Samenvatting Inleiding tot het recht - Luik II (prof. De Boeck)

Recht – Luik II

Inhoudsopgave
Luik 2: Professor De Boeck ...................................................................................................................... 2
1. Algemeen verbintenissenrecht ....................................................................................................... 2
1.1. Verbintenis ............................................................................................................................... 2
1.2. Contracten ................................................................................................................................ 5
1.3. Gewone en ongewone beëindigingsgronden......................................................................... 10
1.4. Bewijs...................................................................................................................................... 11
2. De onrechtmatige daad ................................................................................................................. 12
2.1. Componenten van een onrechtmatige daad ......................................................................... 12
3. Bijzondere overeenkomsten ......................................................................................................... 16
3.1. Koopcontract .......................................................................................................................... 16
3.2. Huurcontract .......................................................................................................................... 19
3.3. Aannemingscontract .............................................................................................................. 23
3.4. Andere benoemde contracten ............................................................................................... 25
4. Goederenrecht en zekerheden ..................................................................................................... 26
4.1. Goederen: soorten & belang .................................................................................................. 26
4.2. Zakelijke rechten .................................................................................................................... 29

, Recht – Luik II

Luik 2: Professor De Boeck
1. Algemeen verbintenissenrecht
Verbintenissen ontstaan uit…
Overeenkomst Onrechtmatige daad (schade berokkenen zonder contract → schadevergoeding)

1.1. Verbintenis
= Afdwingbare juridische band tussen twee of meer personen met prestatieplicht:
→ iets doen, geven of niet doen
≠ overeenkomst (contract)
VOORBEELD contract
Koopcontract (koper-verkoper)
Verkoper: - moet leveren
- moet garantie geven/nakomen
Koper: - moet zaak ontvangen
- moet betalen
 Inspannings - of resultaatsverbintenis2:
1

→ onderscheid en belang voor bewijs, onderscheidend criterium
VOORBEELDEN inspannings-/resultaatverbintenis
Dokter: - diagnose = inspannings
- operatie = resultaats (steriel)
- operatie geslaagd = inspanning
Trouwkleed → beschadigd bij droogkuis
Vrede rechter: inspannings/resultaats?
“insp, want kan niet alles weten + geen etiket”
Advocaat: - zaak onderzoeken = inspanning
- procedure volgen = resultaat
Bij fout advocaat/dokter
Resultaat: - makkelijk te bewijzen
Inspanning: - moeilijk te bewijzen
→ experten nodig




1
Inspanningsverbintenis = je best doen (geen garantie)
2
Resultaatverbintenis = resultaat garanderen

, Recht – Luik II
1.1.1. Modaliteiten van verbintenissen
 Voorwaardelijke verbintenis:
 haar ontstaan (=opschortende vwde)
 of tenietgaan (=ontbindende vwde)
→ is afhankelijk gemaakt van een toekomstige en onzekere gebeurtenis :
 Opschortende voorwaarde:
 Verbintenis bestaat al
→ maar wordt voorlopig niet uitgevoerd
VOORBEELDEN opschortende voorwaarde
Wil droomhuis kopen MAAR geen zekerheid lening
 Sluit koopcontract
 = lening
 = lening deze maand verkrijgen
 Indien geen lening verkregen → vrij (geen schadevergoeding)
Gemeente wil sporthal bouwen MAAR nog geen toestemming hoger niveau
 Sluit contract
 = toestemming
 = toestemming deze maand verkrijgen
 Indien geen lening verkregen → vrij (geen schadevergoeding)

 Ontbindende voorwaarde:
 Verbintenis kan meteen worden uitgevoerd
→ maar haar voortbestaan is precair
VOORBEELDEN ontbindende voorwaarde
Dagbladhandelaar
 Contract = 1000 kranten per dag
 = niet verkochte kranten op einde dag
 = overige kranten worden teruggestuurd
 Krijgt geld terug

 Bij realisatie zal voorwaarde automatisch uitwerking krijgen met terugwerkende kracht
 Verschil toevallige, gemengde, potestatieve voorwaarde.
Art. 1174 BW: zuiver potestatief ad kant vd SA=ongeldig

VOORBEELD toevallige voorwaarde
Vuurwerk nieuwjaar
 Contract sluiten
 Toevallige vwde = weer
 Bij slecht weer → contract geannuleerd
VOORBEELD gemengde voorwaarde
Lening wordt geweigerd door bank
 Gemengde vwde = nagaan waarom ze geweigerd is
VOORBEELD potestatieve voorwaarde
Auto verkopen
 Verkoopcontract sluiten: €20 000
 Potestatieve vwde = wanneer ik wil
 Koper betaald maar krijgt auto pas wanneer verkoper dat wenst
 Tegenpartij is volledig afhankelijk

, Recht – Luik II
 Verbintenis met tijdsbepaling:
 Uitvoering (opschortende) of uitdoving (ontbindende) van verbintenis
 Afhankelijk van toekomstige en zekere (maar niet noodzakelijk al temporeel bepaalde)
gebeurtenis
VOORBEELD toekomstige en zekere gebeurtenis
Auto verkopen
→ wanneer vader overlijdt
 Opschortende tijdsbepaling:
 Verbintenis bestaat MAAR wordt (nog) niet uitgevoerd
VOORBEELD opschortende tijdsbepaling
Contract wordt uitgevoerd op xx/xx/20xx
 Ontbindende tijdsbepaling:
 Verbintenis wordt al uitgevoerd MAAR bij intreden tijdsbepaling dooft ze retroactief uit
VOORBEELD ontbindende tijdsbepaling
Contract eindigt op xx/xx/20xx
 Combinatie: Vaak opschortende en ontbindende tijdsbepaling gecombineerd
VOORBEELD combinatie
Huur appartement aan zee
 Begin huur → opschortende tijdsbepaling
 Einde huur → ontbindende tijdsbepaling

1.1.2. Verbintenissen met meerdere subjecten
 Pluraliteit = meerdere SE tgo één SA of meerdere SA tgo één SE
 regel: splitsing of deelbaarheid van de verbintenis (breukdeel)
 Uitzonderingen: hoofdelijkheid of gehoudenheid “in solidum”
1. Hoofdelijkheid: SE kiest vrij één SA en die moet geheel betalen, met nadien verhaal (regres)
op andere mede-SA. Moet volgen uit de wet/gewoonte/contractuele bepaling.
VOORBEELD hoofdelijkheid
4 studenten huren samen een appartement
 huur wordt door VH gesplitst onder 4H
 MAAR als 1H verdwijnt = verlies huurinkomst
 Dus: Hoofdelijkheid
 1H betaal de huur van alle 4H
 moet zelf € terugvragen aan andere H’s
Koppel koopt huis
 2 kopers
 1 betaald alles
 Moet zelf € terugvragen
2. Ondeelbaarheid
3. In solidum aansprakelijkheid: uitgesproken door de rechter
SE bescherming wanneer meerdere fouten één schade berokkenen
VOORBEELD in solidum
OD: ongeval → slachtoffer
 2 bestuurders verantwoordelijk (beide in fout)
 Rechter: - bestuurder 1 = 1/3 verantwoordelijk
- bestuurder 2 = 2/3 verantwoordelijk
 Één bestuurder betaald alles, geld zelf terugvragen
Gebrekkig gebouw
 Architect ¾, hoofdaannemer ¼
 Één van de twee betaald alles, geld zelf terugvragen

, Recht – Luik II
1.2. Contracten
1.2.1. Definitie en soorten
 Contracten = Verbintenissen uit overeenkomst (definitie in 1101 BW)
 Consensueel of plechtig contract
 (vormvoorwaarden voor geldigheid, niet voor bewijs)
 Eenzijdig (= optie of contractbelofte) of wederkerig contract
1. Consensus (zaak en prijs)
2. Compromis opstellen
(bewijsmatig: onderhandse akte, geschreven overeenkomst)
3. Notaris: vertalen naar een notariële akte
(authentieke akte)
(bevat afspraken, consensuele overeenkomst)
4. Kopie naar de hypoheekbewaarder
 Om niet (schenking) of ten bezwarende titel
 Schenking moet aanvaard worden
 Contracten intuitu personae
 Persoon die contract uitvoert is belangrijk/onvervangbaar
 Bv. dokter, advocaat, strafpleiter…
 Dus: uitvoerder prestatie staat vast, indien overleiden wordt contract nietig
 Benoemde en onbenoemde contracten
 Benoemd = reglementering in wetgeving
 Bv. koop, huur, ruil, verzekering…
 Niet-benoemd bv verhuis

1.2.2. Contractsluiting
 Contract = aanbod + aanvaarding
 Aanbod (minimuminhoud, onvoorwaardelijk, precies). Verschil met vrijblijvend voorstel
(onderhandelen). Aanbod is bindend!
 Aanvaarding: onvoorwaardelijk “ja”
VOORBEELD contractsluitingen
Supermarkt
 Aanbod: fles water €2
 Aanvaarding: kopen
Immoweb huis verkopen
 Aanbod: details, foto’s, vraagprijs
 Aanvaarding: eerste persoon die koopt
Bestelbon auto
 Aanbod: kleur nog overeen te komen
 Aanvaarding: onuitvoerbaar