Marketing 2- deel 1
1) Reclamesituering
Communicatieproces
• Zender
• Ontvanger
• Boodschap
Reclame types
Indeling Zender
− Producentenreclame
− Collectieve reclame
− Detailhandelsreclame
− Coöperatieve reclame
− Combinatiereclame
− Ideële reclame
Indeling Ontvanger
− Consumentenreclame
− Industriële reclame
− Handelsreclame
Indeling Boodschap
− Informatieve reclame
− Expressieve/transformationele reclame
− Institutionele reclame
− Selectieve/generieke
− Thema/actie
Indeling Medium
− Ether (TV, Radio)
− Bioscoop
− Print (krant)
− Buitenreclame/outdoor (affiche)
− Rechtstreekse/directe reclame
− Elektronische media
1
,1) Reclamesituering
a) Communicatieproces
Zender Diegene die de boodschap geeft of zendt
Encoderen Omzetten van boodschap
Boodschap Het geheel van symbolen die doorgegeven
worden.
Decoderen Betekenis toe kennen aan de manier dat de
boodschap is overgebracht.
Ontvanger Diegene die de boodschap ontvangt.
Respons Geheel van de reacties van de ontvangers na
blootstelling van de boodschap.
Feedback Deel van de reacties dat de zender ontvangt.
Ruis Ongeplande verstoring waardoor de
boodschap mogelijk veranderd van het
originele.
2
,b) Reclame types
1. Producentenreclame Van producent naar consument
Mogelijke redenen:
A) • Nieuw product
Indeling • Uitbreiding assortiment
• Merkentrouw
Zender
• Nieuwe toepassingen
2. Collectieve reclame – Bevorderen primaire vraag product
– Promoten productcategorie i.p.v. merk
– Gezamenlijke reclame door concurrenten
– Meestal bij dalende of gestagneerde afzet
Bv: brood = “van brood word je sterk”
3. Detailhandelsreclame – “Traffic” genereren = volk lokken
– Aankoopbeslissingen in de winkel (koopt
meer dan gepland)
– Aanbiedingen, speciale evenementen
Bv: Carrefour: TV Philips aan spotprijs,
Sinterklaas komt op, action,…
4. Coöperatieve reclame – Producenten en detaillisten delen de
Kosten + samen werken
– Toename door opkomst regionale Tv
Bv: auto’s: vermelding garage adres bij affichage
campagne of op lokale televisie, banken,
verzekeringen, …
5. Combinatiereclame Bedrijven met:
Gemeenschappelijk belang
Niet dezelfde producten verkopen
Bv: Tetrabrik & Minute Maid bij de lancering van
de afsluitklep op Minute Maid fruitsap
6. Ideële reclame – Maatschappelijk goed doel
– Reclamebureaus werken meestal
gratis/tegen kostprijs
Bv: 11.11.11., aidstelefoon, 112, zelfmoordlijn
3
, 1. Consumentenreclame Reclame gericht naar de consument
B) (B2C)
Indeling
Ontvanger 2. Industriële reclame − Reclame gericht op organisaties:
(B2B) o Producten
o Dienstverlenende bedrijven
− Meerdere beslissers
Bv: reclame in een business blad voor
verpakkingsmachines.
3. Handelsreclame Ontvanger = distributiekanaal
− Vaak via vakblad, de kruidenier, etc
1. Informatieve:
C) Informatieve – Rationele koopmotieven
Indeling VS Expressieve – Productvoordelen
– Vaak problemsolving
Boodschap
Bv Procter & Gamble: Mr Proper, Dreft, Swiffer,….
(Kan “wij zijn beter/beste”
verschillende
tegelijkertijd)
Expressieve /transformationele reclame:
– Emotionele betekenis van het product
– Expressieve eigenschappen centraal
Bv
“You can’t beat the feeling” “mannen weten waarom”
“Hoe voel je je als vrouw?”
2. Institutioneel of niet Onderneming als geheel
= Imago totale onderneming -> niet specifieke
producten
vb. KB-campagne: thuis bij de bank van hier
3. Selectief VS generiek Selectief = koopt artikel voor het merk
Generiek
= Vernieuwende kwaliteiten van de productsoort
= Primaire vraag stimuleren
vb. Nieuwe DVD (bij lancering): nadruk op kwaliteiten
van product ipv Philips
4
1) Reclamesituering
Communicatieproces
• Zender
• Ontvanger
• Boodschap
Reclame types
Indeling Zender
− Producentenreclame
− Collectieve reclame
− Detailhandelsreclame
− Coöperatieve reclame
− Combinatiereclame
− Ideële reclame
Indeling Ontvanger
− Consumentenreclame
− Industriële reclame
− Handelsreclame
Indeling Boodschap
− Informatieve reclame
− Expressieve/transformationele reclame
− Institutionele reclame
− Selectieve/generieke
− Thema/actie
Indeling Medium
− Ether (TV, Radio)
− Bioscoop
− Print (krant)
− Buitenreclame/outdoor (affiche)
− Rechtstreekse/directe reclame
− Elektronische media
1
,1) Reclamesituering
a) Communicatieproces
Zender Diegene die de boodschap geeft of zendt
Encoderen Omzetten van boodschap
Boodschap Het geheel van symbolen die doorgegeven
worden.
Decoderen Betekenis toe kennen aan de manier dat de
boodschap is overgebracht.
Ontvanger Diegene die de boodschap ontvangt.
Respons Geheel van de reacties van de ontvangers na
blootstelling van de boodschap.
Feedback Deel van de reacties dat de zender ontvangt.
Ruis Ongeplande verstoring waardoor de
boodschap mogelijk veranderd van het
originele.
2
,b) Reclame types
1. Producentenreclame Van producent naar consument
Mogelijke redenen:
A) • Nieuw product
Indeling • Uitbreiding assortiment
• Merkentrouw
Zender
• Nieuwe toepassingen
2. Collectieve reclame – Bevorderen primaire vraag product
– Promoten productcategorie i.p.v. merk
– Gezamenlijke reclame door concurrenten
– Meestal bij dalende of gestagneerde afzet
Bv: brood = “van brood word je sterk”
3. Detailhandelsreclame – “Traffic” genereren = volk lokken
– Aankoopbeslissingen in de winkel (koopt
meer dan gepland)
– Aanbiedingen, speciale evenementen
Bv: Carrefour: TV Philips aan spotprijs,
Sinterklaas komt op, action,…
4. Coöperatieve reclame – Producenten en detaillisten delen de
Kosten + samen werken
– Toename door opkomst regionale Tv
Bv: auto’s: vermelding garage adres bij affichage
campagne of op lokale televisie, banken,
verzekeringen, …
5. Combinatiereclame Bedrijven met:
Gemeenschappelijk belang
Niet dezelfde producten verkopen
Bv: Tetrabrik & Minute Maid bij de lancering van
de afsluitklep op Minute Maid fruitsap
6. Ideële reclame – Maatschappelijk goed doel
– Reclamebureaus werken meestal
gratis/tegen kostprijs
Bv: 11.11.11., aidstelefoon, 112, zelfmoordlijn
3
, 1. Consumentenreclame Reclame gericht naar de consument
B) (B2C)
Indeling
Ontvanger 2. Industriële reclame − Reclame gericht op organisaties:
(B2B) o Producten
o Dienstverlenende bedrijven
− Meerdere beslissers
Bv: reclame in een business blad voor
verpakkingsmachines.
3. Handelsreclame Ontvanger = distributiekanaal
− Vaak via vakblad, de kruidenier, etc
1. Informatieve:
C) Informatieve – Rationele koopmotieven
Indeling VS Expressieve – Productvoordelen
– Vaak problemsolving
Boodschap
Bv Procter & Gamble: Mr Proper, Dreft, Swiffer,….
(Kan “wij zijn beter/beste”
verschillende
tegelijkertijd)
Expressieve /transformationele reclame:
– Emotionele betekenis van het product
– Expressieve eigenschappen centraal
Bv
“You can’t beat the feeling” “mannen weten waarom”
“Hoe voel je je als vrouw?”
2. Institutioneel of niet Onderneming als geheel
= Imago totale onderneming -> niet specifieke
producten
vb. KB-campagne: thuis bij de bank van hier
3. Selectief VS generiek Selectief = koopt artikel voor het merk
Generiek
= Vernieuwende kwaliteiten van de productsoort
= Primaire vraag stimuleren
vb. Nieuwe DVD (bij lancering): nadruk op kwaliteiten
van product ipv Philips
4
