Nota’s bevruchting
Problemen of hulpmiddelen bij het
binnendringen van zaadcellen in vrouw
Hulpmiddelen
1. Alkalische stof rond de spermacellen om ze te beschermen tegen het zurig
milieu van de vagina
2. Eicel zendt stoffen uit om zaadcellen te lokken
3. Soort van aanzuiging door de spier bij de baarmoeder
4. In zaadblaasjes fructose voor extra energie
Hindernis
5. Zuur milieu van de vagina
6. Immuunsysteem van de vrouw kan fagocyten sturen naar de spermacellen
sturen (ze denken dat dit ziekteverwekkers zijn)
7. Spermacel kiest de foute eileider
8. Afwijkingen en misvorming bij zaadcellen (slechte staart)
9. Spermacellen die in de trilhaartjes blijven steken
Verloop van bevruchting
Fase 1: Binnendringen van spermatozoïde in de eicel
1. Binnendringen doorheen de corona radiata (hevig bewegen)
a. Binnendringen door tussenkomst enzymen en hevige beweging
2. Acrsoomreactie: Zaadcellen laten enzymen vrij => gaten in
pellucidevlies
3. Binnendringen door pellucidevlies
4. Ontstaan van bevruchtingsmembraan (na binnendringen van zaadcel zal
er een corticale reactie zijn => VERHARDING PELLUCIDEVLIES)
5. Na het binnendringen van de zaadcel
Fase 2: Amfimixie (= versmelting)
Het versmelten van mannelijk materiaal en vrouwelijk materiaal in de eicel. Na
de versmelting wordt de oötide een zygote.
Problemen of hulpmiddelen bij het
binnendringen van zaadcellen in vrouw
Hulpmiddelen
1. Alkalische stof rond de spermacellen om ze te beschermen tegen het zurig
milieu van de vagina
2. Eicel zendt stoffen uit om zaadcellen te lokken
3. Soort van aanzuiging door de spier bij de baarmoeder
4. In zaadblaasjes fructose voor extra energie
Hindernis
5. Zuur milieu van de vagina
6. Immuunsysteem van de vrouw kan fagocyten sturen naar de spermacellen
sturen (ze denken dat dit ziekteverwekkers zijn)
7. Spermacel kiest de foute eileider
8. Afwijkingen en misvorming bij zaadcellen (slechte staart)
9. Spermacellen die in de trilhaartjes blijven steken
Verloop van bevruchting
Fase 1: Binnendringen van spermatozoïde in de eicel
1. Binnendringen doorheen de corona radiata (hevig bewegen)
a. Binnendringen door tussenkomst enzymen en hevige beweging
2. Acrsoomreactie: Zaadcellen laten enzymen vrij => gaten in
pellucidevlies
3. Binnendringen door pellucidevlies
4. Ontstaan van bevruchtingsmembraan (na binnendringen van zaadcel zal
er een corticale reactie zijn => VERHARDING PELLUCIDEVLIES)
5. Na het binnendringen van de zaadcel
Fase 2: Amfimixie (= versmelting)
Het versmelten van mannelijk materiaal en vrouwelijk materiaal in de eicel. Na
de versmelting wordt de oötide een zygote.