Hoofstuk 8: Biologische maturatie: interactie met somatische en
motorische kenmerken
Inleiding
o Kennis van maturiteitsstatus:
Hoe verschillen kinderen/jongeren in groei afhankelijk van hun maturiteitsstatus
(somatische kenmerken)
Hoe verschillen kinderen/jongeren in prestatiekenmerken afhankelijk van hun
maturiteitsstatus (fysieke prestatie) => ? Talentidentificatie/begeleiding
Wanneer zijn jongeren meer vatbaar voor groeigerelateerde
overbelastingsletsels?
- Botlengte neemt snel toe, spier/pees lengtes dienen zich aan te passen:
sterke trekkrachten op apofyses: => Apofysitis (hiel: ziekte van Sever, knie:
Osgood Schlatter, mediale epicondyl elleboog: Little Leaguers elbow: …),
- Positieve ulnaire variantie (vervroegd sluiten van radiale groeischijf), …
- Gevoeligheid ACL (=anterior cruciate ligament) ruptuur bij meisjes tijdens
groeispurt (minder goede neuromotorische controle in verband met jongens)
o Kiezen/selecteren we jongeren op basis van hun maturatieprofiel? Seksuele
maturiteitsverschillen (menarche leeftijd) in elite atleten voor verschillende sporten
=> (pre-)selectie?
De soort sport beïnvloed de menarge (maandstonden)
, Maturiteitsgerelateerde variatie in somatische kenmerken
o Cross-sectionele gegevens: binnen beperkte leeftijdsrange (1 jaar), contrasterende
groepen van kinderen van verschillende maturiteit: vroeg-matuur (early/advanced);
gemiddeld (average) en laatmatuur (late/delayed).
o Criterium voor indeling kan op basis van PHV (peak height velocity) , seksuele
maturiteit, skeletale leeftijd, leeftijd menarche
o vb. SL= CL +/- 1 jaar = gemiddeld; SL > CL + 1jaar: vroeg; SL < CL - 1 jaar: laat.
Idem voor leeftijd menarche, PHV (leeftijd +/- 1 jaar), % volwassen gestalte (+/- 1 Z-
waarde)
SL: skeletale leeftijd; CL: chronologische leeftijd
o longitudinale gegevens: gehele groeiverloop
Vroeg: X-1SD PHV; PHV < 13.37 jaar
Gemiddeld: X+/- 0.5 SD PHV; 13.85 < PHV < 14.80 jaar
laat: X + 1SD PHV; PHV > 15.27
, Zoals voor gestaltegroei is er een duidelijk beeld dat vroegmature jongens op alle
leeftijden groter zijn dan hun gemiddeld- en laatmature leeftijdsgenoten.
Laatmature jongens groeien nog in gestalte na 18 jaar; dit is te wijten aan een
verdere groei van de romp en niet van de onderste ledematen
motorische kenmerken
Inleiding
o Kennis van maturiteitsstatus:
Hoe verschillen kinderen/jongeren in groei afhankelijk van hun maturiteitsstatus
(somatische kenmerken)
Hoe verschillen kinderen/jongeren in prestatiekenmerken afhankelijk van hun
maturiteitsstatus (fysieke prestatie) => ? Talentidentificatie/begeleiding
Wanneer zijn jongeren meer vatbaar voor groeigerelateerde
overbelastingsletsels?
- Botlengte neemt snel toe, spier/pees lengtes dienen zich aan te passen:
sterke trekkrachten op apofyses: => Apofysitis (hiel: ziekte van Sever, knie:
Osgood Schlatter, mediale epicondyl elleboog: Little Leaguers elbow: …),
- Positieve ulnaire variantie (vervroegd sluiten van radiale groeischijf), …
- Gevoeligheid ACL (=anterior cruciate ligament) ruptuur bij meisjes tijdens
groeispurt (minder goede neuromotorische controle in verband met jongens)
o Kiezen/selecteren we jongeren op basis van hun maturatieprofiel? Seksuele
maturiteitsverschillen (menarche leeftijd) in elite atleten voor verschillende sporten
=> (pre-)selectie?
De soort sport beïnvloed de menarge (maandstonden)
, Maturiteitsgerelateerde variatie in somatische kenmerken
o Cross-sectionele gegevens: binnen beperkte leeftijdsrange (1 jaar), contrasterende
groepen van kinderen van verschillende maturiteit: vroeg-matuur (early/advanced);
gemiddeld (average) en laatmatuur (late/delayed).
o Criterium voor indeling kan op basis van PHV (peak height velocity) , seksuele
maturiteit, skeletale leeftijd, leeftijd menarche
o vb. SL= CL +/- 1 jaar = gemiddeld; SL > CL + 1jaar: vroeg; SL < CL - 1 jaar: laat.
Idem voor leeftijd menarche, PHV (leeftijd +/- 1 jaar), % volwassen gestalte (+/- 1 Z-
waarde)
SL: skeletale leeftijd; CL: chronologische leeftijd
o longitudinale gegevens: gehele groeiverloop
Vroeg: X-1SD PHV; PHV < 13.37 jaar
Gemiddeld: X+/- 0.5 SD PHV; 13.85 < PHV < 14.80 jaar
laat: X + 1SD PHV; PHV > 15.27
, Zoals voor gestaltegroei is er een duidelijk beeld dat vroegmature jongens op alle
leeftijden groter zijn dan hun gemiddeld- en laatmature leeftijdsgenoten.
Laatmature jongens groeien nog in gestalte na 18 jaar; dit is te wijten aan een
verdere groei van de romp en niet van de onderste ledematen