Samenvatting H20 grondslagen, kawa model

Ergotherapie en het KAWA-model: H20 in de grondslagen


20.1 Inleiding =
 Het KAWA-model is ontwikkeld vanuit de ergotherapeutische praktijk.
 KAWA-model is ontwikkelt door een groep Japanse ergotherapeuten. Ze voerden
steeds meer moeite om de Europese ergotherapeutische modellen te begrijpen en
toe te passen in hun eigen Japanse context.
 Naar aanleiding van kwalitatief onderzoek ontwikkelden zij het KAWA-model.
 Het doel was om alternatief perspectief te bieden en begrippen als dagelijks
handelen (=occupation) en welzijn vanuit een sociaal en cultureel gezichtspunt te
beschrijven en te begrijpen.
 Kawa = rivier, is een metafoor voor levensstroom (=life flow).
 Het leven is net als een rivier een complexe en diepgaande reis door tijd en ruimte.
 Optimale staat van welzijn en gezondheid in iemand leven = diepe, sterke en
onbelemmerde stroom van een rivier.
 Door dit model kan een compleet overzicht van het leven van de cliënt op een
bepaald moment worden gevisualiseerd.
 Dit kan op verschillende momenten veel inzicht bieden voor zowel de cliënt als de
ergotherapeut en dit kan handvatten geven voor de interventie.
 Het doel van de ergotherapie in deze visualisatie van het menselijk leven is om de
levensstroom (=life flow) van de cliënt mogelijk te maken en te verbeteren.


20.2 Achtergrond, oorsprong en ontwikkeling van het model =
 Groep Japanse ergotherapeuten had vastgesteld dat ze de theoretische
ergotherapeutische concepten niet konden toepassen in de praktijk -> ze besloten
actie te ondernemen.
 Eerst = de concepten proberen vertalen naar de Japanse realiteit door een Canadese
ergtherapeut van Japanse afkomst.
 Toen werd duidelijk dat het begrijpen en toepassen niet met het vertalen te maken
had, maar dat het verschil in sociale en culturele context de betekenis bepaalde.
 Via kwalitatief onderzoek de oorzaken van het onbegrip van de concepten duidelijk
te maken en mogelijks tot een alternatieve definiëring van basisconcepten van de
ergotherapie te komen.
 Na analyse en codering kwam een structuur naar voren gepresenteerd als een figuur
met allerlei lijnen en pijlen.

,  Hoewel de vorm niet echt bij de oosterse visie op het leven paste, was de inhoud van
de figuur wel wat deze visie weergaf.
 Geen enkele van de 4 elementen kreeg een prominente plaats binnen het
aanvankelijk model.
 Gevolg hiervan = ingreep op 1 van de elementen heeft een invloed op de andere
elementen en dus op het geheel.
 Geen enkel concept staat op zichzelf en alle elementen zijn niet strikt van elkaar te
onderscheiden.
 Tijdens de laatste fase van het onderzoek = verschillende categorieën werden vaker
in relatie gebracht met leven, levensloop, levenskracht,… dan met de concepten
hetzelf, het dagelijks handelen en de omgeving.
 Op dat moment werd de metafoor van rivier geboren.
 De rivier of kawa is een sterke metafoor in de Japanse context en bleek later ook
sterk in andere delen van de wereld, vanwege het open karakter.


20.3 Theoretische onderbouwing =
 Waarden, normen, opvattingen en overtuigingen worden door de cultuur en/of
maatschappij bepaald en gedefinieerd.
 Ergotherapie en zijn fundamentele theorieën en modellen, zijn ontstaan in het
westen.
 Hierbij zijn autonomie, onafhankelijkheid en zelfstandigheid essentieel.
 Ook de cliënt en zijn omgeving worden beschouwd als 2 te onderscheiden
elementen.
 Dit is niet universeel!!
 Kawa-model is ontstaan in het oosten, waar er een heel andere cultuur is.
 Daar staat de visie: collectief, sociale hiërarchie en onderlinge afhankelijkheid meer
centraal.
 ‘hetzelf’ is geen aparte entiteit en kan worden gezien als een onlosmakend deel van
een groter geheel zoals een familie, maatschappij of zelfs van de natuur, of van de
kosmos.
 Ook harmonie en eenheid zijn belangrijke begrippen in het oosten.
 Westerse visie = meer streven naar het verkrijgen van een bepaalde status op basis
van talenten en persoonlijke mogelijkheden.