I see, I see, what you don’t see.
Leerdoelen
- Hoe ziet de stoornis Schizofrenie er uit?
Boeken: Butcher
Geschiedenis van schizofrenie:
Schizofrenie komt voor in mensen vanuit alle culturen en in alle socio-economische klassen.
Het wordt gekarakteriseerd door diverse symptomen waaronder extreme eigenaardigheden in
perceptie, denken, actie, gevoel van eigenwaarde en de manier waarop schizofrenen zichzelf
in verband brengen met anderen. Het meest specifieke symptoom is een significant verlies
van contact met de realiteit, ook wel psychoses genoemd.
John Haslam kwam voor het eerst met de beschrijving van schizofrenie in 1810. Later kwam
ook een Belgische psychiater, Benedict Morel met een case dat leek op schizofrenie. Hij
noemde het démence précose (als dementie, maar dan op jongere leeftijd, dit omdat de jongen
eerst een sterpupil was en daarna achteruit ging en alles leek te zijn vergeten). De eerste man
die schizofrenie beschreef zoals wij het nu kennen, is de Duitser, Emil Kraepelin. Hij
gebruikte de Latijnse naam voor Morel’s term dementia praecox. De Zwitserse psychiater
Eugen Bleuler kwam uiteindelijk met de term schizofrenie (wat uit het Grieks komt en split of
cracked mind betekend). Dit verwijst niet naar meerdere persoonlijkheden -een veel gemaakte
misconceptie- maar naar wat hij zag als een disorganisatie van gedachtenprocessen waarbij er
een gebrek is aan een samenhang tussen gedachten en emotie en een innerlijke oriëntatie die
weg of los staat van de werkelijkheid.
Epidemiologie:
De life-time prevalentie voor schizofrenie is 0.7%. Dit betekend dat ongeveer 1 op de 140
mensen deze stoornis hebben. Schizofrenie komt bij bepaalde mensen vaker voor, bijv. bij
kinderen van ouders waarbij ten minste één van de ouders de stoornis ook heeft, en ook bij
kinderen waarbij de vader, des tijds van de geboorte, ouder was dan 45-50. Deze laatsten
hebben twee tot drie keer zo veel kans op het ontwikkelen van schizofrenie. Ook kinderen van
ouders die werken bij een was-en-droog winkel hebben meer kans op schizofrenie. Daarnaast
hebben ook mensen met een Afro-Carribean achtergrond, of mensen die in de U.K. wonen
meer kans op het ontwikkelen van de stoornis.
De meeste gevallen van schizofrenie beginnen zich te ontwikkelen in de late adolescentie of
aan het begin van de volwassenheid, tussen 18 en 30 jaar (dit is de piek voor time of onset).
Schizofrenie bij kinderen komt zelden voor. Ook dat het later ontstaat komt niet vaak voor.
Mannen ontwikkelen schizofrenie vaak tussen 20-24 jaar. Voor vrouwen geldt hetzelfde, maar
voor vrouwen is die piek minder opvallend en niet altijd heel duidelijk. Ook is er bij vrouwen
een tweede piek rond 40 jaar. Mannen hebben vaak een hevigere vorm van schizofrenie;
schizofrenie gerelateerde abnormaalheden zijn groter in de breinstructuren van mannen.
Sowieso komt schizofrenie vaker voor bij mannen dan bij vrouwen (voor elke drie mannen
1