OUTPUT INTERPRETEREN
Sig = p-waarde
• Normaalverdeeld wnr p-waarde > 0,05 ➔ nulhypothese aanvaarden
• Scheefverdeeld wnr p-waarde < 0,05 ➔ nulhypothese verwerpen + alternatieve hypothese
aanvaarden
• ➔ normaliteit nagaan via Q Q-plot + p-waarde
Df = vrijheidsgraden = n - # groepen
Centraal Limiet Theorema CLT = n moet groot genoeg zijn ➔ vanaf n=30 kunnen we Gaussiaanse
verdeling gaan inroepen
• Wnr volgens Shapiro Wilk scheef verdeeld MAAR n veel groter dan 30
➔ toch normaalverdeeld en nulhypothese aanvaarden
Wanneer nulverschil (0) niet in betrouwbaarheidsinterval ligt ➔ nulhypothese verwerpen ➔ VERSCHIL
Meestal ook kijken naar mean!
• Wnr je referentiewaarde hebt bij enkelvoudige testen moet je referentiewaarde vergelijken
met mean
Kijken naar mean difference wnr je 2 groepen vergelijkt
Sig = p-waarde
• Normaalverdeeld wnr p-waarde > 0,05 ➔ nulhypothese aanvaarden
• Scheefverdeeld wnr p-waarde < 0,05 ➔ nulhypothese verwerpen + alternatieve hypothese
aanvaarden
• ➔ normaliteit nagaan via Q Q-plot + p-waarde
Df = vrijheidsgraden = n - # groepen
Centraal Limiet Theorema CLT = n moet groot genoeg zijn ➔ vanaf n=30 kunnen we Gaussiaanse
verdeling gaan inroepen
• Wnr volgens Shapiro Wilk scheef verdeeld MAAR n veel groter dan 30
➔ toch normaalverdeeld en nulhypothese aanvaarden
Wanneer nulverschil (0) niet in betrouwbaarheidsinterval ligt ➔ nulhypothese verwerpen ➔ VERSCHIL
Meestal ook kijken naar mean!
• Wnr je referentiewaarde hebt bij enkelvoudige testen moet je referentiewaarde vergelijken
met mean
Kijken naar mean difference wnr je 2 groepen vergelijkt