1 Medische microbiologie
1.1 Terrein van de medische microbiologie
Wat? = onderdeel v/d microbiologie
Mens : Heeft verschillende microbiologische aspecten
1. Commensalen
2. Specifieke of toevallige pathogenen
3. Transiënte omgevingsflora
Huid & slijmvliezen : Permanente kolonisatie
Normale omstandigheden : Voor geboorte
Geen contact m/ m.o.
: Vanaf geboorte
Progressief contact m/ m.o.
Commensalen = blijvende flora
= leven van onze afval producten --> mee-eters
- Leven op huid + slijmvliezen + niet schadelijk
- Past zich aan levensomstandigheden
: Hvlhd commensalen onder controle houden door…
- Binnendringen huid
Mechanische barrière + aanwezigheid vetzuren
- Binnendringen via slijmvliezen
Slijmproductie, A.L. + lysozyme
- Bij beschadiging weefsels
Fagocytose
: Dynamisch evenwicht tss verschillende commensalen
- Beletten koloniastie nieuwe soorten
= kolonisatieresistentie
Transiënte flora = tijdelijke flora
= omgevingsorganen die regelmatig te vinden zijn
- In darm, orofarynx + huid
- Krijgen geen kans om zich te vestigen + vermenigvuldigen
Pathogenen = schadelijk bacterien
- Produceren toxines, dring door in weefsel + bloedbaan
- Vernietigen weefselcellen + putten energiereserves uit
= ZIEK
Beschikken virulentie-factoren
- Bvb. Toxiciteit, kapselvorming, …
: Soorten pathogenen
1. Strikt menselijk
Mens als enige gastheer
2. Gemeenschappelijk
Vr diverse diersoorten
3. Mens als toevallige gastheer
1
, Oppurtunistche pathogenen = normaal onschadelijk, maar wel als gastheer verzwakt is
: Onschadelijk
Niet in staat om binnen te dringen + kunnen niet vestigen +
vermenigvuldigen
Produceren geen toxines
: Verzwakte gastheer
Bij ondervoeding, medicatie, …
Doorbreken slijmvliezen + epitheelbarrière
1.2 Soorten pathogene m.o.
Oorzaak infecties
- Zal er zelf van genezen
1ste oorzaak Virussen - Geen medicatie tegen
- Sommige genzen spontaan
2de oorzaak Bacterien - Sommige zijn levensbedreigend --> AB
nodig
- Veroorzaken lokale infecties
3de oorzaak Schimmels + gisten
- Frequenter geworden dr gebruik v/ AB
- Zowel ééncellig (protozoa) als
4de oorzaak Parasieten meercellig (wormen)
- Eerder in ontwikkelingslanden
2 Pathologische specimens
Wat ? = geschikte specimens nodig vr/h opsporen v/ infecties
Juiste staalname cruciaal vr identificatie + bijbesmettingen vermijden
2.1 Identificatie
Aanvraagformulier : Moet duidelijk identificeerbaar zijn
1. Naam + voornaam v/d patiënt
2. Geboortedatum
3. Gehospitaliseerde patient – eenheid, afdeling, …
4. Aanvragen arts
5. Soort specimen – datum + uur
6. Gevraag onderzoeken
7. Vermoedelijke diagnosis + relevante klinische info
8. Gebruikte antimicrobiele geneesmiddelen
Relevante info : Tijdstip aankomst labo
- Soms heeft een tijdverschil een groot invloed
- Bij commensalen – soms kunnen pathogenen overgroeien
- Niet meer bruikbaar
2.2 Transportmateriaal
2.2.1 Wattendrager (keelwisser, wisser)
Wat ? = houten of plastic staafje m/e cellulosepropje
: Gebruik metalendraad m/ klein propje --> vr fijn gebruik
- Urethrale secreties of masofaryngaele afname
2
1.1 Terrein van de medische microbiologie
Wat? = onderdeel v/d microbiologie
Mens : Heeft verschillende microbiologische aspecten
1. Commensalen
2. Specifieke of toevallige pathogenen
3. Transiënte omgevingsflora
Huid & slijmvliezen : Permanente kolonisatie
Normale omstandigheden : Voor geboorte
Geen contact m/ m.o.
: Vanaf geboorte
Progressief contact m/ m.o.
Commensalen = blijvende flora
= leven van onze afval producten --> mee-eters
- Leven op huid + slijmvliezen + niet schadelijk
- Past zich aan levensomstandigheden
: Hvlhd commensalen onder controle houden door…
- Binnendringen huid
Mechanische barrière + aanwezigheid vetzuren
- Binnendringen via slijmvliezen
Slijmproductie, A.L. + lysozyme
- Bij beschadiging weefsels
Fagocytose
: Dynamisch evenwicht tss verschillende commensalen
- Beletten koloniastie nieuwe soorten
= kolonisatieresistentie
Transiënte flora = tijdelijke flora
= omgevingsorganen die regelmatig te vinden zijn
- In darm, orofarynx + huid
- Krijgen geen kans om zich te vestigen + vermenigvuldigen
Pathogenen = schadelijk bacterien
- Produceren toxines, dring door in weefsel + bloedbaan
- Vernietigen weefselcellen + putten energiereserves uit
= ZIEK
Beschikken virulentie-factoren
- Bvb. Toxiciteit, kapselvorming, …
: Soorten pathogenen
1. Strikt menselijk
Mens als enige gastheer
2. Gemeenschappelijk
Vr diverse diersoorten
3. Mens als toevallige gastheer
1
, Oppurtunistche pathogenen = normaal onschadelijk, maar wel als gastheer verzwakt is
: Onschadelijk
Niet in staat om binnen te dringen + kunnen niet vestigen +
vermenigvuldigen
Produceren geen toxines
: Verzwakte gastheer
Bij ondervoeding, medicatie, …
Doorbreken slijmvliezen + epitheelbarrière
1.2 Soorten pathogene m.o.
Oorzaak infecties
- Zal er zelf van genezen
1ste oorzaak Virussen - Geen medicatie tegen
- Sommige genzen spontaan
2de oorzaak Bacterien - Sommige zijn levensbedreigend --> AB
nodig
- Veroorzaken lokale infecties
3de oorzaak Schimmels + gisten
- Frequenter geworden dr gebruik v/ AB
- Zowel ééncellig (protozoa) als
4de oorzaak Parasieten meercellig (wormen)
- Eerder in ontwikkelingslanden
2 Pathologische specimens
Wat ? = geschikte specimens nodig vr/h opsporen v/ infecties
Juiste staalname cruciaal vr identificatie + bijbesmettingen vermijden
2.1 Identificatie
Aanvraagformulier : Moet duidelijk identificeerbaar zijn
1. Naam + voornaam v/d patiënt
2. Geboortedatum
3. Gehospitaliseerde patient – eenheid, afdeling, …
4. Aanvragen arts
5. Soort specimen – datum + uur
6. Gevraag onderzoeken
7. Vermoedelijke diagnosis + relevante klinische info
8. Gebruikte antimicrobiele geneesmiddelen
Relevante info : Tijdstip aankomst labo
- Soms heeft een tijdverschil een groot invloed
- Bij commensalen – soms kunnen pathogenen overgroeien
- Niet meer bruikbaar
2.2 Transportmateriaal
2.2.1 Wattendrager (keelwisser, wisser)
Wat ? = houten of plastic staafje m/e cellulosepropje
: Gebruik metalendraad m/ klein propje --> vr fijn gebruik
- Urethrale secreties of masofaryngaele afname
2