Farmacologie – nefrologie: (5 EX vragen)
Inleiding:
Nefrologie = medische discipline die nierziekten behandelt
Nierziekten <> link met nierinsufficiëntie
Epidemiologie:
à prevalentie van chronische nierinsufficiëntie (CNI) ongeveer 13%
ð 10% bij mannen en 16% bij vrouwen -> vrouwen gevoeliger voor UWI -> kan leiden tot nierinsufficiëntie
ð De nierfunctie neemt af bij stijgende leeftijd: bij 2/3 van de 65-plussers is er een verminderde nierfunctie.
Normale nierfuncties:
Resorptie en excretie
Urinair stelsel vervult levensnoodzakelijke functies:
à Regelen bloedvolume en bloeddruk
à Aanmaak EPO en Renine
à Plasmaconcentratie ionen
à Voedingsstoffen behouden (vb. glucose)
à Organische afvalstoffen uitscheiden (vb. ureum, creatinine, urinezuur)
Glomulaire filtratie:
à (Systemische) BD ↓à glomerulaire hydrostatische druk PGC ↓
à auto-regulatiemechanismen:
ð Renine-angiotensine-aldosteronsysteem: hormonen die zorgen voor afferente of efferentie vasoconstrictie is
o Bloedvaten gaan in kapsel van bowman
o RR stijgt of zakt: bloed zal met hogere of lagere druk passeren aan kapsel van bowman
§ Hogere druk: meer afvalstoffen en vocht gaat via kapsel van bowman -> kan leiden tot
ziekten -> lichaam zal druk proberen constant houden -> via RAAS systeem: H die zorgen
voor vasoconstrictie of vasodilatatie plaatsvindt.
ð Prostaglandine-systeem
ð à afferente vasodilatatie + efferente vasoconstrictie
1
, Regeling GFR: RAAS
Resorptie en excretie:
à Resorptie van water, ionen, plasma-eiwitten, voedingsstoffen
à Water volgt naar interstitiële ruimte
à Excretie van afvalstoffen, geneesmiddelen
à Secretie renine en erythropiëtine (EPO)
à Regelen bloedvolume en bloeddruk
à Plasmaconcentratie ionen
à pH van het bloed stabiel houden (H+ en HCO3-)
à Voedingsstoffen behouden (vb. glucose)
à Organische afvalstoffen uitscheiden (vb. ureum, creatinine, urinezuur)
Verstoring vd functies:
Leidt tot:
ð Verstoring van waterhuishouding: bloedvolume en bloeddruk
ð Verstoring van aanmaak rode bloedcellen: anemie
ð Verstoring van ionenconcentraties: te veel kalium, te weinig natrium, acidose (verzuring)
ð Verlies van glucose en proteïnen
ð Verminderde uitscheiding afvalstoffen en opstapeling
Chronische nierinsufficiëntie: definitie
= ‘structurele of functionele nierschade die 3 maanden of langer bestaat’ (EXAMENVRAAG!!!)
à nierschade vastgesteld d.m.v. functionele onderzoeken:
ð albuminurie,
ð afwijkende erythrocyten bij sediment,
ð elektrolytenafwijkingen
en/of o.b.v. structurele vaststellingen:
ð afwijkingen bij beeldvorming
ð of nierbiopsie (histologie)
2
Inleiding:
Nefrologie = medische discipline die nierziekten behandelt
Nierziekten <> link met nierinsufficiëntie
Epidemiologie:
à prevalentie van chronische nierinsufficiëntie (CNI) ongeveer 13%
ð 10% bij mannen en 16% bij vrouwen -> vrouwen gevoeliger voor UWI -> kan leiden tot nierinsufficiëntie
ð De nierfunctie neemt af bij stijgende leeftijd: bij 2/3 van de 65-plussers is er een verminderde nierfunctie.
Normale nierfuncties:
Resorptie en excretie
Urinair stelsel vervult levensnoodzakelijke functies:
à Regelen bloedvolume en bloeddruk
à Aanmaak EPO en Renine
à Plasmaconcentratie ionen
à Voedingsstoffen behouden (vb. glucose)
à Organische afvalstoffen uitscheiden (vb. ureum, creatinine, urinezuur)
Glomulaire filtratie:
à (Systemische) BD ↓à glomerulaire hydrostatische druk PGC ↓
à auto-regulatiemechanismen:
ð Renine-angiotensine-aldosteronsysteem: hormonen die zorgen voor afferente of efferentie vasoconstrictie is
o Bloedvaten gaan in kapsel van bowman
o RR stijgt of zakt: bloed zal met hogere of lagere druk passeren aan kapsel van bowman
§ Hogere druk: meer afvalstoffen en vocht gaat via kapsel van bowman -> kan leiden tot
ziekten -> lichaam zal druk proberen constant houden -> via RAAS systeem: H die zorgen
voor vasoconstrictie of vasodilatatie plaatsvindt.
ð Prostaglandine-systeem
ð à afferente vasodilatatie + efferente vasoconstrictie
1
, Regeling GFR: RAAS
Resorptie en excretie:
à Resorptie van water, ionen, plasma-eiwitten, voedingsstoffen
à Water volgt naar interstitiële ruimte
à Excretie van afvalstoffen, geneesmiddelen
à Secretie renine en erythropiëtine (EPO)
à Regelen bloedvolume en bloeddruk
à Plasmaconcentratie ionen
à pH van het bloed stabiel houden (H+ en HCO3-)
à Voedingsstoffen behouden (vb. glucose)
à Organische afvalstoffen uitscheiden (vb. ureum, creatinine, urinezuur)
Verstoring vd functies:
Leidt tot:
ð Verstoring van waterhuishouding: bloedvolume en bloeddruk
ð Verstoring van aanmaak rode bloedcellen: anemie
ð Verstoring van ionenconcentraties: te veel kalium, te weinig natrium, acidose (verzuring)
ð Verlies van glucose en proteïnen
ð Verminderde uitscheiding afvalstoffen en opstapeling
Chronische nierinsufficiëntie: definitie
= ‘structurele of functionele nierschade die 3 maanden of langer bestaat’ (EXAMENVRAAG!!!)
à nierschade vastgesteld d.m.v. functionele onderzoeken:
ð albuminurie,
ð afwijkende erythrocyten bij sediment,
ð elektrolytenafwijkingen
en/of o.b.v. structurele vaststellingen:
ð afwijkingen bij beeldvorming
ð of nierbiopsie (histologie)
2