Hoofdstuk 1: Ruimtelijke ordening
1. Ruimtelijke structuur
1.1 Morfologische structuur
= voorkomen van bebouwing zichtbaar in de ruimte
1. Morfologie
-> verspreide bebouwing, lintbebouwing of geconcentreerde bebouwing
2. Bebouwde kern
-> geconcentreerde bebouwing
-> type kernen
1. Plattelands bebouwde kern
= kern is klein met overwegend bewoning bv. Kruishoutem
2. Stedelijk bebouwde kern
= uitgestrekte kern met handelswijken en woonwijken (weinig open ruimte) bv. Gent
3. Verstedelijkte bebouwde kern
= tussenvorm met klein centrum bv. Evergem
3. Type
-> halfopen, gesloten, open of appartement
1.2 Functionele structuur
= voorkomen van verschillende types/functies gebouwen
1. Functie
-> wonen, werken, handel, recreatie, onderwijs, zorgsector, …
2. Hiërarchisch niveau
=> hoe groter het centrum hoe meer functies en hoe gespecialiseerder
,-> alleen benamingen in eerste kolom kennen
2. Stadsgewesten
= Steden zijn uit hun gemeentegrenzen gegroeid door verstedelingsprocessen
, 3. Verstedelingsprocessen
4. Verstedelingsprocessen - Problemen
Stadsvlucht gestopt of nog steeds bezig?
Interne migratie= migratie tussen Belgische gemeentes
Externe migratie= migratie naar of van het buitenland
-> Migratiesaldo= immigratie - emigratie
(immigratie: ergens naartoe komen, emigratie: ergens van weggaan)
Grafieken interpreteren:
• Interne migratie is negatief= veel mensen vluchten uit Gent naar een andere stad
• Interne migratie is positief= veel mensen gaan van een andere stad naar Gent
• Externe migratie is negatief= veel mensen uit Gent gaan naar een ander land
• Externe migratie is positief= veel mensen vluchten uit een ander land naar Gent
Problemen in het kort:
1. Sociale tegenstellingen in de kernstad (verwaarloosde huizen)
2. Financiële problemen (werkloosheid en hoge kosten)
3. Grote sociale tegenstellingen tussen kernstad en banlieue
4. Stadsvlucht kost geld (rioleringen aanleggen voor verdere huizen)
5. Mobiliteitsproblemen (pendelaars, tewerkstelling aglomeratie en schoolpendel)
6. Lintbebouwing en versnippering in de banlieue en forensenwoonzone
1. Ruimtelijke structuur
1.1 Morfologische structuur
= voorkomen van bebouwing zichtbaar in de ruimte
1. Morfologie
-> verspreide bebouwing, lintbebouwing of geconcentreerde bebouwing
2. Bebouwde kern
-> geconcentreerde bebouwing
-> type kernen
1. Plattelands bebouwde kern
= kern is klein met overwegend bewoning bv. Kruishoutem
2. Stedelijk bebouwde kern
= uitgestrekte kern met handelswijken en woonwijken (weinig open ruimte) bv. Gent
3. Verstedelijkte bebouwde kern
= tussenvorm met klein centrum bv. Evergem
3. Type
-> halfopen, gesloten, open of appartement
1.2 Functionele structuur
= voorkomen van verschillende types/functies gebouwen
1. Functie
-> wonen, werken, handel, recreatie, onderwijs, zorgsector, …
2. Hiërarchisch niveau
=> hoe groter het centrum hoe meer functies en hoe gespecialiseerder
,-> alleen benamingen in eerste kolom kennen
2. Stadsgewesten
= Steden zijn uit hun gemeentegrenzen gegroeid door verstedelingsprocessen
, 3. Verstedelingsprocessen
4. Verstedelingsprocessen - Problemen
Stadsvlucht gestopt of nog steeds bezig?
Interne migratie= migratie tussen Belgische gemeentes
Externe migratie= migratie naar of van het buitenland
-> Migratiesaldo= immigratie - emigratie
(immigratie: ergens naartoe komen, emigratie: ergens van weggaan)
Grafieken interpreteren:
• Interne migratie is negatief= veel mensen vluchten uit Gent naar een andere stad
• Interne migratie is positief= veel mensen gaan van een andere stad naar Gent
• Externe migratie is negatief= veel mensen uit Gent gaan naar een ander land
• Externe migratie is positief= veel mensen vluchten uit een ander land naar Gent
Problemen in het kort:
1. Sociale tegenstellingen in de kernstad (verwaarloosde huizen)
2. Financiële problemen (werkloosheid en hoge kosten)
3. Grote sociale tegenstellingen tussen kernstad en banlieue
4. Stadsvlucht kost geld (rioleringen aanleggen voor verdere huizen)
5. Mobiliteitsproblemen (pendelaars, tewerkstelling aglomeratie en schoolpendel)
6. Lintbebouwing en versnippering in de banlieue en forensenwoonzone