H6- DISTRIBUTIELOGISTIEK
1. DISTRIBUTIEKANALEN: UITLEG PG. 271
DISTRIBUTIEKANAAL = Een distributiekanaal is de route die een product of service aflegt naar de
markt.
Hoe wil de producent zijn klanten bereiken?
• Commerciële distributie.
• Fysieke distributie.
E-COMMERCE: Eerst kijken naar het product. Daarna kijken naar de doelgroep (wie koopt het) => aan
de hand daarvan zullen we besluiten of we voor e-commerce gaan of niet?
VB: ONE DC PROVIDES ADVANTAGE OF 1 SINGKE,
FEXIBLE INVESTORY
=> Enorm aantal voorraden (maten 20 000 bij Nike).
=> Paletten is niet altijd zo positief, zeker op vlak van voorraad + het kost veel geld.
2. SOORTEN DISTRIBUTIECENTRA (DC)
EEN DISTRIBUTIECENTRA (DC) = is een locatie waar een bedrijf de ontvangst, opslag, verdeling,
overslag en doorvervoer naar andere locaties van goederen geconcentreerd.
DOELSTELLINGEN:
• Voorraadfunctie optimaliseren als dienstverlening naar de klant.
• Het transport verlagen.
TYPES?
OPSLAGMAGAZIJN • Voor langdurige opslag.
• De materiaalverhandeling: laden, lossen en opslaan van
goederen.
BV: productiesites of externe magazijnen van groothandelaars,
ketens of logistieke dienstverleners.
, SATELLIETMAGAZIJN • Dicht bij de klant voor snelle levering.
=> Pick & pack en replenishment is belangrijk voor d e-commerce.
CONSOLIDATIEMAGAZIJN • Verschillende zendingen worden gegroepeerd.
• Het bundelen van veel deelzendingen tot een eenheid.
• DOEL: transportkosten te verlagen.
VERSCHIL:
• Consolidatie: Goederen worden opgeslagen
• Crossdock: goederen worden niet opgeslagen.
PUBLIC WAREHOUSE • Wanneer een distributiecentrum met voorraadfunctie ook
de informatiefunctie van de klant overneemt (bv. klanten
informeren, order ontvangen en afwerken en factureren).
VERSHIL:
• Groothandel: informatiefunctie + eigenaar van goederen.
• Public warehouse: niet eigenaar van goederen.
CROSSDOCK • Een proces waarbij inkomende goederen onmiddellijk
worden klaargezet bij uitgaande goederen.
• Tussendoor niet opgeslagen, geen beheerskosten.
• Een sneller doorvervoer.
OVERSLAGPLATFORM • Om goederen van de ene vervoersmiddel naar een andere
vervoersmiddel over te brengen (bv. goederen in
dozen/kisten).
WAAR HET DC VESTIGEN?
• Transportkosten (zwaartepunt analyse).
• Arbeidsmarket.
• Lokale woningmarkt.
• Toeleveranciers en klanten.
• Infrastructuur.
• Financieringsmogelijkheden en premies.
1. DISTRIBUTIEKANALEN: UITLEG PG. 271
DISTRIBUTIEKANAAL = Een distributiekanaal is de route die een product of service aflegt naar de
markt.
Hoe wil de producent zijn klanten bereiken?
• Commerciële distributie.
• Fysieke distributie.
E-COMMERCE: Eerst kijken naar het product. Daarna kijken naar de doelgroep (wie koopt het) => aan
de hand daarvan zullen we besluiten of we voor e-commerce gaan of niet?
VB: ONE DC PROVIDES ADVANTAGE OF 1 SINGKE,
FEXIBLE INVESTORY
=> Enorm aantal voorraden (maten 20 000 bij Nike).
=> Paletten is niet altijd zo positief, zeker op vlak van voorraad + het kost veel geld.
2. SOORTEN DISTRIBUTIECENTRA (DC)
EEN DISTRIBUTIECENTRA (DC) = is een locatie waar een bedrijf de ontvangst, opslag, verdeling,
overslag en doorvervoer naar andere locaties van goederen geconcentreerd.
DOELSTELLINGEN:
• Voorraadfunctie optimaliseren als dienstverlening naar de klant.
• Het transport verlagen.
TYPES?
OPSLAGMAGAZIJN • Voor langdurige opslag.
• De materiaalverhandeling: laden, lossen en opslaan van
goederen.
BV: productiesites of externe magazijnen van groothandelaars,
ketens of logistieke dienstverleners.
, SATELLIETMAGAZIJN • Dicht bij de klant voor snelle levering.
=> Pick & pack en replenishment is belangrijk voor d e-commerce.
CONSOLIDATIEMAGAZIJN • Verschillende zendingen worden gegroepeerd.
• Het bundelen van veel deelzendingen tot een eenheid.
• DOEL: transportkosten te verlagen.
VERSCHIL:
• Consolidatie: Goederen worden opgeslagen
• Crossdock: goederen worden niet opgeslagen.
PUBLIC WAREHOUSE • Wanneer een distributiecentrum met voorraadfunctie ook
de informatiefunctie van de klant overneemt (bv. klanten
informeren, order ontvangen en afwerken en factureren).
VERSHIL:
• Groothandel: informatiefunctie + eigenaar van goederen.
• Public warehouse: niet eigenaar van goederen.
CROSSDOCK • Een proces waarbij inkomende goederen onmiddellijk
worden klaargezet bij uitgaande goederen.
• Tussendoor niet opgeslagen, geen beheerskosten.
• Een sneller doorvervoer.
OVERSLAGPLATFORM • Om goederen van de ene vervoersmiddel naar een andere
vervoersmiddel over te brengen (bv. goederen in
dozen/kisten).
WAAR HET DC VESTIGEN?
• Transportkosten (zwaartepunt analyse).
• Arbeidsmarket.
• Lokale woningmarkt.
• Toeleveranciers en klanten.
• Infrastructuur.
• Financieringsmogelijkheden en premies.