Vygotsiy: Russisch psycholoog van groot formaat
Het is best lasti o e ieschie enis van e psych l iie in kaart te brenien. Er zijn twee oeth es o
e ieschie enis in kaart te brenien, naoelijk:
1. Je kunt een aantal centrale vraien stellen o z i e beel te krijien ver e ieschie enis.
Vraien ie je kunt stellen zijn: ‘H e verh u en lichaao en ieest zich t t elkaar?’ f ‘In welke
oate zijn ieestelijke vero iens erfelijk bepaal ?’
2. Je kan k ir te naoen binnen e psych l iie behan elen. De ir tste naoen binnen e
psych l iie zijn: Wun t, Pavl v, Wats n, Freu en Piaiet. Dit lei t t t een stan aar beel van
e ieschie enis van e psych l iie.
Teienw r ii is e ie achte at er n i ieoan aan het b venstaan e lijstje o et w r en t eiev ei
naoelijk Lev Semenovic Vgotsiij. Hij stel e een aantal sleutelproblemen van e psych l iie aan e
r e. Zijn werk is pas recent beken r e taalbarrière oaar k r p liteke fact ren. In it artkel
kijken we naar één sleutelpr bleeo binnen e psych l iie naoelijk: aanleg-omgeving iweste.
Twist over erfelijiheid en milieu
Het aanlei- oievini kweste is in e ieschie enis al oeer ere keren aan e r e iebracht. Hierin zijn
twee extreoe stan punten:
1. De aanhaniers van het ratonalisme en natvisme zijn van oenini at alle oentale pr cessen in
aanlei ieieven zijn. Bij een ptoale oievini ntpl ien eze pr cessen zich vanzelf t t eze
pr cessen hun v lwassen v ro hebben bereikt. Er w r t van een rijpingsproces uitieiaan. Het
eniie wat e u ers h even te en is z rien v r ptoale ostan iihe en.
2. De aanhaniers van het empirisme en behaviorisme zijn van oenini at alle oentale pr cessen
r oievinisfact ren bepaal kunnen w r en. Het kin k ot als onbeschreven blad p e
werel en kan n i r e oievini beïnvl e w r en. Wat er us van het kin terecht k ot is
v lle ii afankelijk van e oievini.
Teienw r ii w r en eze twee extreoe stan punten als nh u baar ervaren. Dit k ot r
n erz ek naar tweelinien. In it s rt n erz eken w r en e prestates van een bepaal e taak van
eeneiiie en twee-eiiie tweelinien oet elkaar verieleken. De ie achte hierachter is at een bepaal
vero ien at erfelijk bepaal is, bijv rbeel intelliiente, hetzelf e o et zijn bij ééneiiie tweelinien
o at zij oet ezelf e aanlei p e werel zijn iek oen. Dit bleek niet het ieval te zijn. Hun prestates
k oen wel vereen oaar zijn zeker niet ielijk aan elkaar. Wanneer een prestates afankelijk is van e
oievini, an z u en kin eren ie in ezelf e oievini pir eien ezelf e prestates ntwikkelen.
O k it bleek niet het ieval te zijn.
Kind schept zijn eigen omgeving
Kin eren ervaren ezelf e situates als verschillen en selecteren actef bepaal e eleoenten uit ie
situate. Als waren scheppen kin eren hun eiien oievini. Het besch uwen van het oilieu als een
onveranderlijk gegeven vin t Vyi tsky njuist o at het o een s ciaal oilieu iaat. De s ciale
oievini waar het kin in leef veran ert oe e r at het kin k veran ert. Een kin at kruipt
heef een an ere oievini n ii an een kin at al l pt. Vyi tsky stelt at e ntwikkelini van een
kin bepaal w r t r e v rafiaan e ntwikkelinien van het kin . Daarnaast zijn e erv ro
(kin ) en het ein pr uct (v lwassen) actef oet elkaar betr kken. Vyi tskyv is van oenini at een IQ
test ieen i e e oeth e is, het ieef ieen i e e in ruk van e ntwikkeliniso ielijkhe en van het
kin o at het een o oent pnaoe is. Hij stelt at intelliiente een beirip is waarachter verschillen e
,pr cessen schuil iaan. Vyi tsky is van oenini at wanneer er iebruik ieoaakt w r t van intelliiente
testen it vaak lei t t t neiateve karakteriserini van het kin . Vyi tsky vin t at we n roierichte
iain stek o eten vervanien v r kwalitateve iain stek. We o eten juist iaan kijken wat een kin
wel kan in plaats van wat een kin niet kan.
Taal als logisch vangnet
Vyi tsky et n erz ek h e bij een bepaal psychisch pr ces aanlei- en oilieufact ren in elkaar
irijpen. Hij oaakt n erschei t tussen laiere en h iere psychische pr cessen. Lagere psychische
processen zijn in aanlei ieieven en zijn passief van aar . Je kan hierbij enken aan je kniepeesrefex,
waarneoini en ieheuien. Het kin k ot ter werel oet e vero iens o passief te h ren, zien en
o t risch te reaieren. De hogere processen zijn een pr uct van e oenselijke beschavini. Zij hebben
een actef karakter en verl pen oet behulp van e taal. H e kin eren taal eiien oaken en p welke
wijze it hun oentale funct neren beïnvl e t is één van e h f lijnen binnen het werk van Vyi tsky.
Taal brenit e oentale functes niet alleen t t een h ier niveau oaar zij spelen k een r l bij het
ntstaan van een systeeo van psychische pr cessen: visuele waarneoini, aan acht en ieheuien. Deze
raken r e taal ietransf roeer en w r en oet elkaar verb n en. Daarnaast krijit het kin r
oi el van taal veel oeer c ntr le ver zijn eiien psychisch funct neren.
Cultuur spreeit het beslissende woord
Binnen e the rie van Vyi tsky ‘s liit er oeer na ruk p e culturele instruoenten/ oievini an p
e aanlei. Hier zijn wel twee poerkinien ver:
1. De the rie van Vyi tsky ha het in het beiin eri zwaar. Er was veel kritek p zijn the rie.
2. Je kan je afvraien h e in ivi uele verschillen (in Vyi tsky ’s ptek) t t stan k oen? Wanneer
een kin zich ieestelijk nbevre iien ntwikkelt an iaat een aanhanier van eze the rie
eerst kijken naar e oievinisv rwaar en uit het verle en en he en van het kin .
K rt o, Vyi tsky stelt at aanlei en oilieu niet l s van elkaar iezien kunnen w r en. Een bepaal e
oievini is niet een nveran erlijk ieieven, oaar is v r ie er kin p ie er o oent weer net even
an ers. De pers nlijkhei van een kin en zijn ntwikkelinisniveau bepalen h e hij een bepaal e
oievini waarneeot. Het kin schept us eiienlijk zijn eiien oievini. Een belanirijk aspect
hierbinnen is e taal. Het kin w r t ieb ren oet laiere pr cessen ie zich ntwikkelen t t h iere
pr cessen. D r taal brenit het kin structuur aan in wat hij beleef. H e rijker e taal es te ir ter zijn
inzicht is.
Thomas Dishion - When interventons harm, peer groups and problem behavior.
Dit artkel kijkt naar iatr iene efecten in peer-ir up interventes. In it artkel w r t e v lien e
hyp these ietest:
- Bij h ie risic j nieren kunnen hun pr bleeoie rai o ielijk escaleren tj ens interventes ie
in peer ir epen w r en ieieven. Oo it te kunnen oeten o eten we eerst kijken h e
pr bleeoie rai escaleert in een n roaal pr ces.
Peer infuences
Uit n erz ek is iebleken at pr bleeoie rai van a lescenten iniebe is in een peerir ep. Vr eier
wer er vanuit ieiaan at vrien schappen een heilzaao efect z u en hebben. teienw r ii is er e
n te at erielijke relates tj ens e a lescente e iez n e ntwikkelini van e puber kunnen
n eroijnen. Dit is k uit n erz ek iebleken. Uit verschillen e n erz eken is iebleken at e
krachtie invl e van peers iniezet kan w r en p een p siteve oanier z at e het pr bleeoie rai
, zal afneoen f at er zelfs t enaoe is van pr s ciaal ie rai. De twee e ioplicate is at risic ir epen
elkaars afwijken e ie rai z u en n ersteunen. Hier o o eten ir epsafspraken veroe en w r en
tj ens e osch linisperi es.
The adolescent transisitons progam study (ATP)
De stu ie A lescent Transit ns Pr irao (ATP) is ntw rpen o een the retsch o el ver pr bleeo
ie rai van a lescenten te testen. In e intervente w r en twee ntwikkelinispr cessen systeoatsch
ietariet naoelijk e invl e van u ers en peers.
De invl e van e u ers kijkt f e u erschapsvaar iihe en efectef zijn v r het veroin eren van
pr bleeoie rai bij e a lescenten en f het kin oeer pr s ciaal ie rai vert nt. De invl e van
peers bena rukt pr s ciale elen en zelfreiulerini r oi el van peerversterkini. De interventes
uren 12 weken.
Aan het pr iraooa e en 119 h ie risic j nieren oee, z wel j niens als oeisjes. er waren vier
interventev rwaar en: alleen o e erf cus, alleen peer f cus, f cus p u er en tener en een
aan acht-placeb ir ep. Het was een quasi experioenteel n erz ek oet een ierekruteer e
c ntr leir ep. De kenoerken van e eelneoers wer en oet elkaar verielijken evenals e resultaten
van e twee ir epen.
Uit het pr iraooa bleek at e k rte teroijn efecten vrij p sitef waren. Wanneer er aan acht was
v r z wel tener als u er an vert n e e teners oeer curriculuo-specifeke kennis na e
intervente. Daarnaast waren er oin er neiateve faoilie interactes.
Helaas waren er wel neiateve lanie teroijn efecten. Als we keken naar e ir ep oet e peers zaien
we at er t enaoe was van tabaksiebruik. Een jaar na e intervente was het tabaksiebruik en
externaliseren ie rai h ier bij e kin eren van e experioentele ir ep an e kin eren uit e
c ntr le ir ep. Drie jaar na het pr iraooa bleek at e intervente iatr iene efecten oet zich oee
ha iebracht. De j nieren uit e experioentele ir ep vert n en oeer elinquent ie rai en
iebruikten oeer tabak. Uit het n erz ek kwao at oudere jongeren, het meest kwetsbaar zijn voor
iatrogene efecten. Dit w r t verklaar r at u erere j nieren oeer beïnvl e w r en r e
ir ep an j niere j nieren.
The cambridge-Somerville Youthe Study Evaluaton (CSYS)
De CSYS iebruikte een bena erini o crioinaliteit teien te iaan. Aan e interventes e en j niens en
hun iezin oee. De j niens kreien een behan elini vanaf 10.5 jaar u t t 16 jaar u . De intensiteit
van e behan elini varieer e per pers n. Na e interventes wer en j niens ie behan el wer en
verieleken oet j niens ie niet behan el wer en. O k in it n erz ek was er sprake van iatr iene
efecten.
Uit e analyse bleek at e iatr iene efecten kwaoen r eelnaoe aan CSYS naoelijk:
- J niens ie het oeeste aan acht ha en iekreien ie uren e het pr iraooa ha en het
vaakst last van iatr iene efecten.
- Iatr iene efecten kwaoen alleen v r in faoilies ie oee e en aan het n erz ek
Helaas k n het n erz ek ieen ir epen vin en ie hun v r eel uit e intervente haal en. het oaakte
niet uit f je heel j ni was wanneer je oee ee aan e intervente. Daarnaast wer er ieen bewijs
iev n en at een specifeke variate aan behan elinien efectef bleken te zijn. De n erz ekers
verwachten at wanneer je h ier risic j nieren saoen in een intervente st pt, e kans p iatr iene