100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Algemene fysiologie; samenvatting H1 - H6

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
18
Geüpload op
06-12-2022
Geschreven in
2021/2022

Samenvatting van hoofdstuk 1 tot hoofdstuk 6 van algemene fysiologie











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
6 december 2022
Aantal pagina's
18
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Algemene fysiologie
1. Celfysiologie (check nog ppt voor vlaggetjes !!!)
1. Inleiding in de fysiologie
2. Moleculaire interacties
3. Compartimentatie: cellen en weefsels
4. Energie en cellulair metabolisme
5. Dynamiek van membranen
6. Communicatie, integratie en homeostase



Hoofdstuk 2; Moleculaire interacties
❖ Herhaling chemie
- Important ions of the body
Polaire moleculen → lossen op in water (hydrofiel)
Apolaire moleculen → lossen niet op in water (hydrofoob)

)




❖ Biomoleculen

Glucose → C6-H12-O6

- Monosaccharide: fructose, glucose, galactose
- Disaccharide:
glucose + fructose = sucrose
glucose + glucose = maltose
galactose + glucose = lactose
- Polysaccharide: glycogeen (= meerdere glucose moleculen
- Lipiden → fosfolipiden : hydrofiele kop + hydrofobe staart
- Proteïne = polysaccharide van aminoverbindingen en peptidebindingen (meer dan 100
aminozuren)
(primaire proteïne → secundaire “” → tertiaire “” → quaternaire “” (bv. hemoglobine)
- Nucleotiden: ATP = adenine + ribose + 3 fosfaatgroepen
Nucleotiden: ADP = adenine + ribose + 2 fosfaatgroepen
Nucleotiden: cAMP = adenine + ribose + 1 fosfaatgroep + nicotinamide

➔ DNA = A, G, C, T + deoxyribose + 1 fosfaatgroep per nucleotide
➔ RNA A, G, C, U + ribose + 1 fosfaatgroep per nucleotide

!! ATP = belangrijkste energieleverancier !!

, ❖ Waterige oplossinge, zuren, basen, buffers

❖ Proteïnen

Proteïne is een zeer belangrijk molecule waar 1 of meerdere liganden of substraten op passen

➔ De bindingen zijn niet covalent
➔ Sleutel-slot principe: liganden zijn specifiek

• Specificiteit
- Specifiek proteïne heeft 1 ligand
- Weinig specifiek proteïne heeft meerdere liganden

• Affiniteit van een proteïne voor een ligand
- Hoe sterk of niet sterk de binding zal zijn
- Hoge affiniteit → meer kan sop binding
- Evenwichtsconstante Keq – dissociatieconstante Kd
- Competitie: meerdere liganden die op een proteïne willen binden
- Agonist: een ligand dat een ander ligand nadoet en hetzelfde effect heeft
Bv. nicotine is de agonist van acetylcholine

Concept Check p. 84, 14
- Best molecule B gebruiken want deze heeft een lagere dissociatieconstante en dus een hogere
bindingsaffiniteit


• Isovormen
- Sterk gerelateerde proteïnen met gelijke functie maar andere affiniteit
Bv. hemoglobine – foetaal hemoglobine (→ hogere affiniteit voor O2 → zal zuurstof stelen van de
moeder



• Inactiviteit
- Heel wat proteïnen zijn in inactieve staat, omdat ze snel ingeschakeld moeten worden
➔ Inactieve vorm (slaapmodus): eerst paar stukken verwijderen voor het actief wordt
➔ Proteolytische activatie

, - Cofactor: inactieve proteïnen die niet kunnen binden met liganden → door binding met cofactor
komen er bindingsmogelijkheden met liganden

• Modulatie
- 2 werkingsmechanismen

1) Chemische modulatoren: chemische stoffen die binden aan
proteïnen en bindingsmogelijkheden of activatie wijzigen (kan bv.
ook volledige (reversibele of irreversibele) inactivatie zijn)

Antagonisten: een ligand lijkt op het oorspronkelijke ligand, maar
wanneer het bind gebeurt er niets

➔ Proteïne wordt geïnhibiteerd
➔ Daling activatie van het proteïne (zal binden en geen respons
veroorzaken)



Competitieve inhibitoren: → reversibele antagonisten (makkelijk binden en ontbinden)

Competitieve inhibitoren: → competitie met normale ligand voor bindingsplaats (blokkeert de
Competitieve inhibitoren: → bindingsplaats)

➔ Mate van inhibitie is afhankelijk van: 1. [inhibitor] en [ligand]
Mate van inhibitie is afhankelijk van: 2. Affiniteit van het proteïne voor de inhibitor en voor
Mate van inhibitie is afhankelijk van: de ligand
Mate van inhibitie is afhankelijk van: 3. Als [ligand] stijgt resulteert dit in een daling van de
Mate van inhibitie is afhankelijk van inhibitie
➔ Er bestaan ook irreversibele antagonisten



Allosterische modulatoren:

I. Antagonisten (allosterische inhibitie) of activatoren (allosteriche activatie)
II. Binden reversibel aan een proteïne op een andere plaats dan de bindingsplaats en
wijzigen zo de vorm van de bindingsplaats



Covalente modulatoren: Functionele groepen die covalent binden aan het proteïne en zo de
eigenschappen van het proteïne wijzigen (inhiberen of activeren) (bv. fosfaatgroep)
€7,48
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
Seizr

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
Seizr Universiteit Antwerpen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
10
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
8
Documenten
22
Laatst verkocht
1 jaar geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen