Woordenschat:
- Classificatie
o Systeem van groepen opstellen op basis van gemeenschappelijke
eigenschappen en kenmerken
o indelen
- Taxonomie
o De theorie van classificatie
Verschillende taxa
Hiërachie: rijk, fylum, klasse, orde, familie, genus, soort
o Hiërachie bepalen
- Nomenclatuur
o Proces van naamgeving
o Naam geven
- Identificatie
o Het plaatsen van een onbekend organisme in een vooraf
beschreven classificatiesysteem van taxa
o Wie is het
- Cladistiek
o Verwantschappen
, Classificatie via naamgeving
- Samenvatten van informatie over eigenschappen van een organisme via
een naam
o Bijvoorbeeld: bacillus subtilis
Geslachtsnaam “bacillus” wijst op grampositief,
sporevormend, staafvormige bacterie
Soortnaam “subtilis” wijst op:
Secreteren van specifieke enzymen
Terminal elektronaccepter
Natuurlijke competentie voor DNA transformatie
- Voor bacteriën van dezelfde soort vaak nog verdere onderverdeling in
stam
- Bacteriën van dezelfde stam -> stammen af van één en dezelfde
individuele geïsoleerde bacterie -> genetisch identiek
o Bacteriën opgroeien van dezelfde stam = “reincultuur”
• Individuele bacterie
• Actinomyceten of filamenteuze bacteriën
• Vormen draden (zoals schimmels)
• Groei over langere afstanden
• Goede voedselopname
• Droge omgevingen overbruggen
• Vormen sporen
• Anaerobe groei
• Leven vooral in de bodem
• Productie van gas (geosmine)
Typische geur van “natte bosgrond”
• Vb.: Nocardia, Actinomyces, Streptomyces soorten
Veel van onze antibiotica afkomstig van actinomyceten