RECHT VOOR KLINISCH PSYCHOLOGEN EN
ORTHOPEDAGOGEN
P0W40A
LOUISE SIMONS
, DEEL 2: PERSOON, FAMILIE EN RECHT
Titel Reader p. Sv p.
Deel 1: het minderjarige kind 11-42 9-28
Inleiding: het statuut van een minderjarige 11
H1: handelingsonbekwaamheid minderjarigen 12-15 9-11
§1: Begrip en situering 12
§2: Uitzonderlijke handelingsbekwaamheid 12-13
A. Inleiding 12-13
B. Niet-leeftijdsgebonden handelingsbekwaamheid 13
C. Leeftijdsgebonden handelingsbekwaamheid 13
§3: Volledige handelingsonbekwaamheid 14-15 18
§4: Beperkte handelingsonbekwaamheid 15 18
A. Bijstand 15
B. Instemming 15
C. Verzet 15
H2: Ouderlijke rechten en plichten 16-33 12
§1: Ouderlijke gezag 16-27
A. Inleiding 16
B. Bestanddelen 16-27
1. Recht op persoonlijk contact 16-17
2. Gezag over de persoon 17-19
a. Inhoud 17
b. Berperkingen 17
b.1 zelfstandige uitoefening van persoonlijkheids- en 17
grondrechten
b.2 Belang van het kind 17-19
3. Goederenbeheer en vertegenwoordiging 19-27
C. Titularissen van het ouderlijk gezag 19-20
D. Uitoefening van het ouderlijk gezag 20-24
1. Gezag over personen en beheer goederen 20-22
a. Basissysteem: gezamelijke uitoefening van het ouderlijk 20-21
gezag
b. Uitzonderingssystemen 21-22
b.1 Uitsluitende uitoefening van ouderlijk gezag door 21
één ouder
b.2 Gecombineerde systemen 21
b.3 Recht van toezicht 22
2. Verblijfsregeling 22-26
a. Situering 22
b. Akkoord over verblijf 22-23
c. Geen akkoord over verblijf 23-24
c.1 Gelijkmatig verdeeld verblijf 23
c.2 Ongelijk verdeeld verblijf 23
c.3 Broers en zussen 23-24
c.4 Criteria 24
E. Procedurele aspecten van geschillen met betrekking tot ouderlijk 24-27
gezag, verblijf en recht op persoonlijk contact
1. Bevoegdheid en bijzondere procedureregels 24-25
2. Het hoorrecht van minderjarigen 25-26
3. Niet-naleving van een verblijfs- of contactregeling 26-27
§2: Ouderlijke verplichtingen 27-33 15-16
, A. Overzicht 27
B. De verplichting tot levensonderhoud en opvoeding 27-33
1. Op wie rust de verplichting? 27
2. Inhoud verplichting 28
3. Duur van de verplichting 28-29
4. Aandeel van elk van beide ouders en onderhoudsbijdrage 29-32
a. Situering 29
b. Vaststelling onderhoudsbijdrage 29
b.1 Middelen van ouders 29
b.2 Gewone en buitengewone kosten 29-30
c. Verplichte vermeldingen 30-31
d. Indexering en wijziging van de onderhoudsbijdrage 31
e. Kindrekening 32
5. Niet-nakoming onderhoudsverplichting 32
a. Veroordeling tot onderhoudsbijdrage en 32
ontvangstmachtiging
b. Dienst voor alimentatievorderingen 33
C. Plicht tot respect 33
H3: Voogdij en pleegvoogdij 34-39 18-21
§1: Voogdij 34-38
A. Ontstaan en einde van de voogdij 34
B. Organisatie van de voogdij 34-36
1. Bevoegdheid vrederechter 34-35
2. Aanduiding van de voogd 35-36
a. Aanwijzing door de ouders 35
b. Benoeming door de vrederechter 35-36
c. Aanwijzing door het OCMW 36
3. Toeziende voogd 36
C. Werking van de voogdij 37-38
1. Zorg voor de persoon en de opvoeding van de pupil 37
2. Beheer goederen en vertegenwoordigingsbevoegdheid 37
3. Kosten opvoeding en levensonderhoud 37-38
4. Onbezoldigd karakter 38
D. Verantwoording over de voogdij 38
§2: Pleegvoogdij 39
H4: Recht op persoonlijk contact 40-42 15
§1: Inleiding 40
§2: Ouders 40
§3: Grootouders 40-41
§4: Broers en zussen 41
§5: Andere personen 41-42
Deel 2: Tweerelaties: huwelijk en samenwoning 43-97 30-42
H1: Inleiding 43
H2: Huwelijk: aangaan van een huwelijk 43-50 30-32
§1: Grondvoorwaarden 43-48
A. Algemeen 43
B. Leeftijd 44
C. Ongehuwde staat 44
D. Toestemming 44-47
1. Beginsel 44
2. Schijnhuwelijk 44-46
a. Begrip 44-45
b. Preventie van schijnhuwelijken 45
ORTHOPEDAGOGEN
P0W40A
LOUISE SIMONS
, DEEL 2: PERSOON, FAMILIE EN RECHT
Titel Reader p. Sv p.
Deel 1: het minderjarige kind 11-42 9-28
Inleiding: het statuut van een minderjarige 11
H1: handelingsonbekwaamheid minderjarigen 12-15 9-11
§1: Begrip en situering 12
§2: Uitzonderlijke handelingsbekwaamheid 12-13
A. Inleiding 12-13
B. Niet-leeftijdsgebonden handelingsbekwaamheid 13
C. Leeftijdsgebonden handelingsbekwaamheid 13
§3: Volledige handelingsonbekwaamheid 14-15 18
§4: Beperkte handelingsonbekwaamheid 15 18
A. Bijstand 15
B. Instemming 15
C. Verzet 15
H2: Ouderlijke rechten en plichten 16-33 12
§1: Ouderlijke gezag 16-27
A. Inleiding 16
B. Bestanddelen 16-27
1. Recht op persoonlijk contact 16-17
2. Gezag over de persoon 17-19
a. Inhoud 17
b. Berperkingen 17
b.1 zelfstandige uitoefening van persoonlijkheids- en 17
grondrechten
b.2 Belang van het kind 17-19
3. Goederenbeheer en vertegenwoordiging 19-27
C. Titularissen van het ouderlijk gezag 19-20
D. Uitoefening van het ouderlijk gezag 20-24
1. Gezag over personen en beheer goederen 20-22
a. Basissysteem: gezamelijke uitoefening van het ouderlijk 20-21
gezag
b. Uitzonderingssystemen 21-22
b.1 Uitsluitende uitoefening van ouderlijk gezag door 21
één ouder
b.2 Gecombineerde systemen 21
b.3 Recht van toezicht 22
2. Verblijfsregeling 22-26
a. Situering 22
b. Akkoord over verblijf 22-23
c. Geen akkoord over verblijf 23-24
c.1 Gelijkmatig verdeeld verblijf 23
c.2 Ongelijk verdeeld verblijf 23
c.3 Broers en zussen 23-24
c.4 Criteria 24
E. Procedurele aspecten van geschillen met betrekking tot ouderlijk 24-27
gezag, verblijf en recht op persoonlijk contact
1. Bevoegdheid en bijzondere procedureregels 24-25
2. Het hoorrecht van minderjarigen 25-26
3. Niet-naleving van een verblijfs- of contactregeling 26-27
§2: Ouderlijke verplichtingen 27-33 15-16
, A. Overzicht 27
B. De verplichting tot levensonderhoud en opvoeding 27-33
1. Op wie rust de verplichting? 27
2. Inhoud verplichting 28
3. Duur van de verplichting 28-29
4. Aandeel van elk van beide ouders en onderhoudsbijdrage 29-32
a. Situering 29
b. Vaststelling onderhoudsbijdrage 29
b.1 Middelen van ouders 29
b.2 Gewone en buitengewone kosten 29-30
c. Verplichte vermeldingen 30-31
d. Indexering en wijziging van de onderhoudsbijdrage 31
e. Kindrekening 32
5. Niet-nakoming onderhoudsverplichting 32
a. Veroordeling tot onderhoudsbijdrage en 32
ontvangstmachtiging
b. Dienst voor alimentatievorderingen 33
C. Plicht tot respect 33
H3: Voogdij en pleegvoogdij 34-39 18-21
§1: Voogdij 34-38
A. Ontstaan en einde van de voogdij 34
B. Organisatie van de voogdij 34-36
1. Bevoegdheid vrederechter 34-35
2. Aanduiding van de voogd 35-36
a. Aanwijzing door de ouders 35
b. Benoeming door de vrederechter 35-36
c. Aanwijzing door het OCMW 36
3. Toeziende voogd 36
C. Werking van de voogdij 37-38
1. Zorg voor de persoon en de opvoeding van de pupil 37
2. Beheer goederen en vertegenwoordigingsbevoegdheid 37
3. Kosten opvoeding en levensonderhoud 37-38
4. Onbezoldigd karakter 38
D. Verantwoording over de voogdij 38
§2: Pleegvoogdij 39
H4: Recht op persoonlijk contact 40-42 15
§1: Inleiding 40
§2: Ouders 40
§3: Grootouders 40-41
§4: Broers en zussen 41
§5: Andere personen 41-42
Deel 2: Tweerelaties: huwelijk en samenwoning 43-97 30-42
H1: Inleiding 43
H2: Huwelijk: aangaan van een huwelijk 43-50 30-32
§1: Grondvoorwaarden 43-48
A. Algemeen 43
B. Leeftijd 44
C. Ongehuwde staat 44
D. Toestemming 44-47
1. Beginsel 44
2. Schijnhuwelijk 44-46
a. Begrip 44-45
b. Preventie van schijnhuwelijken 45