STOORNISSEN
2DE BACHELOR ORTHOPEDAGOGIE
CATO LEUS
2DE SEMESTER
1
ONTWIKKELINGS-STOORNISSEN | 2DE BACHELOR ORTHOPEDAGOGIE
, HOOFDSTUK 5: AUTISMESPECTRUMSTOORNIS
5.1. INLEIDING
ASS = overkoepelende term stoornissen binnen het autismespectrum
ASS = een stoornis: aangeboren, kenmerken ontdekt in vroege
stoornis gekenmerkt door ontwikkelingsperiode
een hardnekkig patroon van Hardnekkig: blijven aanhouden & verdwijnen n- zomaar of met
zowel significante intensieve ondersteuning
beperkingen in de sociale Significante beperkingen: ernstig, betekenisvol of klinisch
omgang als beperkte, belemmering dagelijks leven
repetitieve interesses en Sociale omgang: non-verbale communicatie als sociale
gedragingen interacties & relaties
Beperkte, repetitieve interesses & gedragingen: gedragspatroon
dat stereotiep & weinig gevarieerd is
Spectrum = verschillen in graden v ernst
Slaat ook op variatie in gedragskenmerken
5.2. KENMERKEN
5.2.1. GEDRAGSKENMERKEN
PRIMAIRE GEDRAGSKENMERKEN
= 2 kernsynmptomen
1) Ernstige en aanhoudende problemen met de 2) Beperkte en repetitieve gedragspatronen, interesses en
wederkerige sociale communicatie & interactie activiteiten
Kwalitatieve tekorten in non-verbaal gedrag Motorische stereotypieën
Slechte afstemming tss verbale & non-verbale Herhalende bewegingen
communicatie Aparte/ eigenaardige, doelloze bewegingen
Problemen uiten/ begrijpen non-verbaal gedrag
Vaak tekorten in taal en spraak Stereotiep en repetitief gebruik van voorwerpen
Taalachterstand/ afwezigheid spraak Kinderen: omgaan met speelgoed zetten alles op een rijtje
Moeite begrijpen v taal als betekenis v woord ipv te spelen
moet afgeleid w- uit context
Gebrek aan wederkerigheid zowel in interacties als delen Stereotiepe en repetitieve spraak
v emoties Echolalie = woorden & zinnen v anderen letterlijk herhalen
Niet gepast reageren op emoties v anderen Over ikzelf spreken in jij-vorm
Zeggen ongepaste zaken/ vragen Idiosyncratische uitdrukkingen = zelf uitgevonden woorden
Moeite om relaties met anderen te begrijpen en te Rigiditeit of gemis aan flexibiliteit
ontwikkelen Hardnekkig vasthouden aan dingen
Problemen aanpassen gedrag aan sociale Weerstand tegen onvoorspelbare & plotse veranderingen
omstandigheden alles op zelfde manier en overstuur bij veranderingen
Starre denkpatronen en vasthouden aan bepaalde rituelen/
routines
Bijzondere specifieke interesses
Kunnen gedurende lange tijd volhouden
Heel lang uitvoeren v bepaalde activiteiten (bv: papier in
repen scheuren bij oudere kinderen interesses in
specifieke thema’s
2
ONTWIKKELINGS-STOORNISSEN | 2DE BACHELOR ORTHOPEDAGOGIE