Logistiek uitdieping:
samenvatting
H1: Inleiding
Flowchart= schematische voorstelling v/e proces
↳ Wordt gebruikt om fouten i/h proces te vinden
Supply chain= netwerk van organisaties, mensen en activiteiten dat ervoor zorgt dat een
product of dienst bij de klant komt. (Leverancier tot klant)
↳ het netwerk voegt waarde toe aan het product
Soorten SC:
1. SCOR (Supply Chain Operations Reference model)
2. Behoeftestroom
Belangrijkste EU havens opzoeken! (ppt 1 S28-29, 33-37):
1. Antwerpen
2. Rotterdam
3. Hamburg
Zelfde voor HVA
3 grootste verschillen HVA + HVROT
HVA HVROT
Vervoert meer stukgoed Vervoert meer containers
Vervoert meer auto’s Vervoert meer massagoed
Vervoert meer nat massagoed
Weten grootste luchthavens (Frankfurt, Charles de Gaulle, Amsterdam)
Vervoerssector strategisch voor EU economie:
- Vervoersdiensten zorgen voor toegevoegde waarde
- Creëert veel banen
- Sector heeft directe invloed op dagelijks leven in EU
, - Zorgt voor de stroom van goederen (zowel consument als
fabrikant)
HVA:
- 2e grootste zeehaven (ROT = 1)
- Frans hinterland wordt bediend via A’pen
- = containerhaven
- Sluizen kennen
- Belangrijkste industrieën HVA:
o Petrochemie
o Containerafhandeling
o Stukgoed
o Bulk
Trans- Europees vervoersnetwerk = treinsporen, wegvervoer en binnenvaart zijn verdeeld
over heel EU zodat alles bereikbaar is + zijn geconnecteerd met elkaar. (Toegankelijkheid en
connectiviteit)
Intermodaal vervoer= verschillende vervoersmodi gebruiken (laadeenheid verplaatsen,
blijft hetzelfde)
Multimodaal vervoer= verschillende vervoersmodi gebruiken (laadeenheid uitladen,
verandert)
Belangrijkste kanalen:
o Albertkanaal: Luik
o Zeekanaal Brussel
o Schelde- Rijnkanaal: Rotterdam
H2: Logistieke deelgebieden
3 transportstappen (= logistieke keten) <-> Deelgebieden (= productieketen)
Voortransport (E) Aankooplogistiek
Hoofdtransport (C) Productielogistiek
Natransport (D) Distributielogistiek
Retourlogistiek
Elk deelgebied heeft voor-hoofd- en natransport
↳ per transportstap, 6 vervoersmodi
↳ kunnen grondstof of halffabricaten vervoeren
↳ kan gas, vloeibaar of vast zijn
Matrixstructuur= elke transportstap kan toegepast worden in de deelgebieden in elke
fysische toestand.
Maxistructuur:
Vb: Aanvoer logistiek
↳ Voor
↳ Hoofd
↳ Na
↳ 6 vervoersmodi
↳Halffab.
↳ Grondst.
↳ gas
↳ Vast
↳ Vloeibaar
samenvatting
H1: Inleiding
Flowchart= schematische voorstelling v/e proces
↳ Wordt gebruikt om fouten i/h proces te vinden
Supply chain= netwerk van organisaties, mensen en activiteiten dat ervoor zorgt dat een
product of dienst bij de klant komt. (Leverancier tot klant)
↳ het netwerk voegt waarde toe aan het product
Soorten SC:
1. SCOR (Supply Chain Operations Reference model)
2. Behoeftestroom
Belangrijkste EU havens opzoeken! (ppt 1 S28-29, 33-37):
1. Antwerpen
2. Rotterdam
3. Hamburg
Zelfde voor HVA
3 grootste verschillen HVA + HVROT
HVA HVROT
Vervoert meer stukgoed Vervoert meer containers
Vervoert meer auto’s Vervoert meer massagoed
Vervoert meer nat massagoed
Weten grootste luchthavens (Frankfurt, Charles de Gaulle, Amsterdam)
Vervoerssector strategisch voor EU economie:
- Vervoersdiensten zorgen voor toegevoegde waarde
- Creëert veel banen
- Sector heeft directe invloed op dagelijks leven in EU
, - Zorgt voor de stroom van goederen (zowel consument als
fabrikant)
HVA:
- 2e grootste zeehaven (ROT = 1)
- Frans hinterland wordt bediend via A’pen
- = containerhaven
- Sluizen kennen
- Belangrijkste industrieën HVA:
o Petrochemie
o Containerafhandeling
o Stukgoed
o Bulk
Trans- Europees vervoersnetwerk = treinsporen, wegvervoer en binnenvaart zijn verdeeld
over heel EU zodat alles bereikbaar is + zijn geconnecteerd met elkaar. (Toegankelijkheid en
connectiviteit)
Intermodaal vervoer= verschillende vervoersmodi gebruiken (laadeenheid verplaatsen,
blijft hetzelfde)
Multimodaal vervoer= verschillende vervoersmodi gebruiken (laadeenheid uitladen,
verandert)
Belangrijkste kanalen:
o Albertkanaal: Luik
o Zeekanaal Brussel
o Schelde- Rijnkanaal: Rotterdam
H2: Logistieke deelgebieden
3 transportstappen (= logistieke keten) <-> Deelgebieden (= productieketen)
Voortransport (E) Aankooplogistiek
Hoofdtransport (C) Productielogistiek
Natransport (D) Distributielogistiek
Retourlogistiek
Elk deelgebied heeft voor-hoofd- en natransport
↳ per transportstap, 6 vervoersmodi
↳ kunnen grondstof of halffabricaten vervoeren
↳ kan gas, vloeibaar of vast zijn
Matrixstructuur= elke transportstap kan toegepast worden in de deelgebieden in elke
fysische toestand.
Maxistructuur:
Vb: Aanvoer logistiek
↳ Voor
↳ Hoofd
↳ Na
↳ 6 vervoersmodi
↳Halffab.
↳ Grondst.
↳ gas
↳ Vast
↳ Vloeibaar