Swaab: Hoofdstuk 22
Dyslexie
Inleiding
Dyslexie is een stoornis in het lezen op woordniveau en het spellen.
Het verwerken van teksten verloopt traag vanwege het gebrek aan
leestechniek.
Het produceren van teksten vertonen vaak veek spelfouten en de teksten
vertonen vaak een gebrekkige zinsbouw. Begrijpend lezen hoeft niet
aangetast te zijn.
Basisvaardigheden vragen veek aandacht en energie omdat ze niet
geautomatiseerd zijn. Vergeleken met andere ontwikkelingsstoonissen is
een bijzonder kenmerk dat dyslexie zich pas yit wanneer lezen en spekken
worden geleerd.
Dyslexie valt binnen de DSM 5 onder de noemer specifeke leerstoornis.
DSM 5 hanteert vier classifcatiecriteria A,B,C en D voor specifeke
leerstoornissen
A. Hardnekkigheid
Moeilijkheden in het aanleren en gebruiken van schoolse vaardigheden,
zoals blijkt uit de voortdurende aanwezigheid van ten minste één van zes
symptomen gedurende een periode van minimaal 6 maanden, ondanks
interventies gericht op die moeilijkheden. Onnauwkeurig of langzaam en
moeizaam lezen van woorden (losse woorden fout lezen of aarzelend
hardop voorlozen, vaak woorden raden, problemen hebben met het goed
uitspreken van woorden)
Moeite met spelling (klinkers en medeklinkers toevoegen, weglaten of
vervangen)
B. Achterstand
De genoemde schoolse vaardigheden moeten substantieel en meetbaar
slechter ontwikkeld zijn dan gezien de leeftijd van de betrokkene verwacht
mag worden. Verder hebben zij een signifcante negatieve invloed op de
schoolresultaten en werkprestaties, of op alledaagse activiteiten.
C. Manifestatie
De leerproblemen zijn gestart tijdens de schoolperioden maar treden pas
echt manifest op wanneer de betrefende schoolse vaardigheden zwaarder
belast worden dan de betrokkene met zijn beperkte vermogens aankan.
(tijdslimiet, lezen of schrijven van lange complexe teksten).
Dyslexie
Inleiding
Dyslexie is een stoornis in het lezen op woordniveau en het spellen.
Het verwerken van teksten verloopt traag vanwege het gebrek aan
leestechniek.
Het produceren van teksten vertonen vaak veek spelfouten en de teksten
vertonen vaak een gebrekkige zinsbouw. Begrijpend lezen hoeft niet
aangetast te zijn.
Basisvaardigheden vragen veek aandacht en energie omdat ze niet
geautomatiseerd zijn. Vergeleken met andere ontwikkelingsstoonissen is
een bijzonder kenmerk dat dyslexie zich pas yit wanneer lezen en spekken
worden geleerd.
Dyslexie valt binnen de DSM 5 onder de noemer specifeke leerstoornis.
DSM 5 hanteert vier classifcatiecriteria A,B,C en D voor specifeke
leerstoornissen
A. Hardnekkigheid
Moeilijkheden in het aanleren en gebruiken van schoolse vaardigheden,
zoals blijkt uit de voortdurende aanwezigheid van ten minste één van zes
symptomen gedurende een periode van minimaal 6 maanden, ondanks
interventies gericht op die moeilijkheden. Onnauwkeurig of langzaam en
moeizaam lezen van woorden (losse woorden fout lezen of aarzelend
hardop voorlozen, vaak woorden raden, problemen hebben met het goed
uitspreken van woorden)
Moeite met spelling (klinkers en medeklinkers toevoegen, weglaten of
vervangen)
B. Achterstand
De genoemde schoolse vaardigheden moeten substantieel en meetbaar
slechter ontwikkeld zijn dan gezien de leeftijd van de betrokkene verwacht
mag worden. Verder hebben zij een signifcante negatieve invloed op de
schoolresultaten en werkprestaties, of op alledaagse activiteiten.
C. Manifestatie
De leerproblemen zijn gestart tijdens de schoolperioden maar treden pas
echt manifest op wanneer de betrefende schoolse vaardigheden zwaarder
belast worden dan de betrokkene met zijn beperkte vermogens aankan.
(tijdslimiet, lezen of schrijven van lange complexe teksten).