Hoofdstuk 9: Diabetes mellitus
Inleiding
- = suikerziekte
- Tekort aan insuline
→ DM type I: absoluut tekort
§ Auto-immuunziekte: β-cellen in eilandjes van Langerhans worden aangevallen en
afgebroken
§ Op jongere leeAijd (ook kinderen)
§ Enige mogelijke behandeling: insuline
§ = IDDM (Insuline aHankelijke DM)
→ DM type II: relaIef tekort
§ InsulineresistenIe: verminderde gevoeligheid en aanmaak
§ Vaak overgewicht/obesitas
§ = NIDDM (Niet Insuline AHankelijke DM)
- Hyperglycemie
→ Glucosurie indien renale drempel voor glucose-reabsorpIe overschreden => polyurie en
polydipsie
- Doel behandeling:
→ Korte termijn: normalisaIe glycemie
§ Hyperglycemie => hyperosmolaliteit bloed, extreem verlies suikers via urine (polyurie
en polydipsie), hyperglycemisch coma
→ Lange termijn: chronische consequenIes van hyperglycemie voorkomen à CV complicaIes
§ Micro-angiopathie: nefropathie, visusstoornissen (reInopathie), neuropathie
§ Macro-angiopathie: beroerte, diabetesvoet, verhoogd risico coronaire ischemie (MI),
nefropathie, …
Fysiologie
, - Eten à suikers in maag (meestal polysachariden, soms disachariden) à darmen: verknipt tot
elementaire bouwstenen (monosachariden: kunnen opgenomen worden) à opname: over mucosa
via glucose-transporters à systeemcirculaIe
→ Incre4nes (GLP-1, GIP): vrijgesteld uit darmwand, werken in op pancreas => insuline vrij uit
voorraden in vacuooltjes
→ Suiker in circulaIe à opname monosachariden in oa. β-cellen à fosforylaIe tot glucose-6-
fosfaat: gevangen in cytosol à Krebscyclus: producIe ATP à ATP-gevoelige K-kanalen sluiten
=> accumulaIe K in cel => depolarisaIe => Ca-kanalen open => Ca-influx => verdere
depolarisaIe + exocytose vacuooltjes met insuline à insuline verdeeld naar alle mogelijke
weefsels (spieren, lever, vetweefsel, …) à binding insuline-receptor op doelwitcellen
=> verhoogde expressie glucose-transporters => glucose-opname + verwerking (verdere
oxidaIe of ingebouwd in reserves)
- Insuline
→ α- en β-keten verbonden met disulfidebruggen
→ Verbonden via C-pepIde in vacuooltjes
→ Vrijze^ng insuline en C-pepIde (equimolair: C-pepIde meten om te kijken hoeveel insuline
iemand nog produceert)
→ “brandstof conserverend” hormoon: bevordert opname en opslag van glucose, AZ en veben
na maalIjd
Pathologie
- Hypergycemie (hyperosmolaliteit) => te groot aanbod suiker aan nieren => saturaIe heropname
pompjes => suiker uitplassen (osmoIsche diurese) => polyurie en polydipsie
→ PaIënt die heel veel drinkt, alIjd dorst à DM tot tegendeel bewezen is
- Moe en suf door hyperglycemie (vocht uit hersenen, effect op CZS)
- Hyperglycemie kan leiden tot coma (hypoglycemisch coma bestaat ook)
→ Hyperglycemisch coma: dehydrataIe CZS door hyperosmolaliteit => invloed op funcIe CZS
→ Hypoglycemisch coma: glucose is enige brandstof voor hersenen
- Vermagering: perifeer geen energie opgenomen
- Dodelijk tot 100j geleden
Epidemie
- Enorme toename
Therapeu7sche op7es
Lifestyle changes
- Aanpak obesitas: aantal geneesmiddelen, maar enkele jaren erna terug van markt gehaald door
bijwerkingen (bv. amfetamine afgeleiden) en gaven slechts gemiddelde gewichtsreducIe van 5 kg
- Minder en anders eten + meer bewegen
Inleiding
- = suikerziekte
- Tekort aan insuline
→ DM type I: absoluut tekort
§ Auto-immuunziekte: β-cellen in eilandjes van Langerhans worden aangevallen en
afgebroken
§ Op jongere leeAijd (ook kinderen)
§ Enige mogelijke behandeling: insuline
§ = IDDM (Insuline aHankelijke DM)
→ DM type II: relaIef tekort
§ InsulineresistenIe: verminderde gevoeligheid en aanmaak
§ Vaak overgewicht/obesitas
§ = NIDDM (Niet Insuline AHankelijke DM)
- Hyperglycemie
→ Glucosurie indien renale drempel voor glucose-reabsorpIe overschreden => polyurie en
polydipsie
- Doel behandeling:
→ Korte termijn: normalisaIe glycemie
§ Hyperglycemie => hyperosmolaliteit bloed, extreem verlies suikers via urine (polyurie
en polydipsie), hyperglycemisch coma
→ Lange termijn: chronische consequenIes van hyperglycemie voorkomen à CV complicaIes
§ Micro-angiopathie: nefropathie, visusstoornissen (reInopathie), neuropathie
§ Macro-angiopathie: beroerte, diabetesvoet, verhoogd risico coronaire ischemie (MI),
nefropathie, …
Fysiologie
, - Eten à suikers in maag (meestal polysachariden, soms disachariden) à darmen: verknipt tot
elementaire bouwstenen (monosachariden: kunnen opgenomen worden) à opname: over mucosa
via glucose-transporters à systeemcirculaIe
→ Incre4nes (GLP-1, GIP): vrijgesteld uit darmwand, werken in op pancreas => insuline vrij uit
voorraden in vacuooltjes
→ Suiker in circulaIe à opname monosachariden in oa. β-cellen à fosforylaIe tot glucose-6-
fosfaat: gevangen in cytosol à Krebscyclus: producIe ATP à ATP-gevoelige K-kanalen sluiten
=> accumulaIe K in cel => depolarisaIe => Ca-kanalen open => Ca-influx => verdere
depolarisaIe + exocytose vacuooltjes met insuline à insuline verdeeld naar alle mogelijke
weefsels (spieren, lever, vetweefsel, …) à binding insuline-receptor op doelwitcellen
=> verhoogde expressie glucose-transporters => glucose-opname + verwerking (verdere
oxidaIe of ingebouwd in reserves)
- Insuline
→ α- en β-keten verbonden met disulfidebruggen
→ Verbonden via C-pepIde in vacuooltjes
→ Vrijze^ng insuline en C-pepIde (equimolair: C-pepIde meten om te kijken hoeveel insuline
iemand nog produceert)
→ “brandstof conserverend” hormoon: bevordert opname en opslag van glucose, AZ en veben
na maalIjd
Pathologie
- Hypergycemie (hyperosmolaliteit) => te groot aanbod suiker aan nieren => saturaIe heropname
pompjes => suiker uitplassen (osmoIsche diurese) => polyurie en polydipsie
→ PaIënt die heel veel drinkt, alIjd dorst à DM tot tegendeel bewezen is
- Moe en suf door hyperglycemie (vocht uit hersenen, effect op CZS)
- Hyperglycemie kan leiden tot coma (hypoglycemisch coma bestaat ook)
→ Hyperglycemisch coma: dehydrataIe CZS door hyperosmolaliteit => invloed op funcIe CZS
→ Hypoglycemisch coma: glucose is enige brandstof voor hersenen
- Vermagering: perifeer geen energie opgenomen
- Dodelijk tot 100j geleden
Epidemie
- Enorme toename
Therapeu7sche op7es
Lifestyle changes
- Aanpak obesitas: aantal geneesmiddelen, maar enkele jaren erna terug van markt gehaald door
bijwerkingen (bv. amfetamine afgeleiden) en gaven slechts gemiddelde gewichtsreducIe van 5 kg
- Minder en anders eten + meer bewegen