De geologische tijdschaal en kaart
De geologische tijdschaal
= een tabel die chronologisch de opeenvolging weergeeft van geologische periodes
Om geschiedenis aarde te reconstrueren -> gesteentelagen en fossielen bestuderen
Tijdsschaal ingedeeld in hoofdtijdperken of eonen -> weer ingedeeld in era’s, periodes en
tijdsvlakken
• De grens tussen het eon proterozoïcum en het eon phanerozoïcum markeert grens
tussen ‘vroegste’ leven en het ‘zichtbare’ leven -> ontstonden levensvormen (daarom
leven meer ‘zichtbaar’)
Grens tussen eon archeïcum en eon proterozoïcum werd vastgesteld door
wetenschappers (zonder verwijzing gesteenteopvolging)
• Grote grenzen tussen verschillende era’s komt overeen met belangrijke biologische
veranderingen (massa-extincties) + ontstaan nieuwe soorten
• De ligging van de tektonische platen veranderde doorheen de geologische geschiedenis
(tijdens perm supercontinent Pangea gevormd)
• Drie belangrijke plooiingsfasen:
1) Caledonische plooiingsfase: tijdens het Siluur
2) Hercynische plooiisingsfase: kent hoogtepunt in Carboon
3) Alpiene plooiingsfase: tijdens het Paleogeen
• Niet enkel ligging continenten veranderen maar ook klimaat -> krijt gekenmerkt door veel
hogere temperaturen
De grenzen van verschillende era’s
-De inslag van een meteoriet of een catastrofale vulkaanuitbarsting kan de habitat van
bepaalde dier en plantsoorten aantasten -> niet overleven
-Uitsterven van bepaalde soorten -> andere levensvormen verder ontwikkelen
- belangrijkste massa-extincties uit geologische geschiedenis:
Reeks grote vulkaan uitbarstingen in Siberië
-> gevolg: klimaatveranderingen + reptielen verder ontwikkelen
De geologische tijdschaal
= een tabel die chronologisch de opeenvolging weergeeft van geologische periodes
Om geschiedenis aarde te reconstrueren -> gesteentelagen en fossielen bestuderen
Tijdsschaal ingedeeld in hoofdtijdperken of eonen -> weer ingedeeld in era’s, periodes en
tijdsvlakken
• De grens tussen het eon proterozoïcum en het eon phanerozoïcum markeert grens
tussen ‘vroegste’ leven en het ‘zichtbare’ leven -> ontstonden levensvormen (daarom
leven meer ‘zichtbaar’)
Grens tussen eon archeïcum en eon proterozoïcum werd vastgesteld door
wetenschappers (zonder verwijzing gesteenteopvolging)
• Grote grenzen tussen verschillende era’s komt overeen met belangrijke biologische
veranderingen (massa-extincties) + ontstaan nieuwe soorten
• De ligging van de tektonische platen veranderde doorheen de geologische geschiedenis
(tijdens perm supercontinent Pangea gevormd)
• Drie belangrijke plooiingsfasen:
1) Caledonische plooiingsfase: tijdens het Siluur
2) Hercynische plooiisingsfase: kent hoogtepunt in Carboon
3) Alpiene plooiingsfase: tijdens het Paleogeen
• Niet enkel ligging continenten veranderen maar ook klimaat -> krijt gekenmerkt door veel
hogere temperaturen
De grenzen van verschillende era’s
-De inslag van een meteoriet of een catastrofale vulkaanuitbarsting kan de habitat van
bepaalde dier en plantsoorten aantasten -> niet overleven
-Uitsterven van bepaalde soorten -> andere levensvormen verder ontwikkelen
- belangrijkste massa-extincties uit geologische geschiedenis:
Reeks grote vulkaan uitbarstingen in Siberië
-> gevolg: klimaatveranderingen + reptielen verder ontwikkelen