Actoren Supermarkten, boeren, overheden,
consumenten, milieuorganisaties, die allemaal
hun specifieke rol in voedselproductie spelen
Agri-business Multinationals die wereldwijd de gehele
agrarische productieketen beheersen,
inclusief transport, handel en verkoop aan de
consument
Amerikanisering De verbreiding van de Amerikaanse
(westerse) cultuur over niet-westerse
gebieden
Biologische landbouw Werkt zonder chemische bestrijdingsmiddelen
en kunstmest
Concurrentie De strijd tussen bedrijven om de afzetmarkt
De-industrialisatie Proces waarbij de industriële activiteiten in
een gebied voor een belangrijk deel
verdwijnen.
Dekolonisatie Proces waarbij de kolonies zelfstandig
worden.
Diversificatie De boer verdient naast de landbouw ook geld
aan toerisme, recreatie, zorg of natuur
Exploitatiekolonie De kolonie wordt door het moederland aan
de ene kant gebruikt om grondstoffen te
leveren en dient aan de andere kant als
afzetmarkt voor de producten van het
moederland.
Global shift Een verschuiving van het economische en
politieke zwaartepunt in de wereld
Globalisering/mondialisering Proces waarbij de verwevenheid tussen
gebieden en samenlevingen op aarde
toeneemt.
Grondgebonden landbouw Landbouw die afhankelijk is van het land voor
de teelt van (voeder)gewassen, weidegang of
mestafzet.
Industrialisatie Proces waarbij de industriële sector een
steeds belangrijkere plaats in de samenleving
inneemt.
Informatietechnologie/communicatietechnologie Alle technieken die het mogelijk maken
informatie van het ene punt naar het andere
punt te verspreiden.
Inkomenssubsidie Een bedrag per hectare voor boeren die
duurzaam en verantwoord werken, omdat dit
minder oplevert.
Intensivering Hierbij probeert de boer een grotere
opbrengst per hectare, per dier en per
arbeider te behalen. Vaak is schaalvergroting
het gevolg.
Lingua franca De voertaal in een gebied waar meerdere
talen gesproken worden.
Megastad Een stad met meer dan tien miljoen inwoners
Multinationale onderneming (mno) Groot bedrijf met vestigingen in meerdere
landen.
consumenten, milieuorganisaties, die allemaal
hun specifieke rol in voedselproductie spelen
Agri-business Multinationals die wereldwijd de gehele
agrarische productieketen beheersen,
inclusief transport, handel en verkoop aan de
consument
Amerikanisering De verbreiding van de Amerikaanse
(westerse) cultuur over niet-westerse
gebieden
Biologische landbouw Werkt zonder chemische bestrijdingsmiddelen
en kunstmest
Concurrentie De strijd tussen bedrijven om de afzetmarkt
De-industrialisatie Proces waarbij de industriële activiteiten in
een gebied voor een belangrijk deel
verdwijnen.
Dekolonisatie Proces waarbij de kolonies zelfstandig
worden.
Diversificatie De boer verdient naast de landbouw ook geld
aan toerisme, recreatie, zorg of natuur
Exploitatiekolonie De kolonie wordt door het moederland aan
de ene kant gebruikt om grondstoffen te
leveren en dient aan de andere kant als
afzetmarkt voor de producten van het
moederland.
Global shift Een verschuiving van het economische en
politieke zwaartepunt in de wereld
Globalisering/mondialisering Proces waarbij de verwevenheid tussen
gebieden en samenlevingen op aarde
toeneemt.
Grondgebonden landbouw Landbouw die afhankelijk is van het land voor
de teelt van (voeder)gewassen, weidegang of
mestafzet.
Industrialisatie Proces waarbij de industriële sector een
steeds belangrijkere plaats in de samenleving
inneemt.
Informatietechnologie/communicatietechnologie Alle technieken die het mogelijk maken
informatie van het ene punt naar het andere
punt te verspreiden.
Inkomenssubsidie Een bedrag per hectare voor boeren die
duurzaam en verantwoord werken, omdat dit
minder oplevert.
Intensivering Hierbij probeert de boer een grotere
opbrengst per hectare, per dier en per
arbeider te behalen. Vaak is schaalvergroting
het gevolg.
Lingua franca De voertaal in een gebied waar meerdere
talen gesproken worden.
Megastad Een stad met meer dan tien miljoen inwoners
Multinationale onderneming (mno) Groot bedrijf met vestigingen in meerdere
landen.