1. Bewegingsapparaat
Doel lichaam beschermen
stevigheid bieden
lichaam bewegen
Bestaat uit botten – spieren – gewrichten – kraakbeen – slijmbeurzen – pezen – ligamenten –
motorische zenuwen
1.1. De gewrichten
Doel beweging Þ vormt bewegingszone tussen 2 beenderen
flexibiliteit
Oppervlak beenderen is bedekt met kraakbeen: glijding + schokdemping
Beenderen worden samengehouden door gewrichtskapsel
® synoviale membraan produceert synoviale vloeistof Þ smeermiddel
1.2. De spieren en pezen
Spier spiervezels
pees (verbinding aan bot of andere spier)
Beenderen bewegen tov het gewricht
® flexoren: hoek tussen beenderen aan gewricht wordt kleiner
® extensoren: hoek tussen beenderen aan gewricht wordt groter
1.3. De ligamenten
Doel: stabiliteit gewricht
Þ verbinden beenderen van een gewricht met elkaar
Þ bevatten veel zenuwvezels: signaal geven wanner gewricht te veel wordt uitgerokken
, 2. Oorzaken van immobiliteit
Algemene problemen bv: door ziekte, ongeval, leeftijd, handicap
Problemen met skelet bv: door ziekte, ongeval, leeftijf, ontwikkelingsstoornis (scoliose)
Problemen met gewrichten bv: door ziekte, ongeval, leeftijd
Problemen met spieren bv: door ziekte, ongeval, leeftijd, ontwikkelingsstoornis
Inactiviteit Þ omvang en kracht en spieren nemen af Þ atrofie
Langdurige flexie Þ contractuur
3. Gevolgen van immobiliteit
Lichamelijke activiteit: spieren trekken samen en ontspannen
Stimuleren van doorbloeding
Verbeteren van stofwisseling, peristaltiek en ademhaling
Þ lichaam functioneert het best in verticale houding!
Enkele dagen van immobiliteit kan leiden tot veranderingen in verschillende stelsels:
Þ maar ook mentale gezondheid wordt aangetast: sociaal en geestelijk isolement
verveling en lusteloosheid
grote afhankelijkheid