Samenvatting - Aardrijkskunde

Aardrijkskunde
Platentektoniek
1 groot megacontinent: Pangea
BEWIJZEN:
 1 gebergte op 2 continenten
 Kunstlijnen passen als puzzelstukjes in elkaar
 Dezelfde fossielen op verschillende continenten
Beweging platen (motor):
 Zwaartekracht
 Rugduwkracht
 Subductietrekkracht
2 soorten platen:
 Continentale plaat (graniet)  dikker en kleinere massadichtheid dan
oceanische plaat.
 Oceanische plaat (basalt)  dunner en groter massadichtheid dan
continentale plaat.
3 manieren om te bewegen:
Divergent: veroorzaakt lichte aardbevingen, scheuren in de aardkorst, rift of slenk
en platen gaan naar elkaar toe.
Convergent: veroorzaakt zware aardbevingen, plooiingsgebergte en platen gaan
van elkaar weg.
Transform: veroorzaakt zware aardbevingen en scheuren in de aardkorst.
6 mogelijke situaties:
 Divergente platen
(continentale plaat en continentale plaat)
 Divergente platen
(oceanische plaat en oceanische plaat)
 Transforme platen
(continentale plaat en continentale plaat)
 Convergente platen
(oceanische plaat en oceanische plaat)
 Convergente platen
(oceanische plaat en continentale plaat)
 Convergente platen
(continentale plaat en continentalen plaat)
4 HEEL belangrijke situaties:

Divergente plaatbewegingen:
2 oceanische platen die uit elkaar gaan: