4: INFORMATIEBRONNEN BIJ DE OPBOUW VH
1: INLEIDING “human dilemma” subject (IK) & object (MIJ)
ZELFBEELD
2 belangrijke fenomenen:
- Vermogen tot zelfreflectie 6 fenomenologische zelfconstructies - Introspectie
- Zelf w- door sociale factoren 1. Zelf-beeld “wie ben ik?” persoonskenmerken & condities - Percepties v ons eigen gedrag
beïnvloedt 2. Ideaal-zelf “Wie zou ik willen zijn?” evaluatie zelfbeeld - Jezelf vergelijken met anderen
3. Alter-beeld “Hoe zijn de anderen?” beeld van de ander - Autobiografisch geheugen
4. Ideaal-Alter “Hoe zouden de anderen moeten zijn?” o Egocentrische verkenning
ideaalbeeld ander o Achteruitzicht verkenning
2: BEGRIPSBEPALING
5. Meta-zelf “Welk beeld hebben de anderen van mij?” - Culturele perspectieven
- Zelfbeeld beeld dat iemand heeft
hypothesen, vergelijken met ZB
van de eigen persoon
6. Ideaal-Meta-Zelf “Welk beeld zouden de anderen van mij
- Zelfwaardering affectieve aspect van
moeten hebben?” wil controle krijgen op gedrag v anderen tov
het zelfbeeld, slaat op + of – evaluatie
onszelf
hiervan H1: ZELFBEELD EN
- Zelfpresentatie beeld dat mensen ZELFWAARDERING
Persoonskenmerken – condities – sociale condities – betekenisvolle anderen
van zichzelf ophangen zodanig dat de
andere zich een beeld van hen kunnen
Extern & intern zelfbeeld
vormen
- Zelfbeschikking oorzaak die we aan
- Fenomenologisch zelfbeeld
ons eigen gedrag gaan toekennen
- Verkeerd geïnterpreteerde inhouden
- Zelfhandhaving
- Niet gekende inhouden
verdedigingsstrategieën die we
toepassen om met bedreigende
situaties om te gaan
5: ONTWIKKELING VAN ZELFBEELD EN ZELFWAARDERING
Zelfverdedigingsstrategieën: Al op jonge leeftijd beeld v zichzelf -> eigen functioneren
Kinderen 5-7jaar Adolescentie
- Rationalisatie uitleggen Organisatie zelfbeeld verandert v kind-adolescent
- Zelfpresentaties overwegend + - Toenemend vermogen introspectie
- Compensatie doen gelden - Tegenstellingen, termen v - Veranderende betekenis relaties
- Verschuiving richten op iets veiliger We zien met de leeftijd:
vaardigheden - Zichzelf beschrijven als coherent
- Toenemende differentiatie: meer domeinen
- Negatie ontkennen - Sociale vergelijking geheel
- Toenemende integratie: intern consistent
- Sublimering sociaal aanvaardbaar - …
- Toenemende accuraatheid: minder overschatting
maken Ontwikkeling van de reflectie op de ander
- Toenemende mate van zelfreflectie: meta
- Regressie vroeger ontwstadium volgens Sherman
- Projectie projecteren op iemand Kinderen 8-11jaar Egocentrische roletaking 4-6j
De ontwikkeling van taal !! stap i/d ontwikkeling
anders - Beschrijven in termen v o Egocentrisch perspectief
- Beschrijven termen v persoonlijke voornaamwoorden
competenties o Differentiëren obv
- Reageren eigen spiegelbeeld
- Zelfbeschrijvingen als balans v uiterlijke kenmerken
- Manifestaties moreel gedrag
mogelijkheden & beperkingen Subjectieve roletaking 6-8j
- …
- Eigen zelfconcept verschilt van o Zien dat andere andere
dat van anderen standpunten hebben
Kinderen 3-4jaar
- Harter domeinen Zelfreflectieve roletaking 8-10j
- Concrete zelfpresentaties v eigenschappen v zichzelf
o Schoolvaardigheden o Beseffen gedachten/
- Oordeel over eigen vaardigheden
o Sociale acceptatie gevoelens
- Feitelijkheden vr zelfbeschrijvingen
o Sportieve o Kan perspectief v andere
- Harter domeinen
vaardigheden innemen
o Cognitieve competentie
o Gedragshoudingen o Reflecteren over eigen
o Fysieke competentie
o Fysieke verschijning gedrag
o Sociale acceptatie
o Gedragshouding
, 6: ZELFWAARDERING VERDER UITGEDIEPT
Zelfwaardering = affectieve component Combinatie v competentie & sociale steun Mechanismen van zelfverrijking
gebeurtenissen attribueren
Verschillende visies op zelfwaardering: Samenstelling van depressie en aanpassing Zelfdienende cognities
bestaat uit 3 constructen H1: ZELFBEELD EN
Unidimensionele model o Intern – extern
o Zelfwaardering ZELFWAARDERING
o Globaal, scores samengevoegd tot één o Stabiel – instabiel
totaalscore o Affect/ stemming o Controleerbaar –
o Score = zelfwaardering v individu op o Hopeloosheid oncontroleerbaar
gebieden Zelfhandicapering
Multidimensionele model o Excuus vr te verwachten
Meetinstrumenten
o Verschillende evaluaties v specifieke mislukking
- CompetentieBelevingsSchaal voor Kinderen
domeinen o Meten v zelfwaardering Birging of zich koesteren aan het
o Profiel van competenties op verschillende succes van anderen
o 8-12j
gebieden o Zichzelf identificeren 7: ZELFPRESENTATIE
o Onderverdeeld in 6 schalen
o Globale zelfwaardering met succesvolle
Schoolse vaardigheden = strategieën die men gebruikt om de
Hiërarchische model anderen indruk die men op anderen maakt
Sociale acceptatie
o Globale zelfwaardering als hoofdcategorie o CORF-ing = zichzelf vorm te geven
Sportieve vaardigheden
o Specifieke en subdomeinen als Fysieke verschijning distantiëren ve team dat
subcategorieën Gedragshouding verloren heeft 2 vormen:
Gevoel van eigenwaarde Neerwaartse sociale vergelijkingen - Strategische zelfpresentatie
Globale vs domeinspecifieke zelfwaardering - CompetentieBelevingsSchaal voor Adolescenten o Festinger behoefte o Wanneer we ons inspannen
- Globale zw = globale eigenschappen ve individu o 12-18j aan evalueren eigen om een bepaalde indruk bij
- Domeinspecifieke zw = zelfevaluatie op aparte o Indruk v competenties als globaal situatie personen achter te laten
domeinen o Neerwaartse sociale o 2 doelstellingen
gevoel v eigenwaarde
vergelijking: als het Geliefd maken bij
Onderscheid: kijken of bepaalde evaluaties binnen een zelfbeeld onder vuur ligt anderen
Zelfbeeldversterkende technieken realistische doelen,
domein meer te voorspellen zijn vanuit globale zelfwaardering vergelijken met anderen Zichzelf promoten
uitdagen v gedachten
die minder zijn - Zelfverificatie
Behoefte aan zelfwaardering o Zelfbeeld blijft + o Verlangen om door anderen
Zelfwaarderingsmodel Harter gezien te worden de manier
Gemoedstoestand die varieert iedereen
- Multidimensioneel waarop we onszelf zien
behoefte aan + zelfwaardering
- Globale zelfwaardering o Swann onderzoek &
Leary mensen = sociale dieren en de behoefte
is gecreëerd door behoefte aan + zelfwaardering bevestigde deze stelling
Combinatie van belang dat iemand aan bepaalde domeinen
Bevredigen v zelfwaardering = essentieel
hecht en succes dat op die domeinen w- behaald
o + zelfbeeld
Gebaseerd op Cooley (looking-glass self) & James
o – zelfbeeld
(globale zelfwaardering als ratio v iemands
o Hoge zelfwaardering
competenties)
o Lage zelfwaardering vicieuze cirkel v
– verwachtingen
Harter onderscheid tss 2 clusters domeinen
Higgins zelfdiscrepantietheorie
1. Fysieke verschijng, sociale acceptatie & sportieve
o Discrepantie tss werkelijke zelf & hoe
vaardigheden -> steun leeftijdsgenoten
men zou moeten zijn/ ideale zelf
2. Schoolse vaardigheden en gedragshouding -> steun
ouders
PERSOONLIJKHEIDSPSYCHOLOGIE | LEUS CATO