Samenvatting JCF1 Jurist in Conflict 1

Samenvatting – Jurist in Conflict 1

,Inhoudsopgave
Week 1 - Burgerlijk Procesrecht..................................................................................................................... 3
Hoofdstuk 1..........................................................................................................................................................3
Paragrafen 2.1 en 2.2...........................................................................................................................................5
Paragrafen 3.1 en 3.2...........................................................................................................................................7

Week 2 – Burgerlijk Procesrecht..................................................................................................................... 8
Paragrafen 2.2, 2.3, 2.4, 2.5.................................................................................................................................8
Paragrafen 3.2, 3.3, 3.4, 3.5...............................................................................................................................11
Hoofdstuk 4........................................................................................................................................................13
Hoofdstuk 5........................................................................................................................................................13

Week 3 – Burgerlijk Procesrecht................................................................................................................... 15
Vervolg hoofdstuk 5...........................................................................................................................................15

Week 4 – Burgerlijk Procesrecht................................................................................................................... 18
Hoofdstuk 6........................................................................................................................................................18
Hoofdstuk 7........................................................................................................................................................24
Hoofdstuk 9........................................................................................................................................................25

Week 5 – Executierecht................................................................................................................................ 27
Hoofdstuk 1........................................................................................................................................................27
Hoofdstuk 2........................................................................................................................................................30
Hoofdstuk 3........................................................................................................................................................31

Week 6 – Executierecht................................................................................................................................ 33
Hoofdstuk 4........................................................................................................................................................33
Hoofdstuk 5........................................................................................................................................................35

Week 7 – Executierecht................................................................................................................................ 36
Hoofdstuk 6........................................................................................................................................................36

Jurisprudentie.............................................................................................................................................. 40

,Week 1 - Burgerlijk Procesrecht
Hoofdstuk 1
Burgerlijk procesrecht
 Het burgerlijk procesrecht omvat voorschriften en procedureregels waarmee een persoon in
een civiele procedure zijn materiële rechten en plichten kan effectueren, laten vaststellen,
tot stand laten brengen, wijzigen of beëindigen

Belangrijkste functies burgerlijk procesrecht
 Handhaven en beïnvloeden van materiële burgerlijke rechten en plichten
 Voorkomen van een gerechtelijke procedure (preventiefunctie)
 Voorkomen van eigenrichting

Rechtsbron
 Een rechtsbron is de vindplaats van een bepaalde rechtsregel
 Rechtsbronnen van het burgerlijk procesrecht:
- De wet
- Verdragen
- Jurisprudentie

Algemene uitgangspunten
 Recht op rechtspraak en rechtsbijstand
- Iedereen moet een rechterlijke procedure kunnen beginnen en iedereen heet het recht
op juridische bijstand, artikelen 17, 18 en 112 Gw
 Onafhankelijke en onpartijdige rechter
- Er wordt recht gesproken door een onafhankelijke en onpartijdige gerechtelijke instantie,
bij de wet ingesteld
 Wrakingsrecht, artikel 36 Rv
 Verschoningsrecht, artikel 40 Rv
 Hoor en wederhoor
- Partijen moeten in de gelegenheid gesteld worden om hun standpunten in een zaak naar
voren te brengen, artikel 19 Rv (gelijkheidsbeginsel)
 Behandeling en beslissing binnen redelijke termijn
- De behandeling van en beslissing over een zaak moeten binnen een redelijke termijn
plaatsvinden, artikel 20 Rv
 Openbaarheid van zitting en uitspraak
- Zittingen moeten in beginsel in het openbaar plaatsvinden, artikel 27 lid 1 Rv (tenzij
uitzondering)
 Motiveringsbeginsel
- De rechter moet haar uitspraak motiveren, artikel 30 Rv
 Geen rechtsweigering en volledige beslissing
- In alle gevallen moet de rechter een beslissing geven over het geschil dat aan haar is
voorgelegd: zij mag niet weigeren om een uitspraak te doen, artikel 26 Rv en artikel 13
Wet algemene bepalingen
- De eindbeslissing moet ook volledig zijn en alle geschilpunten betreffen, artikel 23 Rv
 Beginsel van partijautonomie
- De grondslag voor de beslissing van de rechter moet gevormd worden door de stellingen
die procespartijen aan haar voorleggen, artikel 24 Rv
 Ambtshalve aanvulling van rechtsgronden
- Indien nodig, moet de rechter op eigen initiatief de rechtsgronden aan vullen, artikel 25
Rv

, Procespartijen
 Natuurlijke personen
 Rechtspersonen
- VOF, CV en maatschap NIET  maar mogen wel procederen, artikel 51 RV
 Vertegenwoordiging van natuurlijke personen
- Dit houdt in: vertegenwoordiging van een handelingsonbekwame.
Onderscheid maken in:
 Formele procespartij: de persoon die de beslissingen in de procedure neemt en
op wiens naam de procedure wordt gestart
 Materiële procespartij: degene wiens inhoudelijke belang in de zaak aan de orde
is
 Vertegenwoordiging van rechtspersoon
- Rechtspersonen kunnen zelf niet procederen, daarom wordt dit gedaan door een
natuurlijk persoon
 Procederen uit groepsbelang of algemeen belang

Rechtsbijstandverleners
 Advocaat
- Een advocaat die procedeert bij de Hoge Raad wordt een cassatieadvocaat genoemd
 Andere rechtshulpverleners
- Gemachtigde, artikel 80 lid 1 Rv (niet bij een kort geding, artikel 255 lid 1 Rv)

Bij procedures voor de kantonrechter en een kortgedingprocedure geldt dat partijen in persoon
mogen verschijnen, dus zonder advocaat  artikel 79 lid 1 Rv

Alle andere gerechtelijke procedures is een advocaat verplicht  artikel 79 lid 2 Rv

Gerechtsdeurwaarder
 Een gerechtsdeurwaarder is een door de Kroon benoemd openbaar ambtenaar met officiële
ambtstaken

Kerntaken gerechtsdeurwaarder
 Uitbrengen van exploten
 Leggen van conservatoir beslag
 Ten uitvoer leggen van uitspraken van de rechter

Exploot
 Een exploot is een schriftelijke aanzegging of mededeling van de ene partij aan de andere,
die door een gerechtsdeurwaarder wordt ondertekend en uitgebracht
 Het ondertekenen en uitbrengen van het exploot wordt het betekenen van het exploot
genoemd

Conservatoir beslag
 Als er tussen partijen een geschil bestaan waarover geprocedeerd wordt of gaat worden, is
het vaak verstandig om het geld of de zaken waarover het geschil bestaat veilig te stellen
 Voorkomen om met lege handen na afloop te staan




Betrokkenen civiele procedure
 De griffier  Administratieve afdeling