Multicam
Waarom aparte klankregie?
- Kritische beluistering.
- Gewone regie is te luid.
Grootte van de truck wordt op voorhand bepaald met aantal camera’s/audio/…
1. De ploeg: Wie doet wat?
1) Hoofd geluidstechnicus of GI (Geluid I)
Kenmerken:
- Eindverantwoordelijke voor het geluid.
- Al betrokken bij preproductie.
- Verantwoordelijke voor ANTENNEMIX (= Wat er op televisie verschijnt. Kan ook een apart team
hebben voor geluidsmix in de zaal.)
- Welke technische middelen en mensen nodig zijn om het geluid van de productie goed te
verzorgen.
- Onderhandelen tussen creatief (regisseur) en technisch (productie).
- Opbouw GELUIDSPLAN:
o Oplijsting nodige materiaal.
o PA-plan met decor en licht.
o Lijst van alle micro’s/ontvangers die moeten gecableerd worden. Wordt ook gekeken
naar statische of bewegende personen.
o FREQUENTIELIJST: Hoeveel draadloze micro’s er zijn en hoe deze zonder storing kunnen
werken.
➔ Soms cultureel. (Bv: Vrt met prikkers, RTBF met staande micro’s.)
Tijdens de opnames:
- Antennemix in het oog houden.
- Technische problemen oplossen.
- Communiceert met het geluidsteam.
- Communiceert met regie.
2) 2de geluidstechnicus of G2
Kenmerken:
- Assistent in de geluidsregie.
- Edit/Premix/starten van jingles (Bv: applaus).
- Instellen INTERCOM (=Communicatie tussen regie, camera en geluid.)
, 3) Geluidsassistent of G3
Kenmerken:
- Moet alle problemen oplossen op set. (Bv: platte batterijen, prikken gasten,…)
- Heeft zelf soms ook stagehands.
4) PA Mixer
Kenmerken:
- Mix voor publiek in de zaal. (Bv: Muzikale programma’s en muziekshows.)
- Dat alle gasten en presentator elkaar goed verstaan.
5) Monitormixer
Kenmerken:
- Zorgt de monitormixer voor de beluistering van zangers en muzikanten.
Functies niet altijd voltallig:
- Afhankelijk complexiteit.
- Bij simpele producties een samenvoeging van verantwoordelijkheden.
- In Narafi: Enkel G1 en G2.
1.1. Functiekaarten
1) Geluidstechnicus bij VRT
Instaan voor de technische uitvoering en realisatie van het productieproces binnen de eigen
toegewezen specialisatie en technische expertise. Op het einde een kwalitatief product afleveren
die voldoen aan alle technische en creatieve wensen.
Eigen activiteiten:
- Uitvoeren technische opdracht:
o Installeert, test, beoordeelt, bedient, verbetert, regelt af.
o Controleert de apparatuur en infrastructuur.
o Stemt werkwijze en materiaalkeuze af op de opdracht. Optimaliseren van noden en
wensen van het productieproces in zijn geheel.
o Detecteert kleine defecten en lost ze op.
o Continuiteit in productie waarborgen.
o Volgt de technisch-artistieke en productionele evoluties op.
o Respecteert de naleving van de veiligheidsvoorschriften en -reglementen.
- Samenwerking:
o Overlegt en werkt samen met programmamakers, organisatoren, gebruikers, gasten, etc.
en adviseert en assisteert hen op technisch vlak.
o Stemt de eigen activiteiten af op het verloop van de productie.
o Adviseert bij aankoop van nieuwe infrastructuur.
o Draagt bij aan de evaluatie en de verbetering van het productieproces.