FRA
DEEL 1: FINANCIËLE ANALYSE
Werkcollege 2: kasstromen
Kasstroom = CF = geldstroom
CF = kasopbrengsten – kaskosten
Liquide middelen = beginpositie – eindpositie
- Beginpositie = eindpositie van vorig jaar
Doel van de kasstroomanalyse
Inzicht krijgen in de aard en omvang van transacties die de kaspositie van een onderneming
beïnvloeden
- 3 soorten kasstromen:
o Operationele activiteiten (OCF) KT
o Investeringsactiviteiten (ICF) LT
o Financieringsactiviteiten (FCF)
2 methoden:
- Directe methode IFRS
- Indirecte methode:
o Vertrekt vanuit de nettowinst en correcties op toepassen
o Transacties met impact op liquide middelen vinden op balans en resultatenrekening
Kijken naar de verschillen tussen de boekjaren
Oefeningen:
Gegeven: Balans en RR van fictieve onderneming, sectorgegevens
,Gevraagd: bespreek kasstromen voor 2020
,Opposing:
OPERATIONELE CASHFLOW (OCF)
Stappenplan:
1) Bepaal nettowinst door te kijken naar RR
o Als alle kosten = uitgaven en alle opbrengsten = inkomsten niets doen
o Bepalen door: omzet - bedrijfkosten
2) Corrigeren NKK en NKO:
o AFS
o Waardeverminderingen
o Waardevermeerderingen
3) Corrigeren voor afname of toename nettobedrijfskapitaal
o - Δ op. vlot. activa + Δ uitgestelde belastingen & voorz. + Δ op. schulden
1) Nettowinst
2) Corrigeren voor NKK
Nettowinst + NKK : In deze oef enkel AFS
, 3) Corrigeren voor bedrijfskapitaal
ACTIVA STIJGT =
Actief zijde:
NEGATIEVE INVLOED CF
∆3
∆ 40 Verschil maken tussen
∆ 41 begin jaar en einde jaar
∆ 490/1
Redenering: meer activa = meer liquide middelen aanwenden = negatie impact op CF
o Toename bedrijfskapitaal = negatieve impact CF
o Afname bedrijfskapitaal = positieve impact CF
Hier zijn alle waarden gedaald positieve impact op CF plus-teken ervoor zetten
Passief zijde: PASSIVA STIJGT =
∆ 16 POSITIEVE INVLOED CF
∆ 44
∆ 492/ 3
Redenering: schulden stijgen = meer uitstel van betaling = langer geld in onderneming =
positieve impact op CF
o Minder uitgave liquide middelen = positieve impact op CF
o Meer uitgave liquide middelen = negatieve impact op CF
Hier zijn 16 en 44 gestegen, positief, dus plus-teken en 492/3 gedaald, negatief, dus min-teken