LEREN IN MAATSCHAPPELIJK BETROKKEN ONDERWIJS
MODULE 9 – Kwaliteit
Onderwijskwaliteit = de mate waarin onderwijs “goed” is.
vaststaand gegeven waarover wetenschappelijk en/of politiek consensus bestaat
Instrumenten van onderwijskwaliteit
Instrumenten = alle (hulp)middelen die worden ingezet om onderwijskwaliteit in kaart te brengen/ optimaliseren
Vb.: rapporten, standaarden, procedures…
Internationale kwaliteitsbewaking Geen formele onderwijsbevoegdheid
Europese commissie geen dwingende maatregelen nemen
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) m.b.t. kwaliteit
Verenigde Naties
Internationale organisaties belangrijke invloed op onderwijsbeleid: kwaliteit monitoren via verschillende
internationale studies + verspreiden = soft power
Binnen onderzoek: leerprestaties van lln = indicator voor onderwijskwaliteit
Meest bekende studie: PISA onderwijssystemen met elkaar vergelijken (PISA en ICCS zeggen niks over de eindtermen)
Bij lln in zeer uiteenlopende nationale, regionale en culturele contexten
Gemeten vaardigheden (leesvaardigheid, wiskundige- en wetenschappelijke geletterdheid); essentieel voor
volwaardige participatie aan moderne samenleving
Kwaliteitsbewaking in het Vlaams onderwijssysteem
Actieve vrijheid van onderwijs scholen en schoolbesturen zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van onderwijs
Schoolpact: strikte regels voor subsidiëring & overheid: rol van kwaliteitsbewaking vertaald in instrumenten
Eindtermen
3 belangrijkste (beleids)instrumenten Schooldoorlichting
Peilingsonderzoek
Andere (beleids)instrumenten: jaarlijkse rapporten over spijbelen, onderzoek door Rekenhof, statistische jaarboeken…
Eindtermen = minimumdoelen die noodzakelijk zijn en bereikbaar zijn voor een bepaalde leerlingenpopulatie.
Met minimumdoelen wordt bedoeld: een minimum aan kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes die bereikbaar
en noodzakelijk geacht worden voor een bepaalde leerlingenpopulatie.
= decretaal vastgestelde minimumdoelen om recht op kwaliteitsvol onderwijs te garanderen en bewaken
Schoolpactwet 1959 = voorafgaand in het ontstaan van die eindtermen belangrijke voorwaarde voor
onderwijsverstrekkers: aan een wettelijk bepaald minimumleerplan en minimumlessenrooster onderwerpen
“Peil der studiën”: via minimumleerplannen en lessenroosters kwalitatieve minimumnormen die worden
geverifieerd en geëvalueerd spraken van kwaliteitscontrole
Pas vanaf 17 juli 1991 (SO: 1996) intreden eindtermen met: Decreet betreffende Inspectie, Dienst voor
Onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten Eindtermen = vanaf dan instrument om minimale
kwaliteit van onderwijs te garanderen
1
, 3 kwesties rond eindtermen
1) Wie gebruikt de eindtermen: inspectie & onderwijsverstrekkers (de koepels)
Bevoegdheid om te adviseren over de goedkeuring van de leerplannen obv eindtermen
Eindtermen = één van de standaarden van de schooldoorlichtingen
Nagaan of vooropgestelde doelen werkelijk behaald worden
Lkr: kennen leerplandoelstellingen, maar eindtermen niet
2) Voor wie gelden de eindtermen:
Steinerarrest = verzet van Steinerscholen tegen nieuwe eindtermen
1996 vernietigde Arbitragehof (Grondwettelijke Hof) eindtermendecreet omdat de overheid de vrijheid van
onderwijs reduceerde tot vrijheid van methode
Bezwaren opgevangen door substitutieregeling: mogelijkheid om af te wijken van de eindtermen
3) Wat met de vernieuwing van de eindtermen: gevolgen voor financiering van scholen
Indien eindtermen de minimale criteria zijn voor kwaliteitsvol onderwijs vanwege de overheid, dan moet die
overheid daar ook financiële middelen tegenover plaatsen vb. zwembad
September 2019 nieuwe ET voor eerste graad SO, 2021 voor tweede graad SO, 2023 voor derde graad SO
Nieuwe ET: resultaat van breed maatschappelijk onderzoek en debat om zicht te krijgen op wat Vlaamse
samenleving verwacht obv debat: in 2018 16 sleutelcompetenties = ordening nieuwe ET
Nieuwe ET: voorbereid in ontwikkelcommissies, afgetoetst door valideringscommissie, goedgekeurd door
Vlaamse Parlement
Nieuwe decreet = “onderwijsdoelen” als overkoepelende term
Alle doelen van specifieke studierichting = in curriculumdossier inhouden op elkaar afstemmen
16 sleutelcompetenties
- Onderscheid transversale en inhoudelijke sleutelcompetenties,
afhankelijk: domeinspecifiek of domeinoverschrijdend
- Verder geoperationaliseerd in: eindtermen, ET-basisgeletterdheid en
uitbreidingsdoelen Nederlands, adhv. aangepaste taxonomie van Bloom:
soorten kennis, dimensies van kennis en beheersingsniveaus
- Uitbreidingsdoelen: extra doelen met groter abstractieniveau/ hogere
moeilijkheidsgraad
Schooldoorlichting
= één keer om de 6 jaar doorlichting controleren of eindtermen behaald werden
= nagaan of school kwaliteitsverwachtingen in referentiekader voor onderwijskwaliteit (OK) tegemoetkomt
OK = aantal kenmerken waarmee school dient rekening te houden bij vormgeven van onderwijs
Kwaliteitsverwachting in OK verdeeld over 4 rubrieken Kwaliteitsverwachting verduidelijkt in “kwaliteitsbeleid”
- Resultaten en effecten welke elementen van belang om een bepaalde
- Ontwikkeling stimuleren kwaliteitsverwachting in te lossen
- Kwaliteitsontwikkeling Vb.: kwaliteitsverwachting: school waarborgt toegang tot
- Beleid onderwijs voor elke lerende kwaliteitsbeleid
Inhoudelijk voert inspectie 4 onderzoeken uit
1. OZ van de kwaliteitsontwikkeling: richt zich op kwaliteitsverwachtingen in rubrieken “kwaliteitsontwikkeling”
en “beleid” uit het OK onderzocht of school haar kwaliteit systematisch evalueert (plan-do-check-act)
2. OZ van één of meerdere kwaliteitsgebieden:
Rapportering en oriëntering
Leerlingenbegeleiding
Omgaan met diversiteit
Personeelsbeleid en professionalisering
3. OZ van de onderwijsleerpraktijk: richt zich op kwaliteitsverwachtingen in de rubrieken “resultaten en effecten”,
2
“ontwikkeling van lerende” van het OK door selectie van vakken
4. OZ van de bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne
MODULE 9 – Kwaliteit
Onderwijskwaliteit = de mate waarin onderwijs “goed” is.
vaststaand gegeven waarover wetenschappelijk en/of politiek consensus bestaat
Instrumenten van onderwijskwaliteit
Instrumenten = alle (hulp)middelen die worden ingezet om onderwijskwaliteit in kaart te brengen/ optimaliseren
Vb.: rapporten, standaarden, procedures…
Internationale kwaliteitsbewaking Geen formele onderwijsbevoegdheid
Europese commissie geen dwingende maatregelen nemen
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) m.b.t. kwaliteit
Verenigde Naties
Internationale organisaties belangrijke invloed op onderwijsbeleid: kwaliteit monitoren via verschillende
internationale studies + verspreiden = soft power
Binnen onderzoek: leerprestaties van lln = indicator voor onderwijskwaliteit
Meest bekende studie: PISA onderwijssystemen met elkaar vergelijken (PISA en ICCS zeggen niks over de eindtermen)
Bij lln in zeer uiteenlopende nationale, regionale en culturele contexten
Gemeten vaardigheden (leesvaardigheid, wiskundige- en wetenschappelijke geletterdheid); essentieel voor
volwaardige participatie aan moderne samenleving
Kwaliteitsbewaking in het Vlaams onderwijssysteem
Actieve vrijheid van onderwijs scholen en schoolbesturen zelf verantwoordelijk voor de kwaliteit van onderwijs
Schoolpact: strikte regels voor subsidiëring & overheid: rol van kwaliteitsbewaking vertaald in instrumenten
Eindtermen
3 belangrijkste (beleids)instrumenten Schooldoorlichting
Peilingsonderzoek
Andere (beleids)instrumenten: jaarlijkse rapporten over spijbelen, onderzoek door Rekenhof, statistische jaarboeken…
Eindtermen = minimumdoelen die noodzakelijk zijn en bereikbaar zijn voor een bepaalde leerlingenpopulatie.
Met minimumdoelen wordt bedoeld: een minimum aan kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes die bereikbaar
en noodzakelijk geacht worden voor een bepaalde leerlingenpopulatie.
= decretaal vastgestelde minimumdoelen om recht op kwaliteitsvol onderwijs te garanderen en bewaken
Schoolpactwet 1959 = voorafgaand in het ontstaan van die eindtermen belangrijke voorwaarde voor
onderwijsverstrekkers: aan een wettelijk bepaald minimumleerplan en minimumlessenrooster onderwerpen
“Peil der studiën”: via minimumleerplannen en lessenroosters kwalitatieve minimumnormen die worden
geverifieerd en geëvalueerd spraken van kwaliteitscontrole
Pas vanaf 17 juli 1991 (SO: 1996) intreden eindtermen met: Decreet betreffende Inspectie, Dienst voor
Onderwijsontwikkeling en pedagogische begeleidingsdiensten Eindtermen = vanaf dan instrument om minimale
kwaliteit van onderwijs te garanderen
1
, 3 kwesties rond eindtermen
1) Wie gebruikt de eindtermen: inspectie & onderwijsverstrekkers (de koepels)
Bevoegdheid om te adviseren over de goedkeuring van de leerplannen obv eindtermen
Eindtermen = één van de standaarden van de schooldoorlichtingen
Nagaan of vooropgestelde doelen werkelijk behaald worden
Lkr: kennen leerplandoelstellingen, maar eindtermen niet
2) Voor wie gelden de eindtermen:
Steinerarrest = verzet van Steinerscholen tegen nieuwe eindtermen
1996 vernietigde Arbitragehof (Grondwettelijke Hof) eindtermendecreet omdat de overheid de vrijheid van
onderwijs reduceerde tot vrijheid van methode
Bezwaren opgevangen door substitutieregeling: mogelijkheid om af te wijken van de eindtermen
3) Wat met de vernieuwing van de eindtermen: gevolgen voor financiering van scholen
Indien eindtermen de minimale criteria zijn voor kwaliteitsvol onderwijs vanwege de overheid, dan moet die
overheid daar ook financiële middelen tegenover plaatsen vb. zwembad
September 2019 nieuwe ET voor eerste graad SO, 2021 voor tweede graad SO, 2023 voor derde graad SO
Nieuwe ET: resultaat van breed maatschappelijk onderzoek en debat om zicht te krijgen op wat Vlaamse
samenleving verwacht obv debat: in 2018 16 sleutelcompetenties = ordening nieuwe ET
Nieuwe ET: voorbereid in ontwikkelcommissies, afgetoetst door valideringscommissie, goedgekeurd door
Vlaamse Parlement
Nieuwe decreet = “onderwijsdoelen” als overkoepelende term
Alle doelen van specifieke studierichting = in curriculumdossier inhouden op elkaar afstemmen
16 sleutelcompetenties
- Onderscheid transversale en inhoudelijke sleutelcompetenties,
afhankelijk: domeinspecifiek of domeinoverschrijdend
- Verder geoperationaliseerd in: eindtermen, ET-basisgeletterdheid en
uitbreidingsdoelen Nederlands, adhv. aangepaste taxonomie van Bloom:
soorten kennis, dimensies van kennis en beheersingsniveaus
- Uitbreidingsdoelen: extra doelen met groter abstractieniveau/ hogere
moeilijkheidsgraad
Schooldoorlichting
= één keer om de 6 jaar doorlichting controleren of eindtermen behaald werden
= nagaan of school kwaliteitsverwachtingen in referentiekader voor onderwijskwaliteit (OK) tegemoetkomt
OK = aantal kenmerken waarmee school dient rekening te houden bij vormgeven van onderwijs
Kwaliteitsverwachting in OK verdeeld over 4 rubrieken Kwaliteitsverwachting verduidelijkt in “kwaliteitsbeleid”
- Resultaten en effecten welke elementen van belang om een bepaalde
- Ontwikkeling stimuleren kwaliteitsverwachting in te lossen
- Kwaliteitsontwikkeling Vb.: kwaliteitsverwachting: school waarborgt toegang tot
- Beleid onderwijs voor elke lerende kwaliteitsbeleid
Inhoudelijk voert inspectie 4 onderzoeken uit
1. OZ van de kwaliteitsontwikkeling: richt zich op kwaliteitsverwachtingen in rubrieken “kwaliteitsontwikkeling”
en “beleid” uit het OK onderzocht of school haar kwaliteit systematisch evalueert (plan-do-check-act)
2. OZ van één of meerdere kwaliteitsgebieden:
Rapportering en oriëntering
Leerlingenbegeleiding
Omgaan met diversiteit
Personeelsbeleid en professionalisering
3. OZ van de onderwijsleerpraktijk: richt zich op kwaliteitsverwachtingen in de rubrieken “resultaten en effecten”,
2
“ontwikkeling van lerende” van het OK door selectie van vakken
4. OZ van de bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne