAINAGE OMDAT DE P GEEN
VOLLEDIGE UITADEMING KAN DOEN (want wnr de weerstand vd veer
niet meer kan overwonnen w, sluit de expiratie-opening en kan niet
verder meer w uitgeademd)
3) PEP met oscillatie
- Oscillatie heeft invloed op visco-elastische eigenschappen v mucus
mucus w makkelijker losgerukt vd LWwand
- Flutter:
o Stalen balletje
2
