Hoofdstuk 4:
Huisriolering
1. Algemeen
Het rioleringsschema wordt opgemaakt door de architect en opgenomen in het
aanbestedingsformulier. Op het kelder- of funderingspalen staat het net van
afvoerbuizen aangegeven & ook de toegepaste putsystemen.
Ook dient het systeem overeen te komen met de voorschriften van het gemeentelijk
reglement.
Uitvoering:
De aannemer is verantwoordelijk voor het geven van correcte info ivm ligging en juiste
peilen van de openbare riolering.
Na goedkeuring vd architect wordt het rioleringstracé aangepast.
Het rioleringsnet dient verlucht te worden en ook moeten er voldoende toezichtputten
aanwezig zijn.
2. Terminologie
DWA = huishoudelijk afvalwater
RWA = regenwater
Lozingstoestellen = sanitaire toestellen (lavabo, douche, toilet,…)
Stankafsluiter = sifon
Waterslot = beurslot
afvoerleidingen = een globale term
aansluitleiding = leiding voor 1 lozingspunt
verzamelleiding = horizontale afvoerleiding tussen lozingspunten
standleiding= valleiding, verticale afvoerleiding
verluchtingsleidingen = verbinden afvoerleiding met buitenlucht
huisaansluiting = aansluiting op de openbare riolering
loop van een rioolbuis = “vloei”
Voorbehandeling = afscheiding van bezinkbare en opdrijvende stoffen
IE = inwoners equivalent
= drukt zowel een debiet als een bepaalde vuilvracht en komt overeen met het
afvalwater dat gemiddeld door 1 inwoner op 1 dag word geproduceerd.
Huisriolering
1. Algemeen
Het rioleringsschema wordt opgemaakt door de architect en opgenomen in het
aanbestedingsformulier. Op het kelder- of funderingspalen staat het net van
afvoerbuizen aangegeven & ook de toegepaste putsystemen.
Ook dient het systeem overeen te komen met de voorschriften van het gemeentelijk
reglement.
Uitvoering:
De aannemer is verantwoordelijk voor het geven van correcte info ivm ligging en juiste
peilen van de openbare riolering.
Na goedkeuring vd architect wordt het rioleringstracé aangepast.
Het rioleringsnet dient verlucht te worden en ook moeten er voldoende toezichtputten
aanwezig zijn.
2. Terminologie
DWA = huishoudelijk afvalwater
RWA = regenwater
Lozingstoestellen = sanitaire toestellen (lavabo, douche, toilet,…)
Stankafsluiter = sifon
Waterslot = beurslot
afvoerleidingen = een globale term
aansluitleiding = leiding voor 1 lozingspunt
verzamelleiding = horizontale afvoerleiding tussen lozingspunten
standleiding= valleiding, verticale afvoerleiding
verluchtingsleidingen = verbinden afvoerleiding met buitenlucht
huisaansluiting = aansluiting op de openbare riolering
loop van een rioolbuis = “vloei”
Voorbehandeling = afscheiding van bezinkbare en opdrijvende stoffen
IE = inwoners equivalent
= drukt zowel een debiet als een bepaalde vuilvracht en komt overeen met het
afvalwater dat gemiddeld door 1 inwoner op 1 dag word geproduceerd.