DEEL 1: Het systeem van dubbel boekhouden
Wat is boekhouden?
Systematisch registreren wat er in een onderneming gebeurt
Aan de hand van bewijsstukken
Op basis van de opgelegde wetgeving
Getrouw beeld van de vermogen & resultaat vormen.
H1: De balans + H2: de balansrekening + H3: de resultatenrekening
1
, Opdeling T-rekeningen
Wordt tijdens het jaar gebruikt als een kleinere balans
+ KOSTEN + OPBRENGSTEN
Rekeningen: Rekeningen:
- 2 -1
- 3 -4
- 4
- 5
Btw op verkoop: passief
Btw op aankoop: actief
Bij elke boeking: DEBET = CREDIT
- Bedrijfsactiviteit:
Verkopen HG: bedrijfsopbrengsten
Aankopen HG: bedrijfskosten
- Financiële activiteit:
Geld plaatsen: intrest ontvangen financiële opbrengst
Geld lenen: intrest betalen financiële kost
- Niet recurrente kosten en opbrengsten (zowel bedr als finan)
2
, = niet vaak voorkomend
Bv.: bedrag gewonnen (niet-recurr financ opbr) – kost aan een gebouw (niet-
recurr financ kost)
- Kost ≠ uitgave
Kost: factuur van Telenet
Uitgave: wanneer deze factuur betaald wordt
- Opbrengst (omzet) ≠ ontvangsten
Opbrengst: rekening aan klant
Ontvangst: pas als de klant betaald heef
De resultatenrekening
3