1 Informatie en informatiesystemen
DIKAR- model: Data – Informate – Kennis – Acte – Rapporteren
BoM : Bill of Material
Blob : Binary Large OBjects : ongestructureerde data , een lange rij bits
XML : eXtensible Markup Language: semi-gestructureerde data, tags toevoegen om structuur te
brengen (boomstructuur)
BPMN: Business Process Modeling Notaton: neergeschreven stappen van bedrijfsprocessen
WFMS: workfow management system: IS dat bedrijfsproces ondersteunt
Typologieën obv informatespiegel
TPS: Transacton Processing System: invoer en opslag van gestructureerde data
ECS: Enterprise Collaboraton Systems: invoer en opslag van semi- en ongestructureerde data
OAS: Ofce Automaton Systems: invoer en opslag van semi- en ongestructureerde data
CMS: Content Management Systems : beheren van alle inhoud van websites
DMS: Document Management Systems: beheren van alle inhoud van elektronische documenten
zoals vb: e-mail
MIS: Management InformateSystemen : verwerken van data
DSS: Decision Support System: ondersteuning bij het nemen van beslissingen
Typologieën obv integrate
ERP : Enterprise Resource Planning : inter-organisatorisch system dat alle processen en data van een
bedrijf bevat
2 Bouwblokken van informatiesystemen
2.1 Periode 1: jaren ’60 en ‘70
GUI: grafische user interface: weergeven van data in vb grafieken
COBOL: COmmon Business Oriented Language: derde generate programmeertaal voor zakelijke
omgeving met als doel programma’s te maken die makkelijker waren om te schrijven en aan te
passen
ASCII :American natonal Standard Code for Informaton Interchange: geef data weer in 7 bits
-> extended ASCII : 8 bits om ook accenten weer te geven
EBCDIC :Extended Binary Coded Decimal Interchange Code: 8 bits, representate karakters gebaseerd
op ponskaarten