Histologie
Samenvatting: Bindweefsel
Bindweefsel = de extracellulaire matrix is het voornaamste component, en wordt door steuncellen
gesecreteerd.
Er zijn vijf soorten steuncellen:
- Fibroblasten
- Chondroblasten
- Osteoblast
- Adipocyt
De extracellulaire matrix
Wordt door steuncellen gesecreteerd.
Voorname structuren:
- Glycosaminoglycagen (GAG’s)
= polysachariden opgebouwd uit disacharide. Kunnen aan proteïnen binden en
proteoglycanen vormen. (bv hyaluronzuur)
- Fibrillaire proteïnen
o Collageen
o Elastine
o Fibrilline
o Fibronectine
- (klein beetje structurele glycoproteïnen)
Fibrilaire proteïnen
Collageen
Verschillende soorten komen voor, niet perse allemaal fibrilair.
Type I - Fibrillair
- Kan vooral tegen trekkracht
Type II - Fibrillair
- In elastisch en hyaline kraakbeen
Type III - Reticuline is hieruit opgebouwd
- Fibrillair
- In wanden van het bloedvaten,
lymfoïde organen en de lever.
Type IV - In basaal membraam en exerne lamina
Type V - Fibrillair
- Gladde spiercellen
Type VII - Vormen bepaalde ankerproteïnen in
het basaal membraam
Samenvatting: Bindweefsel
Bindweefsel = de extracellulaire matrix is het voornaamste component, en wordt door steuncellen
gesecreteerd.
Er zijn vijf soorten steuncellen:
- Fibroblasten
- Chondroblasten
- Osteoblast
- Adipocyt
De extracellulaire matrix
Wordt door steuncellen gesecreteerd.
Voorname structuren:
- Glycosaminoglycagen (GAG’s)
= polysachariden opgebouwd uit disacharide. Kunnen aan proteïnen binden en
proteoglycanen vormen. (bv hyaluronzuur)
- Fibrillaire proteïnen
o Collageen
o Elastine
o Fibrilline
o Fibronectine
- (klein beetje structurele glycoproteïnen)
Fibrilaire proteïnen
Collageen
Verschillende soorten komen voor, niet perse allemaal fibrilair.
Type I - Fibrillair
- Kan vooral tegen trekkracht
Type II - Fibrillair
- In elastisch en hyaline kraakbeen
Type III - Reticuline is hieruit opgebouwd
- Fibrillair
- In wanden van het bloedvaten,
lymfoïde organen en de lever.
Type IV - In basaal membraam en exerne lamina
Type V - Fibrillair
- Gladde spiercellen
Type VII - Vormen bepaalde ankerproteïnen in
het basaal membraam